De op de verbeelding voor ‘Agrarische doeleinden’ (A) aangewezen gronden
zijn bestemd voor de volgende doeleinden:
a
agrarische
bedrijven met een in hoofdzaak grondgebonden agrarische bedrijfsvoering;
b
bedrijfswoningen;
c
tuinen,
erven en verhardingen;
d waterhuishoudkundige voorzieningen.
Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende bepalingen:
a
Gebouwen
mogen uitsluitend binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak worden
gebouwd.
b
Het
bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan op de
verbeelding is aangegeven.
c
De
goothoogte van bedrijfsgebouwen mag niet meer bedragen dan op de verbeelding is
aangegeven.
d
De
(nok)hoogte van bedrijfsgebouwen mag niet meer bedragen dan op de verbeelding
is aangegeven.
10.2.2 Bedrijfswoningen
Per
agrarisch bedrijf is één bedrijfswoning vrijstaand dan wel opgenomen in de
bedrijfsbebouwing toegestaan, onder de volgende voorwaarden:
a
Per
bedrijf is niet meer dan één bedrijfswoning toegestaan.
b
De
bedrijfswoning mag uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd.
c
De
inhoud van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan
d
De
afstand van de bedrijfswoning tot de zijdelingse en achterste perceelsgrens mag
niet minder bedragen dan
e
De
goothoogte mag niet meer bedragen dan
f
De (nok)hoogte mag niet meer
bedragen dan
10.2.3 Bijgebouwen bij bedrijfswoningen
Bij een
bedrijfswoning mogen bijgebouwen worden gebouwd, mits wordt voldaan aan de
volgende voorwaarden:
a
Bijgebouwen
mogen uitsluitend binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak worden
gebouwd.
b
Bijgebouwen
dienen op een afstand van ten minste
c
De afstand van een vrijstaand bijgebouw tot
de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan
d
De
maximale gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen mag niet meer dan
e
De
goothoogte van vrijstaande bijgebouwen mag niet meer bedragen dan
f
De
(nok)hoogte van bijgebouwen mag niet meer bedragen dan
10.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende
bepalingen:
a Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen
binnen en buiten het op de verbeelding aangegeven bouwvlak worden gebouwd.
b Silo’s zijn enkel toegestaan binnen het
bouwvlak, met een maximale hoogte van
c De hoogte van erf- en terreinafscheidingen
mag niet meer bedragen dan
d De hoogte van
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan
10.2.5 Ondergronds
bouwen
Voor het ondergronds bouwen geldt de volgende bepaling:
a Ondergronds bouwen is uitsluitend toegestaan onder bovengrondse gebouwen.
b
De verticale diepte van een
ondergronds bouwwerk mag niet meer bedragen dan