Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming ‘Bedrijventerrein – 2’, ‘Groen’ en ‘Verkeer’ voor het aangegeven wijzigingsgebied 1 wijzigen in de bestemmingen ‘Bedrijventerrein – 1’, ‘Groen’ en ‘Verkeer’, met inachtneming van de regels genoemd in de te wijzigen bestemmingen, alsmede het volgende:
a Er mag geen sprake zijn milieuhygiënische belemmeringen.
b Er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding.
c Vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de leidingbeheerder.
d Er is geen sprake van een onevenredige aantasting van belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming ‘Bedrijventerrein – 3’, ‘Groen‘, en ‘Water’ voor het aangegeven wijzigingsgebied 2 wijzigen in de bestemmingen ‘Verkeer’, met inachtneming van de regels genoemd in de te wijzigen bestemming, alsmede het volgende:
a Wijziging is uitsluitend toegestaan ten behoeve van het realiseren van een hoofdontsluiting van het bedrijventerrein op de van Elkweg.
b Er mag geen sprake zijn van milieuhygiënische belemmeringen.
c Er is geen sprake van een onevenredige aantasting van belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
d De wijzigingsbevoegdheid moet worden toegepast gelijktijdig met de bevoegdheid zoals omschreven in lid 12.1.3. (wijzigingsgebied 3)
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming ‘Verkeer’ voor het aangegeven wijzigingsgebied 3 wijzigen in de bestemmingen ‘Agrarisch’, ‘Bedrijventerrein 1’ met de aanduiding ‘bedrijfswoning’, ‘Groen’ en ‘Water’, met inachtneming van de regels genoemd in de te wijzigen bestemmingen, alsmede het volgende:
a Wijziging is uitsluitend toegestaan indien de betreffende hoofdontsluiting van het bedrijventerrein op de van Elkweg komt te vervallen.
b Er mag geen sprake zijn van milieuhygiënische belemmeringen.
c Er is geen sprake van een onevenredige aantasting van belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
d De wijzigingsbevoegdheid moet worden toegepast gelijktijdig met de bevoegdheid zoals omschreven in lid 12.1.2. (wijzigingsgebied 2).
In aanvulling op het bepaalde in hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de gebiedsaanduiding ‘maximaal aantal zelfstandige kantoorgebouwen’ de volgende regel:
a Op de gronden ter plaatse van de gebiedsaanduiding ‘maximaal aantal zelfstandige kantoorgebouwen’ mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, maximaal 35% van het uitgeefbare oppervlak van het gehele plangebied worden ontwikkeld ten behoeve van zelfstandige kantoorgebouwen.