De op de plankaart voor
'Agrarisch met waarden - Landschaps- en
Natuurwaarden' (AW-LN
a
agrarische doeleinden, in de vorm van agrarische bodemexploitatie
met bijbehorende voorzieningen;
b
behoud van bestaande (onverharde) paden, wegen en
parkeervoorzieningen;
d
extensief recreatief medegebruik;
e
behoud, herstel en ontwikkeling van de landschappelijke waarden in het algemeen en in het bijzonder voor de op de plankaart
aangeduide bijzondere landschappelijke waarden:
-
‘aardkundige waarden’ (a);
-
'cultuurhistorisch waardevol gebied' (cg);
f behoud, herstel en/of ontwikkeling van de actuele natuurwaarden in het algemeen en in het bijzonder voor de op de plankaart aangeduide bijzondere:
-
‘kwetsbare
soorten’ (k);
-
‘struweelvogels’
(s);
-
‘weidevogels’ (w);
g ontwikkeling van de potentiële natuurwaarden in het algemeen en in
het bijzonder ter plaatse van de op de plankaart aangeduide
‘natuurontwikkelingsgebied’(no).
Op de gronden binnen deze
bestemming mogen geen gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnd worden
gebouwd.
7.3.1 Aanlegvergunning
Het is verboden zonder of
in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning)
de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
a
Ter plaatse van de aanduiding ‘aardkundig
waardevol’ (a) op de plankaart:
-
het
verzetten of vergraven van grond waarbij het maaiveld over meer dan
-
het
omzetten van grond of uitvoeren van bodemingrepen dieper dan
-
het verlagen van de
grondwaterstand door aanleg van drainage of bemaling;
-
het
aanleggen, dempen of wijzigen van (oevers, profiel, doorstroom- of
bergingscapaciteit van) oppervlaktewateren.
b
Ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorisch
waardevol gebied' (cg) op de plankaart:
-
het
verzetten of vergraven van grond waarbij het maaiveld over meer dan
-
het
aanleggen, dempen of wijzigen van (oevers, profiel, doorstroom- of bergingscapaciteit
van) oppervlaktewateren;
-
het verwijderen of rooien van bos-,
natuur- en landschapselementen en ander opgaand houtgewas zonder agrarische
productiefunctie;
-
het aanleggen of aanplanten van bos-,
natuur- en landschapselementen of ander opgaand houtgewas zonder agrarische
productiefunctie;
-
het
verwijderen van perceelsindelingen, zoals tot uiting komend in greppels,
sloten, steilrand en het
verwijderen van paden of onverharde wegen;
-
het
aanleggen en/of verharden van wegen, paden, parkeerterreinen of het aanbrengen
van andere oppervlakteverhardingen, anders dan containervelden, voor groter dan
c
Ter plaatse van de aanduiding ‘kwetsbare
soorten’ (k) op de plankaart:
-
het
verzetten of vergraven van grond waarbij het maaiveld over meer dan
-
het
omzetten van grond of uitvoeren van bodemingrepen dieper dan
-
het verlagen van de
grondwaterstand door aanleg van drainage of bemaling;
-
het
aanleggen, dempen of wijzigen van (oevers, profiel, doorstroom- of
bergingscapaciteit van) oppervlaktewateren;
-
het verwijderen of rooien van bos-,
natuur- en landschapselementen en ander opgaand houtgewas zonder agrarische
productiefunctie;
-
het
aanleggen of aanplanten van bos-, natuur- en
landschapselementen of ander opgaand houtgewas zonder agrarische
productiefunctie;
-
het
aanleggen of aanplanten van hoger dan
-
het
permanent (voor meer dan 2 jaar aaneengesloten) omzetten van grasland naar een
ander bodemcultuur;
-
het
verwijderen van perceelsindelingen, zoals tot uiting komend in greppels,
sloten, steilrand en het
verwijderen van paden of onverharde wegen;
-
het
aanleggen en/of verharden van wegen, paden, parkeerterreinen of het aanbrengen
van andere oppervlakteverhardingen, anders dan containervelden, voor groter dan
d
Ter plaatse van de
aanduiding ‘struweelvogels’ (s) op
de plankaart:
- het verlagen van de grondwaterstand door aanleg van drainage of bemaling;
-
het verwijderen of rooien van bos-,
natuur- en landschapselementen en ander opgaand houtgewas zonder agrarische productiefunctie;
-
het
verwijderen van perceelsindelingen, zoals tot uiting komend in greppels,
sloten, steilrand en het
verwijderen van paden of onverharde wegen;
-
het
aanleggen en/of verharden van wegen, paden, parkeerterreinen of het aanbrengen van
andere oppervlakteverhardingen, anders dan containervelden, voor groter dan
e Ter
plaatse van de aanduiding ‘weidevogels’
(w) op de plankaart:
-
het
verzetten of vergraven van grond waarbij het maaiveld over meer dan
-
het
omzetten van grond of uitvoeren van bodemingrepen dieper dan
-
het verlagen van de
grondwaterstand door aanleg van drainage of bemaling;
-
het
aanleggen, dempen of wijzigen van (oevers, profiel, doorstroom- of
bergingscapaciteit van) oppervlaktewateren;
-
het aanleggen of aanplanten van bos-,
natuur- en landschapselementen of ander opgaand houtgewas zonder agrarische
productiefunctie;
-
het
aanleggen of aanplanten van hoger dan
-
het
permanent (voor meer dan 2 jaar aaneengesloten) omzetten van grasland naar een
ander bodemcultuur;
-
het
aanleggen en/of verharden van wegen, paden, parkeerterreinen of het aanbrengen
van andere oppervlakteverhardingen, anders dan containervelden, voor groter dan
f Ter
plaatse van de aanduiding ‘natuurontwikkelingsgebied’
(no) op de plankaart:
-
het
verzetten of vergraven van grond waarbij het maaiveld over meer dan
-
het
omzetten van grond of uitvoeren van bodemingrepen dieper dan
-
het verlagen van de
grondwaterstand door aanleg van drainage of bemaling;
-
het
aanleggen, dempen of wijzigen van (oevers, profiel, doorstroom- of
bergingscapaciteit van) oppervlaktewateren;
-
het verwijderen of rooien van bos-,
natuur- en landschapselementen en ander opgaand houtgewas zonder agrarische
productiefunctie;
-
het
aanleggen en/of verharden van wegen, paden, parkeerterreinen of het aanbrengen
van andere oppervlakteverhardingen, anders dan containervelden, voor groter dan
7.3.2 Uitzonderingen
Het in lid 7.3.1 vervatte
verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
a
het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van
ondergeschikte betekenis zijn;
b
reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende
vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het
tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
7.3.3 Toelaatbaarheid
De in lid 7.3.1 genoemde
vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt
gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de in de
bestemmingsomschrijving genoemde waarden.
Burgemeester en wethouders
zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde
in:
a
lid 7.2 voor het bouwen van agrarische
hulpgebouwen, zoals melkstallen en schuilgelegenheden voor vee met een
maximale oppervlakte van
1
Het hulpgebouw dient noodzakelijk te zijn vanwege een doelmatige
agrarische bedrijfsvoering.
2
De in de doeleindenomschrijving aangegeven waarden mogen niet
onevenredig worden aangetast.
b lid 7.2 voor het bouwen van kuilvoerplaten
en/of mestzakken, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
1
Het aanleggen van kuilvoerplaten en/of mestzakken dient
noodzakelijk te zijn in het kader van de agrarische bedrijfsvoering.
2
Situering van kuilvoerplaten en/of mestzakken binnen de bestemming
Bedrijf-Agrarisch is niet mogelijk.
3
Kuilvoerplaten/mestzakken zijn uitsluitend toegestaan direct
grenzend aan de bestemming Bedrijf-Agrarisch, bij
voorkeur aan de achterzijde.
4
De oppervlakte mag niet meer bedragen dan
5
De voorziening moet zorgvuldig landschappelijk worden ingepast
door de opstelling van een goed te keuren landschappelijk inpassingsplan.
7.5.1 Vormverandering
bestemmingsvlak ‘Bedrijf - Agrarisch’
Burgemeester en wethouders zijn
bevoegd deze bestemming te wijzigen ten behoeve van de vormverandering van het
bestemmingsvlak ‘Bedrijf – Agrarisch’, waarbij moet worden voldaan aan de
volgende voorwaarden:
a
De wijzigingsbevoegdheid uitsluitend kan worden toegepast
gelijktijdig met de wijzigingsbevoegdheid binnen de bestemming ‘Bedrijf-Agrarisch’.
b
De totale oppervlakte van het bestemmingsvlak mag niet worden
vergroot.
c
De in de doeleindenomschrijving aangegeven waarden mogen niet
onevenredig worden aangetast.
d
Er dient sprake te zijn van een zorgvuldige landschappelijke
inpassing van de bedrijfsbebouwing op basis van een erfbeplantingsplan.
7.5.2 Vergroting
bestemming ‘Bedrijf – Agrarisch’
Burgemeester en wethouders
zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen ten behoeve van de vergroting van het
bestemmingsvlak ‘Bedrijf – Agrarisch’ of ‘Bedrijf – Paardenhouderij’,
waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
a
voor grondgebonden
agrarische bedrijven geldt, naast de voorwaarden genoemd in sub e, dat
vergroting van het bestemmingsvlak is toegestaan tot een maximum van
b
Voor intensieve
veehouderijen zoals aangeduid op de plankaart geldt, naast de voorwaarden
zoals genoemd onder e, dat:
1
binnen de aanduiding ‘extensiveringsgebied’
op de ‘zoneringskaart’ vergroting uitsluitend is
toegestaan indien dit noodzakelijk is in verband met de wettelijke eisen van
dierenwelzijn, waarbij de vergroting niet meer mag bedragen dan 15% van het
bouwvlak;
2
binnen de aanduiding ‘verwevingsgebied’
op de ‘zoneringskaart’ vergroting uitsluitend is
toegestaan indien dit noodzakelijk is in verband met de wettelijke eisen van
dierenwelzijn, waarbij vergroting tot maximaal
3
binnen de aanduiding ‘landbouwontwikkelingsgebied’ op de ‘zoneringskaart’ vergroting uitsluitend is toegestaan indien
noodzakelijk voor de bedrijfsvoering en uitsluitend na advies van de AAB,
waarbij vergroting tot maximaal
c Voor glastuinbouwbedrijven
zoals aangeduid op de plankaart geldt dat vergroting van de bestemming niet is
toegestaan.
d Voor overige niet-grondgebonden bedrijven en voor paardenhouderij bedrijven zoals aangeduid op de
plankaart geldt dat de vergroting niet meer mag bedragen dan 15% van het
bouwvlak.
e Naast de hiervoor per type agrarisch bedrijf aangegeven
voorwaarden, gelden in het algemeen de volgende voorwaarden:
1
De vergroting dient noodzakelijk te zijn voor een doelmatige
agrarische bedrijfsontwikkeling van een reëel bedrijf.
2
De vergroting dient plaats te vinden aansluitend aan het bestaande
bestemmingsvlak.
3
De in het gebied aanwezige waarden mogen niet onevenredig worden
aangetast.
4
Er sprake is van een voldoende landschappelijke inpassing van de
bedrijfsbebouwing op basis van een erfbeplantingsplan.
5 Bij uitbreiding van meer
dan 20% dient vooraf dient advies ingewonnen te worden bij de AAB.
7.5.3 Wijziging
naar Bos, Groen-Landschapselement of Natuur
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming ‘Bos’, ‘Groen-Landschapselement’ of ‘Natuur’ ten behoeve van behoud en/of ontwikkeling van bos, natuur en/of groen, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
a De wijziging uitsluitend plaats kan vinden ten behoeve van de realisatie van vastgesteld natuur- en landschapsbeleid, zoals dat voor de ecologische hoofdstructuur (EHS) een ecologische verbindingszone (EVZ), het landschappelijk raamwerk en bos-, natuur-, en/of landschapscompensatie buiten de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), aanleg van een Ecologische Verbindingszone (EVZ), biotoopverbetering, versterking van het landschappelijk raamwerk en bos-, natuur-, en/of landschapscompensatie buiten de EHS aansluitend aan genoemde structuren.
b De wijziging pas plaatsvindt nadat de aankoop/overdracht in voldoende mate verzekerd is of al heeft plaatsgevonden.
c De wijziging is uitsluitend toegestaan als de in het gebied aanwezige natuurwaarden, landschapswaarden, archeologische waarden, cultuurhistorische waarden en hydrologische waarden niet onevenredig worden aangetast.
7.5.4 Wijziging naar Water of Water-Natuur
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming ‘Water’ of ‘Water-Natuur’ ten behoeve van behoud en/of ontwikkeling van water of waternatuur, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
a De wijziging uitsluitend plaats kan vinden ten behoeve van de realisatie van vastgesteld waterbeleid, zoals dat voor de aanleg van een Ecologische Verbindingszone (EVZ), beekherstel, waterberging (inundatiegebied, in te richten waterbergingsgebied of zoekgebied waterberging) of waterzuivering (helophietenfilter).
b De wijziging pas plaatsvindt nadat de aankoop/overdracht in voldoende mate verzekerd is of al heeft plaatsgevonden.
c De wijziging is uitsluitend toegestaan als de in het gebied aanwezige natuurwaarden, landschapswaarden, archeologische waarde, cultuurhistorische waarden en hydrologische waarden niet onevenredig worden aangetast.