Op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’ gelden met betrekking tot de bouw van bouwwerken de volgende voorwaarden:
a
Op deze gronden mogen geen bouwwerken worden
opgericht met een grotere bouwhoogte dan 1/30 van de afstand gemeten tussen het
bouwwerk en de voet van de, deze molenbiotoop bepalende, molen, vermeerderd met
b Het sub a vervatte verbod geldt niet voor bouwwerken waarvan de bouwhoogte lager is dan het niveau van de belt of de stelling van de molen.
Het is verboden op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’ zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
a het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties of apparatuur, voor zover het geen bouwwerken betreft;
b het ophogen van gronden;
c het beplanten met bomen, heesters en andere opgaande begroeiing.
Het in lid 7.2.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
a het normale onderhoud betreffen overeenkomstig de bestemmingen van deze gronden, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn en/of voortvloeien uit het normale gebruik overeenkomstig de bestemming;
b reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
De in lid 7.2.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien door de werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, het huidige en/of het toekomstige functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering en/of waarde van de molen als landschapsbepalend element, niet onevenredig in gevaar wordt of kan worden gebracht.