De voor ‘Waarde-ecologie’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en), bestemd voor instandhouding en ontwikkeling van landschappelijke waarden, natuurwaarden en waarden van hydrologische betekenis zodanig dat voor flora en fauna verbindingen kunnen ontstaan tussen natuur- of natuurontwikkelingsgebieden.
9.2 Bouwregels
9.2.1 Algemeen
Op deze gronden mogen ten behoeve van de in dit artikel genoemde
bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden
gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste
9.2.2 Verhouding met samenvallende bestemmingen; ontheffing
Ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en)
mag, met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende
(bouw)regels, uitsluitend worden gebouwd, indien daarvoor ontheffing door
burgemeester en wethouders is verleend. Burgemeester en wethouders zijn
bevoegd ontheffing te verlenen indien het belang van de landschappelijke
waarden, natuurwaarden en waarden van hydrologische betekenis niet
onevenredig wordt geschaad.
9.3.1 Verbod
Het
is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van
burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken en
werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
a het
uitvoeren van heiwerken of het anderszins indringen van voorwerpen in de bodem;
b het
graven, dempen, danwel verdiepen, vergroten, of anderszins herprofileren van
waterlopen, sloten en greppels;
c het vellen of rooien van bos en/of het
verwijderen van houtopstanden;
d het
verwijderen van landschapselementen die ten tijde van het van kracht worden van
het plan aanwezig waren;
e het
beplanten van gronden met bos, hoger dan
f het aanleggen van landschapselementen;
g het
aanleggen en/of verharden van wegen of paden, dan wel het aanbrengen van andere
niet onomkeerbare oppervlakteverhardingen groter dan
h het
verzetten van grond (verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren) uit of op de
bodem tot een omvang van meer dan
i de
aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om het vervangen van
reeds bestaande drainage dan wel het anderszins verlagen van de grondwaterstand;
j het
verlagen van de waterstand anders dan door middel van het graven van sloten of
het toepassen van drainagemiddelen, met uitzondering van grondwateronttrekkingen;
k het
leggen van leidingen resp. het diepploegen, diepwoelen van de bodem op een
diepte van meer dan
9.3.2 Uitzonderingen
Het
in lid 9.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden
welke:
a het
normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis
zijn;
b reeds
in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen
worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
9.3.3 Toelaatbaarheid
De
in lid 9.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen
onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en/of de
ontwikkeling van het natuurgebied, het bos en de bosgroeiplaatsen of aan de
landschappelijke waarden, de hydrologische waarden en/of de natuurwaarden van
de gronden.
Alvorens
te beslissen over het verlenen van een aanlegvergunning winnen burgemeester en
wethouders advies in bij het waterschap, voor zover de afweging mede betrekking
heeft op hydrologische waarden.