De voor ‘Groen’ aangewezen gronden zijn bestemd voor de volgende doeleinden:
a groenvoorzieningen;
b bermen en beplantingen;
c landschapselementen;
d heemtuinen
met een totaal oppervlak van ten hoogste
e speelvoorzieningen;
f sportvoorzieningen;
g evenementen;
h water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
i voorzieningen voor verkeer en verblijf met dien verstande dat ten hoogste 3% van de gronden is bestemd voor parkeervoorzieningen;
j nutsvoorzieningen;
k biogasverwerkende voorzieningen;
l een overkluisde watergang ter plaatse van de aanduiding ‘water’;
m een langzaamverkeersroute ter plaatse van de aanduiding ‘weg/pad’.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
a er mogen ten hoogste 5 gebouwen worden
gebouwd met een oppervlak van ten hoogste
b de goothoogte mag niet meer bedragen dan
b de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan
5.2.2. Bouwwerken,
geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
a De
hoogte mag niet meer bedragen dan
b De
oppervlakte mag niet meer bedragen dan