Artikel 6. Groen en water

 

 

Doeleinden

 

1.                               De gronden die op de kaart zijn aangewezen als “Groen en water” zijn bestemd voor:

a.       groenvoorzieningen;

b.       watergangen en infiltratievoorzieningen;

c.        fiets- en voetpaden;

d.       calamiteitenroutes;

e.       nutsvoorzieningen.

 

Bouwvoorschriften

2.                               Op de gronden met de bestemming Groen en water zijn ten behoeve van de bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde en kleine gebouwen ten behoeve van de openbare nutsvoorzieningen toegelaten.

 

3.                               Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:

a.       de hoogte van bewegwijzering, lichtmasten en cameramasten mag maximaal 9 meter bedragen;

b.       de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 3 meter bedragen;

c.        de oppervlakte van een gebouw voor nutsvoorzieningen mag ten hoogste 15 m2 bedragen en de bouwhoogte maximaal 3 meter.