Artikel 1. Begrippen

 

Het bestemmingsplan

 

Plan

Het bestemmingsplan ‘Broekkant 4 en 5’ van de gemeente Someren.

 

Bestemmingsplan

De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML- bestand

NL.IMRO. 0847.BP02012007-VS01 met de bijbehorende regels en bijlagen.

 

Verbeelding

De kaart waarop de bestemmingen en aanduidingen van de gronden die in het plangebied

zijn gelegen, zijn aangegeven.

 

Overige begrippen

 

Aanbouw

Een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan dat hoofdgebouw maar er functioneel onderdeel van uitmaakt.

 

Aanduiding

Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid waar ingevolge de regels,regels worden gesteld voor het gebruik en/ of het bebouwen van de desbetreffende gronden.

 

Aanduidingsgrens

De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.

 

 

 

Aan huis verbonden bedrijf

Het door een van de bewoners als ondergeschikte functie aan huis uitoefenen van een bedrijfsmatige activiteit, met uitzondering van detailhandel of erotische dienstverlening, die door zijn beperkte omvang en beperkte ruimtelijke uitstraling met behoud van de woonfunctie in een (bedrijfs)woning met de daarbij behorende bijgebouwen kan worden uitgeoefend. Hieronder wordt ook verstaan het uitoefenen van een bedrijf waarbij de daadwerkelijke bedrijfsactiviteiten in hoofdzaak elders op locatie plaatsvinden terwijl

aan huis de organisatorische activiteiten en activiteiten zoals opslag van materialen en stalling van voertuigen plaatsvinden.

 

Aan huis verbonden beroep

Het door een van de bewoners als ondergeschikte functie uitoefenen van een beroep of het

beroepsmatig verrichten van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, lichaamsverzorgend, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, met uitzondering van detailhandel of erotische dienstverlening dat door zijn beperkte omvang en beperkte ruimtelijke uitstraling met behoud van de woonfunctie in een (bedrijfs) woning met de daarbij behorende bijgebouwen kan worden uitgeoefend.

 

Aardkundige waarden

Waarden die samenhangen met de geologische, geomorfologische en/of bodemkundige kenmerken en ontstaanswijze van een gebied, zoals bodemopbouw en –samenstelling, hoogteverschillen en de daarmee samenhangende waterhuishouding.

 

Afhankelijke woonruimte

Een bijgebouw bij een (bedrijfs)woning dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met deze (bedrijfs)woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit een oogpunt van mantelzorg is gehuisvest.

 

Agrarisch gebruik/doeleinden

Het al dan niet bedrijfsmatig gebruik van gronden of gebouwen voor het telen van gewassen of het houden van dieren.

 

Agrarische waarden

De waarden die aan een gebied zijn toegekend vanwege de goede mogelijkheden voor de uitoefening van een doelmatige, agrarische bodem- en / of bedrijfsexploitatie.

 

Arbeidsmigrant

Persoon die vanuit een ander land naar Nederland komt met als doel arbeid en inkomen te verwerven.

 

Archeologisch monument

Terrein dat op basis van de Monumentenwet 1988 is aangewezen als beschermd archeologisch monument.

 

Archeologische waarde

De aan een gebied toegekende waarden in verband met de in dat gebied voorkomende

archeologische relicten (resten uit het verleden).

 

Archeologische deskundige

Een door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van archeologie. Deze dient in ieder geval te voldoen aan de kwalificaties van senior-archeoloog die gesteld zijn in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA).

 

Archeologische verwachting

De aan een gebied toegekende verwachting in verband met de kans op het voorkomen van

archeologische relicten.

 

Archeologisch onderzoek

Onderzoek verricht door of namens de gemeente of door een dienst, bedrijf of instelling, beschikkend over een opgravingvergunning ex artikel 45 van de Monumentenwet (of voor de betreffende werkzaamheden een vergunning heeft van de minister van OCW) en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA).

 

Architectonische waarden

De waarden, die aan een gebouw zijn toegekend vanwege de karakteristieke bouwkunst,

bouwstijl of bouwvorm.

 

Attentiegebied EHS
Een samenhangend netwerk van natuurgebieden van nationaal en internationaal belang met als doel de veiligstelling van ecosystemen met de daarbij behorende soorten, bestaande uit de meest waardevolle natuur- en bosgebieden en andere gebieden met belangrijke aanwezige en te ontwikkelen natuurwaarden.

Bebouwing

Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

 

Bebouwingsconcentratie / Kernrand

Een overgangszone tussen bebouwde kom en buitengebied, met daarin relatief veel bebouwing op korte afstand van elkaar en met een ondergeschikte en/of afnemende agrarische functie.

 

Bebouwingslint

Een lijnvormige verzameling gebouwen langs een weg in het buitengebied, enkelzijdig of dubbelzijdig aanwezig, met geringe afstanden tussen de bouwkavels, veelal met een historisch gegroeide menging van kleinschalige buitengebied- en niet- buitengebiedfuncties.

 

Bebouwingspercentage

Een in de regels of op de verbeelding aangegeven percentage dat de grootte van het deel van een bestemmingsvlak aangeeft dat mag worden bebouwd.

 

Bed and breakfast

Het bij wijze van nevenactiviteit verstrekken van logies en ontbijt, door het beschikbaar stellen van slaap en sanitaire ruimten, - aan een steeds wisselend publiek dat voor een korte periode, namelijk één tot enkele nachten, ter plaatse verblijft. Onder bed and breakfast worden niet verstaan overnachtingen, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/ of arbeid.

 

Bedrijf

Een organisatorische eenheid, waarbinnen op een bepaalde locatie commerciële activiteiten worden uitgeoefend.

 

Bedrijfsgebouw

Een gebouw of een gedeelte van een gebouw dat dient voor de uitoefening van één of meer

bedrijfsactiviteiten. Kassen, bedrijfswoningen met bijbehorende bouwwerken worden niet als

bedrijfsgebouw aangemerkt.

 

 

 

 

Bedrijfswoning

Een woning in of bij een gebouw of op een bestemmingsvlak, die uitsluitend is bedoeld voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van de grond ter plaatse van het gebouw of het bestemmingsvlak, noodzakelijk is.

 

Beeldbepalend pand

Een pand dat door zijn uiterlijke verschijningsvorm, historische bouwkunst en ligging kenmerkend is voor de omgeving.

 

Beeldkwaliteit

Beeldkwaliteit is het samenstel van de beoordeling van:

 

Beeldkwaliteitplan

Het beeldkwaliteitplan Buitengebied 2011 waarin geformuleerde en toetsbare beeldkwaliteiten zijn opgenomen en op 29 juni 2011 door de raad is vastgesteld.

 

Besluit omgevingsrecht

Besluit van 25 maart 2010, houdende regels ter uitvoering van de Wabo.

 

Bestaande bebouwing

Bebouwing, zoals die bestaat, of rechtens mag bestaan, op het tijdstip van de ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan.

 

Bestemmingsgrens

De grens van een bestemmingsvlak.

 

Bestemmingsvlak

Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

 

Bevoegd gezag

Bevoegd gezag als bedoeld in artikel 2.4 Wabo.

 

Bewoning

Het verblijf c.q. gebruik als woonruimte inclusief nachtverblijf voor de huisvesting van een huishouden zonder dat elders aantoonbaar over een hoofd woonverblijf wordt beschikt.

 

Bijbehorend bouwwerk/Bijgebouw

Een vrijstaand of aangebouwd gebouw dat bouwkundig of architectonisch ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.

 

Bodemingreep (diepte, oppervlakte)

Werken of werkzaamheden die een bodemverstorende werking kunnen hebben op het aanwezige archeologische bodemarchief. De diepte van een bodemingreep wordt gemeten ten opzichte van het maaiveld ter plaatse. De oppervlakte van een bodemingreep is het gebied waarbinnen bodemingrepen plaatsvinden die een verstorende werking kunnen hebben op het archeologisch bodemarchief. Hiervoor geldt een onderzoeksplicht als er sprake is van een bodemverstoring met en diepte van meer dan 40 cm1 over een oppervlak van meer dan 250 m2.

 

Bouwen

Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.

 

Bouwen ondergronds

Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een bouwwerk onder het ter plaatse vastgesteld peil.

 

Bouwgrens

De grens van een bouwvlak.

 

 

Bouwlaag

Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw, zolder, dakopbouw of setback.

 

Bouwperceel

Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar

behorende bebouwing is toegelaten.

 

Bouwperceelsgrens

De grens van een bouwperceel.

 

Bouwvlak

Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.

 

Bouwwerk

Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.

 

Camping

Een kampeerterrein met recreatie als hoofdactiviteit waarop alle kampeermiddelen in principe zijn toegestaan, inclusief kampeermiddelen met een permanent karakter zoals stacaravans en chalets.

 

Carport

Een overdekte open ruimte, waarvan de begrenzingen worden gevormd door bestaande gebouwen of door vrijstaande ondersteuningen, en die niet wordt aangemerkt als een gebouw.

 

 

 

 

 

Cultuurhistorische waarden

Waarden die samenhangen met de nalatenschap van de mens, door zijn aanwezigheid en activiteiten in het verleden, en die hij heeft achtergelaten in het huidige landschap. Hierbij gaat het om archeologisch, historisch- landschappelijk, historisch- geografisch en/of historisch- bouwkundig waardevolle zaken, zoals archeologische elementen, beplanting, reliëf (bij voorbeeld bolle akkers) verkaveling, slotenpatroon en bebouwing.

 

Dagrecreatie

Het verblijf voor recreatieve doeleinden zonder dat daar een overnachting ter plaatse mee gepaard gaat.

 

Dagrecreatief medegebruik

Extensieve vormen van dagrecreatie, zoals wandelen, fietsen, skeeleren, paardrijden of kanoën die plaatsvinden in gebieden waar de hoofdfunctie een andere is.

 

Detailhandel

Het bedrijfsmatig te koop/huur aanbieden, waaronder begrepen het uitstallen ten verkoop/ verhuur, het verkopen, verhuren en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen/huren voor eigen gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.

 

Differentiatievlak

Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid waar ingevolge de regels bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten in de vorm van ( permanente) teeltondersteunende voorzieningen.

 

Ecologische verbindingszone (evz)

Een als zodanig in een bestemmingsplan aangeduid langgerekt gebied waarbinnen verbindende landschapselementen zijn of worden gerealiseerd.

 

Erf

Al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is gericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw en voor zover een bestemmingsplan van toepassing is, deze de inrichting niet verbieden.

 

 

Erfbeplanting

Visueel afschermende, maskerende en/of landschapsbeeld versterkende en overwegend opgaande (rand) beplanting binnen of direct aansluitend op het bestemmingsvlak of bouwperceel van een bedrijf, een woning of een terrein met een andere functie.

 

Erfinrichtingsplan

Een inrichtingstekening waarbij de inrichting van een erf wordt weergegeven en waarbij wordt aangesloten op het beeldkwaliteitsplan.

 

Erotische dienstverlening

Elke vorm van erotische dienstverlening met een bedrijfsmatig karakter zoals erotische massage, escortservice, parenclub, prostitutie, seksbioscoop, seksclub, sekstheater en dergelijke.

 

Escortbedrijf

Het bedrijfsmatig aanbieden van prostitutie die wordt uitgeoefend op een andere plaats dan die waar het escortbedrijf wordt uitgeoefend.

 

Gebouw

Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met

wanden omsloten ruimte vormt.

 

Gebruiken

Gebruiken, doen of laten gebruiken.`

 

Groene erfinrichting

Groenelement, bestaande uit beplanting en / of andere groenelementen, zoals een poel of een vlinderweide, dat gelegen is binnen een bestemmingsvlak.

 

Groenvoorzieningen

Allerlei vormen van beplanting en groen, die niet zijn aan te merken als agrarische bodemexploitatie maar die een functie vervullen in de aankleding van het landschap.

 

 

 

Groepsaccommodatie ( kamphuis)

Een gebouw dat geheel of gedeeltelijk is ingericht voor het bedrijfsmatig verschaffen van recreatief nachtverblijf in groepsverband in permanent daarvoor ingerichte ruimten met gemeenschappelijke voorzieningen, keuken en verblijfruimten.

 

Hoofdgebouw

Een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie en/of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als het belangrijkste gebouw valt aan te merken.

 

Horeca(bedrijf)

Het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en etenswaren voor gebruik ter plaatse en/ of het

bedrijfsmatig verstrekken van logies.

 

Huisvesting tijdelijke werknemers

Het huisvesten van werknemers, die in een periode van grote arbeidsbehoefte gedurende enkele maanden op een agrarisch bedrijf werkzaam zijn om naar de aard kortdurend werk te verrichten, voor zover noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering.

 

Hydrologisch neutraal ontwikkelen met betrekking tot het oppervlaktewater

Het in combinatie met bouwwerken, verhardingen en hoge of lage permanente (teelt)ondersteunende voorzieningen aanbrengen/aanwezig zijn van voorzieningen ten behoeve van een afdoende piekberging voor het hemelwaterwater.

 

Hydrologisch neutraal ontwikkelen met betrekking tot het grondwater

Het in combinatie met bouwwerken, verhardingen en hoge of lage permanente (teelt)ondersteunende voorzieningen zodanig loskoppelen van (een deel van) de hemelwateropvang zodat het hemelwater in voldoende mate via infiltratievoorzieningen op eigen terrein passief in de bodem geïnfiltreerd wordt.

 

Hydrologisch neutraal ontwikkelen, toetsinstrumentarium

Het door de waterschappen De Dommel en Aa en Maas gezamenlijk ontwikkeld

toetsinstrumentarium voor het bepalen van de benodigde infiltratie en berging voor het

hydrologisch neutraal ontwikkelen.

 

Infiltratie

Het indringen van water in de bodem.

 

Infiltratievoorziening

Een open voorziening, zonder bodemverhardingen en gelegen boven de gemiddeld hoogste

grondwaterstand, waarmee tijdelijk opgevangen (schoon) hemelwater kan indringen in c.q. passief kan infiltreren in de bodem.

 

Kampeermiddel

Een tent, tentwagen, kampeerauto of caravan dan wel enig ander onderkomen of enig ander ( gewezen) voertuig of gedeelte daarvan, dat geen bouwwerk is waarvoor een omgevingsvergunning voor het bouwen nodig is, een en ander voor zo ver deze onderkomens of voertuig geheel of gedeeltelijk blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.

 

Kampeerterrein

Een terrein of een plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht en blijkens die inrichting bestemd

om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf.

 

Kamperen

Het hebben van recreatief nachtverblijf in een kampeermiddel.

 

Kamphuis (groepsaccommodatie)

Een gebouw dat geheel of gedeeltelijk is ingericht voor het bedrijfsmatig verschaffen van recreatief nachtverblijf in groepsverband in permanent daarvoor ingerichte ruimten met gemeenschappelijke voorzieningen, keuken en verblijfruimten.

 

Kas of hoge tunnel

Een agrarisch bedrijfsgebouw waarvan de wanden en het dak of dek voornamelijk bestaan uit glas of een ander lichtdoorlatend materiaal en dienend voor de productie van gewassen onder geconditioneerde klimaatomstandigheden; schuurkassen en permanente tunnel- of boogkassen (met een hoogte van meer dan 1,5 m1) worden daaronder ook verstaan.

 

Kennel

Een bedrijf dat is gericht op het fokken, het verzorgen en het africhten van honden.

 

 

Landschapselement

Een streekeigen natuur- of landschapsobject dat een waardevolle landschappelijke,

natuurwetenschappelijke of cultuurhistorische waarde heeft, zoals een houtwal.

 

Landschappelijke waarden

Het geheel van waarden in verband met bijzondere landschappelijke kenmerken van een gebied of object, in de zin van karakteristieke verschijningsvorm, herkenbaarheid/identiteit en diversiteit, dat bestaat uit aardkundige, cultuurhistorische, archeologische en visueel- ruimtelijke waarden, afzonderlijk of in onderlinge samenhang.

 

Maaiveld

De gemiddelde hoogte van de bovenkant van het terrein.

 

Mantelzorg

Het anders dan bedrijfsmatig bieden van zorg aan één of meer leden van een huishouding, die hulpbehoevend is of zijn op het fysieke, psychische en/of sociale vlak.

 

Minicamping

Een kleinschalig kampeerterrein als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf, agrarisch verwant bedrijf, recreatiebedrijf of bij een burgerwoning.

 

Nederlandse grootte-eenheid (NGE)

Een economische maatstaf, die periodiek wordt herzien door het Landbouw Economisch Instituut (Lei) en met behulp waarvan de bedrijfsomvang en het bedrijfstype van agrarische bedrijven worden vastgesteld.

 

Niet- agrarisch bedrijf

Een bedrijf, niet zijnde een agrarisch of agrarisch verwant bedrijf, dat gericht is op de productie, het bewerken en/ of het verwerken van goederen en/ of het leveren van niet- agrarische diensten.

 

Noodwoning

Een woning die in het bestemmingsplan Buitengebied 1998 was aangeduid als ‘woning vallende onder het overgangsrecht’.

 

 

Omgevingsvergunning

Omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 of 2.2 Wabo.

 

Ondergeschikt bouwdeel

Bouwdeel van beperkte afmetingen, dat buiten de gevel of het dakvlak van een bouwwerk uitsteekt en niet gericht is op vergroting van het oppervlak zoals dakgoten, dakoverstekken, regenafvoerpijpen, rookgasafvoeren, schoorstenen, plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen en ventilatiekanalen.

 

Ondergeschikte functie

Een activiteit van een zeer beperkte bedrijfsmatige en/of ruimtelijke omvang zodat de functie waaraan zij wordt toegevoegd, qua aard, omvang en verschijningsvorm overwegend of nagenoeg geheel als hoofdfunctie herkenbaar blijft.

 

Ondergronds bouwen

Het plaatsen, het geheel of gedeeltelik oprichten, vernieuwen of veranderen van een bouwwerk onder het ter plaatse vastgestelde peil.

 

Onderkomen

Voor verblijf geschikte, al dan niet aan hun bestemming onttrokken voer- en vaartuigen waaronder begrepen woonwagens, woonschepen, caravans, kampeerauto’s, alsook tenten, schuilhutten en keten, al dan niet ingericht t.b.v. een recreatief buitenverblijf, voor zover deze niet als bouwwerken zijn aan te merken.

 

Ondersteunende detailhandel

Detailhandel die ten dienste staat van de hoofdfunctie en die ruimtelijk opzicht hieraan

ondergeschikt is. Het ondersteunend karakter dient van beperkte functionele en ruimtelijke

omvang te zijn zodat de hoofdfunctie qua aard, omvang en verschijningsvorm overwegend of nagenoeg geheel als zodanig herkenbaar blijft.

 

Ondersteunende functie

Functie die ten dienste staat van de hoofdfunctie en die in ruimtelijk opzicht hieraan ondergeschikt is. Het ondersteunde karakter dient van beperkte functioneren en omvang te zijn zodat de hoofdfunctie qua aard en omvang en verschijningsvorm overwegend of nagenoeg geheel als zodanig herkenbaar blijft.

 

Ondersteunende horeca

Horeca die ten dienste staat van de hoofdfunctie en die in ruimtelijk opzicht hieraan ondergeschikt is. Het ondersteunend karakter dient van beperkte functionele en ruimtelijke omvang te zijn zodat de hoofdfunctie qua aard, omvang en verschijningsvorm overwegend of nagenoeg geheel als zodanig herkenbaar blijft met dien verstande dat dit niet meer dan 30% van de gezamelijke opervlakte van debebouwing bedraagt.

 

Paardenbak

Een voorziening in de open lucht bestaande uit een hekwerk en een paardrijbodem voor het berijden, africhten en laten lopen van paarden.

 

Peil

1. Voor bouwwerken en gebouwen waarvan de toegang onmiddellijk aan de weg grenst, de

hoogte van de kruin van de weg ter plaatse van deze toegang.

 

2. In andere gevallen de gemiddelde hoogte van het bestaande aansluitende afgewerkte

maaiveld.

 

Permanente bewoning

Bewoning door een persoon, gezin of andere groep van personen van een gebouw, dan wel een gedeelte daarvan als hoofdverblijf.

 

Piekberging ( hemelwater)

Een gebouwde of aangelegde voorziening voor de tijdelijke opvang/buffering van overtollig hemelwater afkomstig van bebouwing en/of verhardingen;

Prostitutie

Het zich tegen vergoeding aan anderen beschikbaar stellen voor het verrichten van seksuele handelingen.

 

Recreatiebedrijf

Een bedrijf dat overwegend gericht is op het bedrijfsmatig verstrekken van verblijfsrecreatie in de vorm van een kamphuis of groepsaccommodatie, vakantiehuisjes, een kampeerterrein en/of kleinschalig kamperen, daaronder begrepen ondersteunende horeca en ondersteunende detailhandel.

 

 

Routegebonden horeca

Een kleinschalige horecavoorziening, niet zijnde een café of restaurant, waar vanuit de bestaande bebouwing consumpties worden verstrekt aan passanten, zoals een theehuis.

 

Stacaravan

Een wagen (niet uitklapbaar) gebouwd, ingericht en bestemd om te kamperen, welke volgens de bepalingen van de wegenverkeerswetgeving niet over de openbare weg achter een auto mag worden voortbewogen en die bedoeld is voor gebruik op een vaste standplaats.

 

Teeltondersteunende voorzieningen:

Ondersteunende voorzieningen, die onderdeel zijn van de totale agrarische bedrijfsvoering van een (grondgebonden) open- of vollegronds tuinbouwbedrijf of -bedrijfstak, boom- of vaste plantenteeltbedrijf of - bedrijfstak en die gebruikt worden om de teeltomstandigheden c.q. bedrijfsvoering te optimaliseren.

Hierbij kunnen de volgende vormen/typen worden onderscheiden:

 

1. (Teelt)ondersteunende kas

Een (teelt)ondersteunende voorziening in de vorm van een (permanente) kas.

 

2. Hoge tijdelijke (teelt)ondersteunende voorzieningen

Teeltondersteunende voorzieningen, anders dan teeltondersteunende kassen, in de regel hoger dan 1,5 m1, die aanwezig zijn gedurende de periode dat de teelt dat vereist, en die na (een deel van) het teeltseizoen, en uiterlijk binnen 6 maanden, weer worden verwijderd.

Hieronder worden in ieder geval verstaan: menstoegankelijke wandelkappen, schaduwhallen en hagelnetten.

 

3. Lage tijdelijke (teelt)ondersteunende voorzieningen

Teeltondersteunende voorzieningen, met een hoogte van maximaal 1,5 m1, aanwezig gedurende de periode dat de teelt dat vereist, en die na (een deel van) het teeltseizoen, en uiterlijk binnen 6 maanden, weer worden verwijderd.

 

Hieronder worden in ieder geval verstaan:

  1. Lage tunnels, van halfronde bogen waarover plastic of gaasdoek wordt gespannen, insectengaas, afdekfolies, acryldoek, vlakveldfolies of vraatnetten;

  2. Overige (teelt)ondersteunende voorzieningen of boomteelthekken ;

  3. Een permanente (teelt)ondersteunende voorziening c.q. een bouwwerk in de vorm van een hek met afrastering, met een hoogte van niet meer dan 1,5 m1, op boomteeltpercelen waarmee dieren van die percelen geweerd kunnen worden.

 

Terras

Een buiten de besloten ruimte van de inrichting liggend deel van de horeca waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken en/of spijzen voor directe consumptie kunnen worden bereid en/of verstrekt.

 

VAB-vestiging

Vestiging van een nieuwe ruimtelijke ontwikkeling waarbij gebruik wordt gemaakt van een bestaand bestemmingsvlak of bouwvlak waarbinnen het geldend bestemmingsplan het bouwen van gebouwen en bijbehorende bouwwerken met een gezamenlijke oppervlakte van meer dan 100 m2 toestaat.

 

Verblijfsrecreatie

Een activiteit die overwegend gericht is op het bedrijfsmatig verstrekken van recreatie met een overnachting ter plaatse.

 

Verhard oppervlak

De oppervlakte van het geheel van bouwwerken, verhardingen en hoge of lage permanente

teelondersteunende voorzieningen op de bij één bedrijf of andere functionele eenheid behorende gronden die gelegen kunnen zijn binnen meerdere bestemmingen.

 

Verordening Ruimte

De Verordening ruimte Noord-Brabant 2012.

 

Voorgevelrooilijn

Lijn, evenwijdig aan de as van de weg waaraan gebouwd wordt, op een afstand van de weg die:

 

Water en waterhuishoudkundige voorzieningen

Al het oppervlaktewater zoals sloten, vijvers, kanalen en beken alsmede voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging en waterkwaliteit. Hierbij kan gedacht worden aan duikers, stuwen, gemalen en inlaten.

 

Wonen

Het verblijven van een huishouden in een hoofdverblijf.

 

Woning/ wooneenheid

Eén complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden, waaronder tevens begrepen gezinsvervangende woonvormen.

 

Woonboerderij

Een gebouw dat bestaat uit een (voormalige) agrarische bedrijfswoning met de in hetzelfde gebouw opgenomen (voormalige) agrarische bedrijfsruimten.