gemeente: Rucphen   status: Voorontwerp
plannaam: Buitengebied Rucphen   datum: 17-12-2010
 

3 Algemene regels

 

Artikel 35 Anti-dubbeltelbepaling

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 36 Algemene bouwregels

 

36.1 bestemmingsomschrijving

Ten behoeve van de bescherming van de geluidszone rondom lokale en interlokale wegen.

36.2 bouwregels

Voor de geluidsgevoelige bebouwing van de naast wegen gelegen gronden moeten in ieder geval eenafstand van 15 m uit de as van de weg in acht worden genomen, met dien verstande dat deze afstand niet geldt voor gronden gelegen naast wegen ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van verkeer – onverharde wegen’ en specifieke vorm van verkeer – halfverharde wegen’.

36.3 afwijking van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 36.2 voor het toestaan van een kortere afstand tot de weg, mits de verkeersveiligheid blijft gewaarborgd en het geen geluidsgevoelige objecten betreft in het kader van de Wet geluidhinder.

Artikel 37 Algemene aanduidingsregels

 

37.1 geluidzone - vliegveld

 

37.1.1 aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone - vliegveld’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de geluidsbelasting van vliegveld Seppe.

37.1.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mogen geen nieuwe woningen dan wel andere geluidsgevoelige gebouwen worden gebouwd.

37.1.3 afwijking van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 37.1.2 voor het bouwen van een nieuwe woning dan wel een ander geluidsgevoelig gebouw overeenkomstig de andere bestemmingen, mits de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein van de gevels van deze woningen dan wel andere geluidsgevoelige gebouwen niet hoger is dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.

37.2 geluidzone - weg

 

37.2.1 aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone – weg’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de geluidsbelasting van de snelweg A58.

37.2.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mogen geen nieuwe woningen dan wel andere geluidsgevoelige gebouwen worden gebouwd.

37.2.3 afwijking van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 37.2.2 voor het bouwen van een nieuwe woning dan wel ander geluidsgevoelig gebouw overeenkomstig de andere bestemmingen, mits de geluidsbelasting vanwege de weg van de gevels van deze woning dan wel ander geluidsgevoelig gebouw niet hoger is dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.

37.3 milieuzone - geurzone

 

37.3.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘milieuzone - geurzone’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de geurcontrour behorende bij een bedrijf.

37.3.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mogen geen standplaatsen met recreatieverblijven aanwezig zijn.

37.3.3 wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding ‘milieuzone - geurzone’ te verwijderen, zodra de milieubelastende activiteit van het bedrijf gevestigd aan de Postbaan 11 niet langer aanwezig is en aangetoond is dat een goed verblijfsklimaat is gewaarborgd, waarna recreatieverblijven zijn toegestaan conform de regels van lid 21.2.

37.4 milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied

 

37.4.1 aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater in verband met de drinkwatervoorziening, met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

37.4.2 bouwregels

      1. in afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mag alleen ten behoeve van deze bestemming worden gebouwd.

      2. gebouwen mogen niet worden gebouwd.

      3. bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 3 m.

37.4.3 afwijking van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 37.4.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen.

37.4.4 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 37.4.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

      1. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;

      2. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;

      3. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en
        overige waterpartijen;

      4. het gebruiken, storten en opslaan van meststoffen, bestrijdingsmiddelen, verontreinigde grond en/of schadelijke stoffen;

      5. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en
        apparatuur;

      6. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die een verandering van de waterhuishouding of het grondwaterpeil tot gevolg hebben, zoals drainage en (onder)bemaling.

37.4.5 verlening omgevingsvergunning

Een omgevingsvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat advies is verkregen van het waterleidingbedrijf.

37.4.6 uitzonderingen omgevingsvergunning

Geen omgevingsvergunning is nodig voor:

      1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud en beheer betreffen;

      2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende vergunning.

37.5 milieuzone - waterwingebied

 

37.5.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - waterwingebied' zijn, behalve voor de daar voorkomende de functies in verband met de openbare watervoorziening met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, behoudens de bestemming Natuur.

37.5.2 bouwregels

      1. in afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mag alleen ten behoeve van deze bestemming worden gebouwd.

      2. gebouwen mogen niet worden gebouwd.

      3. bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde maximaal 3 m.

37.5.3 afwijking van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 37.5.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van het waterleidingbedrijf.

37.5.4 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 37.5.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

      1. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;

      2. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;

      3. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en
        overige waterpartijen;

      4. het gebruiken, storten en opslaan van meststoffen, bestrijdingsmiddelen, verontreinigde grond en/of schadelijke stoffen;

      5. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en
        apparatuur;

      6. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die een verandering van de waterhuishouding of het grondwaterpeil tot gevolg hebben, zoals drainage en (onder)bemaling.

37.5.5 verlening omgevingsvergunning

Een omgevingsvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat advies is verkregen van het waterleidingbedrijf.

37.5.6 uitzonderingen omgevingsvergunning

Geen omgevingsvergunning is nodig voor:

      1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud en beheer betreffen;

werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende vergunning.

37.6 reconstructiewetzone - extensiveringsgebied

 

37.6.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter paatse van de aanduiding ‘reconstructiewetzone - extensiveringsgebied’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26), mede bestemd voor het beheer, behoud en bescherming van een gebied met het primaat wonen of natuur, waar uitbreiding, her- of nieuwvestiging van in ieder geval intensieve veehouderij onmogelijk is.

37.6.2 intensieve veehouderij

Vormverandering van een bouwvlak voor intensieve veehouderij is niet toegestaan;

37.7 veiligheidszone - bevi

 

37.7.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter paatse van de aanduiding ‘veiligheidszone – bevi’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van personen en bebouwing bij calamiteiten.

37.7.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd.

37.7.3 specifieke gebruiksregels

Onder gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van bestaande gebouwen voor doeleinden en functies waarbij zich regelmatig personen ophouden, dan wel waarbij regelmatig sprake is van concentraties van personen.

37.8 veiligheidszone - LPG

 

37.8.1 aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘veiligheidszone – LPG’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met een LPG-installatie.

37.8.2 kwetsbare objecten

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) zijn op de in lid 37.8.1 bedoelde gronden geen nieuwe kwetsbare objecten toegestaan.

37.8.3 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd ten behoeve van de in lid 37.8.2 genoemde functies.

37.8.4 afwijking van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in de leden 37.8.2 en 37.8.3 voor het toestaan van de in lid 37.8.2 genoemde functies en het bouwen van gebouwen ten behoeve van die functies voor zover in overeenstemming met de andere bestemming, mits ter plaatse een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd.

37.8.5 wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor:

      1. het verplaatsen of verkleinen van het aanduidingsvlak ‘veiligheidszone – LPG’ in verband met het verplaatsen van het LPG-vulpunt c.q. het verkleinen van de LPG-doorzet als aangeduid, mits het woon- en leefmilieu van de aangrenzende gronden niet verslechtert;

      2. het verwijderen van de aanduiding ‘veiligheidszone – LPG’, mits het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van de LPG-installatie wordt beëindigd.

37.9 veiligheidszone - munitie A

 

37.9.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘veiligheidszone - munitie A’ zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (artikelen 3 tot en met 26), mede bestemd voor de bescherming van het (leef)klimaat rondom de munitieopslagplaats.

37.9.2 bouwregels

      1. Het is verboden gebouwen op te richten.

37.9.3 specifieke gebruiksregels

Onder gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en/of opstallen voor:

      1. openbare wegen, personenspoorwegen en druk bevaren waterwegen;

      2. parkeerterreinen;

      3. recreatie.

37.10 veiligheidszone - munitie B

 

37.10.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘veiligheidszone – munitie B’ zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (artikelen 3 tot en met 26), mede bestemd voor de bescherming van het (leef)klimaat rondom de munitieopslagplaats.

37.10.2 bouwregels

      1. Het is verboden gebouwen op te richten, waarin zich in de regel personen bevinden,

      2. zoals woningen, kantoren, werkplaatsen, cafés e.d., alsmede recreatieve voorzieningen;

37.10.3 specifieke gebruiksregels

Onder gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en/of opstallen voor:

      1. hoofdverkeerswegen;

      2. functies waar zich grote aantallen recreanten kunnen bevinden, sportvelden, jachthavens, zwembaden, kampeerterreinen, caravanparken e.d.;.

37.11 veiligheidszone - munitie C

 

37.11.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘veiligheidszone – munitie C’ zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (artikelen 3 tot en met 26), mede bestemd voor de bescherming van het (leef)klimaat rondom de munitieopslagplaats.

37.11.2 bouwregels

Het is verboden gebouwen op te richten met vlies- of gordijngevelconstructies alsmede gebouwen met grote glasoppervlakten, waarin zich in de regel een groot aantal personen bevindt.

37.12 vrijwaringszone - molenbiotoop

 

37.12.1 aanduidingsomschrijving

 

37.12.2 De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor de bescherming van de functie van de molen als werktuig en zijn waarde als landschapsbepalend element.

 

37.12.3 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) bedoelde bestemming geldt ten aanzien van de maximale bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’ de volgende bepalingen:

      1. binnen een afstand van 100 m van de molen, bouwwerken niet worden gebouwd voor zover de bouwhoogte hoger is dan de hoogte van het onderste punt van de verticaal staande molenwiek;

      2. de hoogte van bouwwerken mag tussen de 100 en 400 m van de molen niet hoger zijn dan 1/100 van de afstand tussen het bouwwerk dan wel de beplanting en de molen, gerekend vanaf de onderste punt van de verticaal staande molenwiek;

37.12.4 afwijking van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 37.12.2 voor het bouwen overeenkomstig het bepaalde in de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de eigenaar en beheerder van de molen en met dien verstande dat het functioneren en de zichtbaarheid van de molen niet in onevenredige mate worden of kunnen worden aangetast.

37.12.5 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 37.12.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren het aanplanten van bomen en/of houtgewas en het aanbrengen van beplanting met een hoogte die hoger is dan op grond van het bepaalde in lid 37.12.2 is toegestaan voor bouwwerken.

37.12.6 verlening omgevingsvergunning

Een omgevingsvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat advies is verkregen van een molendeskundige instantie omtrent de mogelijkheden voor de windvang van de molen.

37.12.7 uitzonderingen omgevingsvergunning

Geen omgevingsvergunning is nodig voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die op het moment van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde dan wel verleende vergunning.

37.13 vrijwaringszone - radar

 

37.13.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - radar’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het radarverstoringsgebied van Vliegbasis Woensdrecht ten einde de verstoring van het radarbeeld te voorkomen.

37.13.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mogen geen bouwwerken worden opgericht met een hoogte van 63 m en meer.

37.13.3 afwijking van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 37.13.2 voor het bouwen overeenkomstig het bepaalde in de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de Minister van Defensie, DGW&T, directie Brabant en met dien verstande dat het functioneren van de radar niet in onevenredige mate wordt of kan worden aangetast.

37.14 hoge archeologische verwachtingswaarde

 

37.14.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘hoge archeologische verwachtingswaarde’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26), mede bestemd voor de bescherming van hoge archeologische verwachtingswaarden.

37.14.2 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 37.14.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

      1. het afgraven, vergraven, ontgronden, ophogen of egaliseren, diepploegen, woelen en mengen van gronden, zodanig dat er een verschil in hoogte, c.q. diepte ten opzichte van het bestaande maaiveld ontstaat van meer dan 0,30 m;

      2. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen en parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;

      3. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen en het aanbrengen van drainage;

      4. het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen van gronden en het vellen van bos of andere houtgewassen waarbij de stobben worden verwijderd.

37.14.3 verlening omgevingsvergunning

Een omgevingsvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat een archeologisch rapport is overlegt, waaruit blijkt dat de archeologische waarden voldoende worden geborgd, door de verstoring niet aanvaardbaar onevenredig worden aangetast of dat er geen sprake is van de aanwezigheid van archeologische waarden.

37.14.4 uitzonderingen omgevingsvergunning

Geen omgevingsvergunning is nodig voor:

      1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud en beheer betreffen;

      2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende vergunning;

      3. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden met een verstoring kleiner dan 100 m².

37.15 middelhoge archeologische verwachtingswaarde

 

37.15.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘middelhoge archeologische verwachtingswaarde’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26), mede bestemd voor de bescherming van middelhoge archeologische verwachtingswaarden.

37.15.2 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 37.15.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

      1. het afgraven, vergraven, ontgronden, ophogen of egaliseren, diepploegen, woelen en mengen van gronden, zodanig dat er een verschil in hoogte, c.q. diepte ten opzichte van het bestaande maaiveld ontstaat van meer dan 0,30 m;

      2. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen en parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;

      3. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen en het aanbrengen van drainage;

      4. het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen van gronden en het vellen van bos of andere houtgewassen waarbij de stobben worden verwijderd.

37.15.3 verlening omgevingsvergunning

Een omgevingsvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat een archeologisch rapport is overlegt, waaruit blijkt dat de archeologische waarden voldoende worden geborgd, door de verstoring niet aantoonbaar onevenredig worden aangetast of dat er geen sprake is van de aanwezigheid van archeologische waarden.

37.15.4 uitzonderingen omgevingsvergunning

Geen omgevingsvergunning is nodig voor:

      1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud en beheer betreffen;

      2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende vergunning;

      3. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden met een verstoring kleiner dan 750 m².

37.16 attentiegebieden EHS

 

37.16.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘attentiegebieden EHS’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming tegen negatieve effecten op de waterhuishouding van de hierbinnen gelegen ecologische hoofdstructuur.

37.16.2 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 37.16.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

      1. het verzetten van grond van meer dan 100 m³ of op een diepte van meer dan 0,6 m beneden maaiveld, voor zover geen vergunning is vereist in het kader van de Ontgrondingenwet;

      2. de aanleg van drainage ongeacht de diepte, tenzij het gaat om vervanging van een al bestaande drainage;

      3. het verlagen van de grondwaterstand anders dan door middel van het graven van sloten of het toepassen van drainagemiddelen, met uitzondering van grondwaterontrekkingen;

      4. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen of verharde oppervlakten van meer dan 100 m², anders dan een bouwwerk.

37.16.3 verlening omgevingsvergunning

Een omgevingsvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat het betrokken waterschapsbestuur is gehoord.

37.16.4 uitzonderingen omgevingsvergunning

Geen omgevingsvergunning is nodig voor:

      1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud en beheer betreffen;

      2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende vergunning;

37.17 beslotenheid

 

37.17.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘beslotenheid’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud van de beslotenheid in het landschap.

37.17.2 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 37.17.1 bedoelde gronden houtgewas te vellen of te kappen;

37.17.3 uitzonderingen omgevingsvergunning

Geen omgevingsvergunning is nodig voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud en beheer betreffen;

37.17.4 werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende vergunning.

 

37.18 militair oefenterrein

 

37.18.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘militair oefenterrein’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor militaire oefeningen.

37.18.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mogen gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde niet worden gebouwd.

37.19 openheid

 

37.19.1 aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘openheid’ zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud van de openheid in het landschap.

37.19.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 26) mogen gebouwen en bouwwerken op gronden gelegen buiten het bouwvlak niet worden gebouwd.

37.19.3 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 37.19.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

      1. het aanbrengen van houtgewas;

      2. het aanleggen van folie-mestbassin, met dien verstande dat geen omgevingsvergunning benodigd is binnen een strook van 25 m rondom een agrarisch bouwvlak;

      3. het plaatsen van tunnels lager dan 1,5 m en het aanleggen van afdekfolie.

37.19.4 uitzonderingen omgevingsvergunning

Geen omgevingsvergunning is nodig voor:

      1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud en beheer betreffen;

      2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende vergunning;

      3. aanbrengen van beplantingen ten behoeve van landschappelijke inpassing van nieuwe bouwwerken, waarvoor een landschappelijke inpassing wordt vereist en beplantingen naast openbare wegen welke geen strijdigheid opleveren met de bestemming.

Artikel 38 Algemene afwijkingsregels

 

38.1 Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

      1. in het plan genoemde goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten, percentages en afstandseisen, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 10% van de goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten, percentages en afstandseisen, met dien verstande dat deze afwijking niet is toegestaan voor de inhoudsmaat van burgerwoningen binnen de bestemming Wonen;

      2. de regels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 2,5 m, en deze noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein of uit een oogpunt van doelmatig gebruik van de gronden en/of de bebouwing;

      3. de regels en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van kunstwerken, geen gebouwen zijnde, en ten behoeve van zend-, ontvang- en/of sirenemasten wordt vergroot tot maximaal 40 m;

      4. de regels en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde wordt vergroot tot maximaal 10 m.

38.2 Afwijking als bedoeld in lid 38.1 is slechts toegestaan, mits:

      1. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet aantoonbaar onevenredig worden geschaad;

      2. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen niet onevenredig worden geschaad.

Artikel 39 Algemene wijzigingsregels

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

      1. bestemmingsgrenzen mogen met niet meer dan 5 m worden verschoven;

      2. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet aantoonbaar onevenredig worden geschaad;

      3. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet
        onevenredig worden geschaad.

Artikel 40 Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening

De voorschriften van de bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het bepaalde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:

      1. de richtlijnen voor het verlenen van vrijstelling van de stedenbouwkundige
        bepalingen;

      2. de bereikbaarheid van gebouwen voor wegverkeer;

      3. de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;

      4. het bouwen bij hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoofdtransportleidingen;

      5. de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden;

      6. de ruimte tussen bouwwerken.