De voor
‘Groen’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a
park, plantsoen, bermstroken, bermsloten, waterpartijen, wegen, paden,
parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, straatmeubilair, afvalverzamelvoorzieningen,
voorzieningen ten behoeve van openbaar nut, geluidwerende voorzieningen;
b
extensief recreatief gebruik;
c
andere tot de bestemming behorende voorzieningen.
Op deze
gronden mogen, met inachtneming van de aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten
dienste van de in lid 4.1.1 genoemde bestemmingen worden opgericht:
a
gebouwen;
b
bouwwerken geen gebouwen zijnde.
Gebouwen
mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
a
De oppervlakte bedraagt maximaal
b
De bouwhoogte bedraagt maximaal
Bouwwerken
geen gebouwen zijnde mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende
regels:
a
De bouwhoogte bedraagt maximaal
b
De bouwhoogte van ballenvangers bedraagt maximaal