Artikel 23               Algemene afwijkingsregels

 

23.1        Algemene afwijkingen

Het bevoegd gezag kan, voor zover niet reeds op grond van een andere bepaling van dit plan met omgevingsvergunning kan worden afwijken, een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van de gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages, mits hierdoor geen onevenredig afbreuk worden gedaan aan het woon- en leefklimaat en/of de stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving.

 


23.2        Afwijken afhankelijke woonruimte

a      Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 21.1 onder a en toestaan dat een bijgebouw bij een woning gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

1      Een dergelijke bewoning is noodzakelijk vanuit een oogpunt van mantelzorg.

2      Er vindt geen onevenredige aantasting plaats van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en bedrijven.

3      De afhankelijke woonruimte wordt ingepast binnen de toegestane bijgebouwen, met een maximale bebouwde oppervlakte van 80 .

b      Het bevoegd gezag trekt de omgevingsvergunning in, indien de bij het verlenen van de omgevingsvergunning bestaande noodzaak vanuit een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.

 

23.3        Evenementen

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 22.1 en toestaan dat evenementen worden gehouden buiten de gebieden ter plaatse van de aanduiding ‘evenementen’, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

a      Het aantal evenementen, met uitzondering van plaatselijke kermissen en carnavalsactiviteiten, bedraagt per locatie per jaar niet meer dan 3, met een maximale duur van één dag, waarbij rekening dient te worden gehouden met de aard van de activiteit en de te verwachten belasting voor de directe omgeving.

b      Er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld.

c       Er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan de woonsituatie.

d      Er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de milieusituatie.

e      Er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de verkeersveiligheid.

f        Er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de sociale veiligheid.

g       Er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

 

23.4        wro-zone - ontheffingsgebied

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in de bestemmingsregels teneinde discotheken en dancings toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

a      De afwijking leidt niet tot een onevenredige aantasting van de belangen van de naburige erven.

b      De afwijking leidt niet tot een onevenredige aantasting van het woon- en leefklimaat.