22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Onverhard' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a voorzieningen voor verkeer en verblijf, bermen, zandwegen en andere on- of halfverharde wegen en instandhouding daarvan als
zodanig;
b (onverharde) fiets- en voetpaden;
c water, waterhuishoudkundige voorzieningen
en nutsvoorzieningen;
d groenvoorzieningen;
e behoud van landschappelijke en/of
cultuurhistorische waarden in de vorm van wegbeplanting of laanbeplanting;
f
behoud, herstel en/of ontwikkeling
van ecologische waarden en/of natuurwaarden.
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende
voorwaarden:
a De bouwhoogte
van licht- en andere masten, informatieborden, verkeerstekens en
-regelinstallaties bedraagt niet meer dan
b De bouwhoogte
van overige andere bouwwerken bedraagt niet meer dan
22.3.1
Werken en werkzaamheden
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren
of te laten uitvoeren:
a het verharden van paden en wegen;
b het vellen of rooien van struiken of bomen;
c
het beplanten van gronden met
struiken of bomen.
Het in lid 22.3.1 vervatte verbod is niet van
toepassing op werken en werkzaamheden welke:
a het normale
onderhoud en/of gebruik betreffen;
b reeds in
uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende omgevingsvergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van
het van kracht worden van dit plan.
De in lid 22.3.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige
afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de in
de bestemmingsomschrijving genoemde waarden.