De voor ‘Maatschappelijk’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a
een
begraafplaats uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘begraafplaats’;
b
religieuze
doeleinden uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘religie’;
c
een
clubgebouw voor jeugdbelang uitsluitend ter plaatse van de aanduiding
‘specifieke vorm van maatschappelijk – jeugdbelang’;
d
een
praktijk voor dierenfysiotherapie uitsluitend ter plaatse van de aanduiding
‘specifieke vorm van maatschappelijk – dierenfysiotherapie’;
e
een
dierenpension uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van
maatschappelijk – dierenpension’
f
een
zorgboerderij uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘zorgboerderij’;
g
één
bedrijfswoning waarbij geldt dat:
1
ter
plaatse van de aanduiding ‘bedrijfswoning uitgesloten’ geen bedrijfswoningen
zijn toegestaan;
2
ter
plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' het aantal
bedrijfswoningen niet meer bedraagt dan is aangegeven;
h
aan
huis gebonden beroepen;
i
terras,
tuinen, erven en terreinen;
j
(onverharde)
paden, wegen en parkeervoorzieningen;
k
water,
waterhuishoudkundige voorzieningen en nutsvoorzieningen;
l
groenvoorzieningen;
m
behoud
van monumentale bebouwing ter plaatse van de aanduiding ‘karakteristiek’.
11.2.1 Algemeen
a
Per
bestemmingsvlak is bebouwing ten behoeve van niet meer dan één maatschappelijke
voorziening toegestaan
b
De afstand tot de as van de weg waaraan wordt
gebouwd bedraagt niet minder dan
c
De afstand van gebouwen tot de bestemmingsgrens
bedraagt niet minder dan
11.2.2 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende voorwaarden:
a
De goothoogte
bedraagt niet meer dan
b
De bouwhoogte
bedraagt niet meer dan
c
Het bebouwde
oppervlakte aan bedrijfbebouwing bedraagt niet meer dan is aangegeven ter
plaatse van de aanduiding ‘maximum
oppervlakte’.
11.2.3 Bedrijfswoningen
Voor
het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
a
De inhoud van de bedrijfswoning inclusief
aangebouwde bijgebouwen bedraagt niet
meer dan
b
De goothoogte
bedraagt niet meer dan
c
De bouwhoogte
bedraagt niet meer dan
d
De
dakhelling bedraagt niet minder dan 30º en niet meer dan 65º.
e
De
afstand tot de bestemmingsgrens bedraagt niet minder dan
11.2.4 Bijgebouwen
en overkappingen bij bedrijfswoningen
Voor het
bouwen van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen bij
bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
a
Bijgebouwen en overkappingen worden op een
afstand van ten minste
b
De gezamenlijke oppervlakte bedraagt niet meer
dan
c
De goothoogte bedraagt niet meer dan
d
De bouwhoogte bedraagt niet meer dan
11.2.5 Bouwwerken,
geen gebouwen zijnde
Voor het
bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
a
De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen
bedraagt niet meer dan
b
De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen
gebouwen zijnde, bedraagt niet meer dan
11.3 Afwijken van de bouwregels
11.3.1 Algemeen
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken
van het bepaalde in:
a
lid
11.2.1 onder c voor het bouwen van gebouwen op een afstand minder dan
b
lid
11.2.1 onder d voor het bouwen binnen
11.3.2 Vergroting oppervlakte bebouwing
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken
van het bepaalde in
lid 11.2.2 onder c voor het uitbreiden van het bebouwde oppervlakte waarbij
moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
a
De
vergroting is noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering en/of
-ontwikkeling van het bedrijf.
b
De
vergroting vindt plaats binnen het bestaande bestemmingsvlak.
c
Vergroting
ten behoeve van de voorzieningen zoals genoemd in lid 11.1 onder a en c is
mogelijk met maximaal 25% van de aangegeven bebouwde oppervlakte.
d
Vergroting
ten behoeve van de voorzieningen zoals genoemd in lid 11.1 onder b, d en e is
mogelijk met maximaal 15% van het aangegeven bebouwde oppervlakte.
e
Er
is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing van de
bedrijfsbebouwing op basis van een erfbeplantingsplan;
f
Er
is geen sprake van milieuhygiënische belemmeringen.
11.4 Specifieke gebruiksregels
11.4.1 Aan huis gebonden
beroepen
Binnen de bestemming
‘Maatschappelijk’ is de uitoefening van aan huis gebonden beroepen bij de
bedrijfswoning toegestaan, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
a
De
omvang van de activiteit bedraagt niet meer dan 40% van de gezamenlijke
vloeroppervlakte van de bedrijfswoning en vrijstaande bijgebouwen tot een
maximum van
b
Het
gebruik heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer
en veroorzaakt geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte.
c
De
activiteit is milieuhygiënisch inpasbaar in de woonomgeving.
d
De
activiteit wordt hoofdzakelijk uitgeoefend door de bewoner van de woning.
e
Er
vindt geen detailhandel plaats, uitgezonderd detailhandel in beperkte,
ondergeschikte mate, in direct verband met de uitoefening van aan huis gebonden
beroepsactiviteiten.
11.5 Wijzigingsbevoegdheid
11.5.1 Wijzigen ten behoeve van wonen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen
in de bestemming 'Wonen' voor zover het de voormalige bedrijfswoning betreft,
waarbij wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
a
Deze
wijziging niet is toegestaan op locaties ter plaatse van de aanduiding ‘Reconstructiewetzone
- Landbouwontwikkelingsgebied’.
b
Het
bestemmingsvlak wordt verkleind tot de voormalige bedrijfswoning met bijhorende
tuinen, erven en verhardingen en deze wijziging vindt gelijktijdig plaats met
wijziging van de overige gronden naar de aangrenzende bestemming ‘Agrarisch’,
‘Agrarisch met waarden – Landschapswaarden’, ‘Agrarisch met waarden - Natuur-
en landschapswaarden’, ‘Bos’ en/of ‘Natuur’ waarbij deze worden bestemd
overeenkomstig de genoemde aangrenzende bestemmingen.
c
De
voormalige bedrijfsbebouwing wordt gesloopt, waarbij geldt dat, ofwel 10% van
de te slopen
oppervlakte van de voormalige bedrijfsgebouwen mag worden toegevoegd aan de
inhoud van de woning tot een maximum van
d
De
woning levert geen onevenredige beperking op van de bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden
van omliggende (agrarische) bedrijven.
e
De
woning is aanvaardbaar uit oogpunt van een milieuhygiënisch verantwoord woon-
en leefklimaat.
f
De
in de bestemmingsomschrijving aangegeven waarden worden niet onevenredig
aangetast.
g
De wijziging gaat
gepaard met een aantoonbare en uitvoerbare fysieke verbetering van de aanwezige
of potentiële kwaliteiten van
bodem, water, natuur, landschap en/of cultuurhistorie en/of van extensieve
recreatieve mogelijkheden van het plangebied.