De voor "Kantoor"
aangewezen gronden zijn bestemd voor
a. kantoren;
b.
ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel': tevens detailhandel;
met bijbehorende gebouwen,
bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tuinen en erven, waterpartijen,
parkeervoorzieningen, paden en overige verhardingen.
Voor de in artikel 9.1 b5cc5de4-5022-4f73-a805-06b0830c3ce1genoemde detailhandel gelden de
volgende nadere bepalingen:
a.
detailhandel is uitsluitend op de begane grond toegelaten, uitgezonderd
additionele voorzieningen zoals opslagruimten;
Voor het bouwen van gebouwen
gelden de volgende bepalingen:
a.
gebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding
'bouwvlak';
b.
de bouwhoogte als bestaand, tenzij ter plaatse van de aanduiding 'maximale
bouwhoogte' anders is aangegeven.
9.2.3 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen
Voor het bouwen van aan- en
uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende bepalingen:
a.
aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zijn uitsluitend toegestaan
ter plaatse van de aanduidingen 'bouwvlak' dan wel 'bijgebouwen';
b.
de gezamenlijke oppervlakte - voor zover niet gelegen ter plaatse van de
aanduiding 'bouwvlak' - mag maximaal
c.
aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen minimaal 3 m¹ achter
de voorgevellijn te worden gebouwd;
d.
aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen, behoudens een
afwijkende ligging ter plaatse van de aanduidingen 'bouwvlak' dan wel 'bijgebouwen',
in de zijdelingse perceelsgrens geplaatst te worden dan wel minimaal 1 m¹
daaruit, met dien verstande dat:
1.
indien de gronden ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" dan
wel "bijgebouwen", direct
grenzen aan gronden in gebruik voor openbare verkeersdoeleinden of openbare
groenvoorziening;
2.
bij een vrijstaande woning tussen voorgevellijn en achtergevellijn voor
zover de afstand van het bouwvlak tot de zijdelingse perceelsgrens meer dan 4
m¹ bedraagt;
deze afstand minimaal 1 m¹ dient
te bedragen;
e.
de goothoogte mag maximaal 3 m¹ bedragen;
f.
de bouwhoogte mag maximaal 3 m¹ bedragen, vermeerderd met de afstand tot de
zijdelingse perceelsgrens tot een maximum van 6 m¹.
9.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken,
geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
a.
de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 1 m¹ bedragen,
met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen maximaal
2 m¹ mag bedragen, mits de afstand tot de voorgevellijn minimaal 3 m¹ bedraagt;
b.
de bouwhoogte van lichtmasten en andere masten mag maximaal 6 m¹ bedragen;
c.
de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 2
m¹ bedragen.
Onder strijdig gebruik als
bedoeld in artikel 21 van dit plan wordt ten minste
verstaan het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor:
a.
de uitoefening van bedrijfsmatige activiteiten;
b.
detailhandel, met uitzondering van het bepaalde in 9.1 onder b;
c. groothandel;
d.
horeca, met uitzondering van een kantine.