REGELS
Artikel 5 Anti-dubbeltelbepaling
Artikel 7 Algemene gebruiksregels
Artikel 8 Algemene afwijkingsregels
Artikel 9 Algemene wijzigingsregels
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Burg.
Van de Venstraat ong. te Haaren van de gemeente Haaren;
de geometrich bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand
NL.IMRO.0788.BP1300HRNBMVENP101-ON01
met
bijbehorende regels en bijlagen;
de analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale
ruimtelijke informatie;
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is
gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee
het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het
hoofdgebouw en dat in
architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
een geometrisch bepaald vlak of figuur waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een beroep, dat in of bij een woonhuis wordt uitgeoefend, waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
het verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke geheel of overwegend door middel van handwerk uit te oefenen bedrijvigheid, waarvan de aard, omvang en uistraling zodanig zijn, dat de activiteit in de woningen en/of de daarbij behorende bijgebouwen, waarbij de woning in hoofdzaak de woonfunctie behoudt, ter
plaatse kan worden uitgeoefend;
een bijgebouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin
een
gedeelte van de huishouding uit
een
oogpunt van mantelzorg gehuisvest is;
een afwijking als bedoeld in
artikel 3.6, eerste lid, onder c
van
de Wet ruimtelijke ordening;
ιιn of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een in dit plan aangegeven percentage, dat de grootte van het bouwvlak aangeeft, dat
maximaal mag worden
bebouwd, tenzij in dit plan anders is bepaald;
Bed & breakfast is een kleinschalige vorm van verblijfsrecreatie en richt zich met name op de trekkende toeristen, die voor ιιn of enkele nachten een onderkomen zoeken. Typerend voor bed & breakfast is:
a
de kleinschaligheid en de uitvoering is eenvoudig;
b
bed & breakfast is
gekoppeld aan de woonfunctie, dat betekent dat mede gebruik wordt
gemaakt van keuken en sanitair van de woning;
c
bed & breakfast dient binnen de bestaande woning gerealiseerd te worden. Er mag maximaal worden bebouwd, tenzij in de regels anders is bepaald;
a
bij bouwwerken: een bouwwerk dat op het moment van terinzagelegging van het
ontwerp van het plan bestaat of wordt gebouwd, dan wel nadien kan worden gebouwd krachtens een bouwvergunning, waarvoor de aanvraag voor het tijdstip van terinzagelegging is ingediend, tenzij in de voorschriften anders is bepaald;
b
bij gebruik: het gebruik dat op het moment van terinzagelegging van het ontwerp
van
het plan bestaat, tenzij in de regels anders is
bepaald;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt
is aan het hoofdgebouw;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of
veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats;
een grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid waar ingevolge
de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke
hetzij direct of
indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroepsof bedrijfsactiviteit;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk
met
wanden omsloten ruimte vormt;
gebruiken, het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven;
een gebouw dat, gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een
bouwperceel kan worden aangemerkt;
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische
en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband;
een gebruik gericht op het in zodanige conditie houden of brengen van objecten dat het voortbestaan van deze objecten op tenminste het bestaande kwaliteitsniveau
wordt bereikt;
een vergunning als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
een bouwwerk met een open constructie zonder eigen wanden, op het erf van een
gebouw of standplaats, dat strekt tot vergroting van het woongenot van het gebouw of
de standplaats;
a voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
b voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de
hoogte van het terrein ter
hoogte van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;
c indien in
of op het water wordt gebouwd: de hoogte van het terrein ter
plaatse van
het
meest nabij gelegen punt waar het water grenst aan het vaste land;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een publieke aanprijzing van een bedrijf, een product
of een dienst;
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de
omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen
van
erotische/pornografische aard plaatsvinden, waaronder in ieder geval worden verstaan een prostitutiebedrijf, een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met
elkaar;
een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is
gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm kan worden onderscheiden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
uitvoeren, het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven;
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft
met
meer dan ιιn naar de weg gekeerde gevel, de gevel die op het moment van
terinzagelegging van het ontwerp van het plan kennelijk als zodanig diende te worden
aangemerkt;
een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van ιιn afzonderlijk
huishouden.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1.1 de afstand
afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot de perceelsgrens worden gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn;
2.1.2 de bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
2.1.3 de dakhelling
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
2.1.4 de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel, met dien verstande dat bij een lessenaarsdak
en een afgeknot dak
de laagste goot als goothoogte dient te worden aangemerkt;
2.1.5 de horizontale diepte van een gebouw
de diepte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de gevel waaraan wordt gebouwd;
2.1.6 de inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of
het
hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
2.1.7 de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts
geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter
plaatse van het bouwwerk;
2.1.8 de oppervlakte van een overkapping
tussen de buitenzijde van de afdekking van de overkapping, neerwaarts geprojecteerd
op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van de overkapping.
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen,
schoorstenen, liftschachten, gevelen kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwgrenzen niet meer
dan
1 m bedraagt.
De voor Tuin‟ aangewezen gronden zijn bestemd voor tuinen, met bijbehorende ge- bouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
3.2.1 Uitbouwen en erkers
Uitsluitend uitbouwen en erkers bij de hoofdgebouwen van de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen mogen worden gebouwd, mits:
a de horizontale diepte maximaal 1,5 m bedraagt, met dien verstande dat de diepte niet meer bedraagt dan 50% van de diepte van de gronden bestemd tot Tuin‟;
b de breedte maximaal 60% van de breedte van de voorgevel bedraagt;
c de maximale goothoogte bedraagt 3 m;
d de maximale bouwhoogte bedraagt 5 m.
3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal:
a erf- en terreinafscheidingen vσσr (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw: 1 m;
b erf- en terreinafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw: 2,5 m;
c pergolas: 2,25 m;
d vlaggenmasten: 6 m;
e
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 2 m.
3.2.3 Reclame-uitingen
Reclame-uitingen ten behoeve van een aan huis gebonden beroep voldoen aan de volgende kenmerken:
a de maximaal toegestane oppervlakte is 0,20 m²;
b de maximaal toegestane hoogte is 1,20 m.
3.3.1 Afwijking
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2 voor het bouwen van al dan niet vrijstaande overkappingen behorend bij de op de aan- grenzende gronden gelegen hoofdgebouwen, mits de horizontale diepte gemeten vanaf de voorgevel (en het verlengde ervan) maximaal 1 m is, met dien verstande dat:
a de afstand van de overkapping tot aan voorste perceelsgrens minimaal 2 m is;
b de oppervlakte maximaal 25 m² is;
c de bouwhoogte maximaal 3 m bedraagt;
d er maximaal 1 overkapping wordt opgericht.
3.3.2 Voorwaarden afwijking
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 3.3.1 kan slechts worden verleend, mits:
a de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
b het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig worden geschaad.
De voor Wonen‟ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a het ter plaatse van de aanduiding maximum aantal wooneenheden‟ aangeduide maximum aantal wooneenheden, in de woningtypen twee-aaneengebouwde woningen ter plaatse van de aanduiding twee-aaneen;
b aan huis verbonden beroepen;
4.2.1 Hoofdgebouwen
Hoofdgebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:
a gebouwd binnen het bouwvlak;
b afstand tot de zijdelingse bouwperceelsgrens is
bij woningen ter plaatse van de aanduiding twee-aaneen aan ιιn zijde minimaal 3
m;
c goothoogte maximaal de ter plaatse van de aanduiding maximale goot- en bouw-hoogte (m)‟ aangegeven goothoogte;
d bouwhoogte maximaal de ter plaatse van de aanduiding maximale goot- en bouw- hoogte (m)‟ aangegeven bouwhoogte;
4.2.2 Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij grondgebonden woningen
Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogen bij grondgebonden woningen binnen en buiten het bouwvlak worden gebouwd en voldoen aan de volgende kenmerken:
a gebouwd op het zij- en achtererf en minimaal 3 m achter (het verlengde van) de
voorgevel van het hoofdgebouw;
b gezamenlijke oppervlakte voor zover gebouwd buiten het bouwvlak per hoofdgebouw maximaal:
1 75 m² voor bouwpercelen met een oppervlakte tot 500 m²;
2 100 m² voor bouwpercelen met een oppervlakte groter dan 500 m². mits het bebouwingspercentage van het bouwperceel maximaal 50% is;
c goothoogte maximaal 3,25 m;
d bouwhoogte maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw - 2 m, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval 3 m mag bedragen en maximaal 5,5 m.
4.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal:
a erf- en terreinafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw: 2,25 m;
b pergolas: 2,25 m
c speeltoestellen: 3 m;
d vlaggenmasten: 6 m;
e
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
2 m.
4.2.4 Reclame-uitingen
Reclame-uitingen ten behoeve van een aan huis gebonden beroep voldoen aan de volgende kenmerken:
a maximum oppervlak van 0,20 m²;
b de reclame-uiting dient aan de gevel te worden aangebracht.
4.3.1 Overkappingen
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.2 onder a voor het bouwen van al dan niet vrijstaande overkappingen, indien:
a deze wordt opgericht op een minimale afstand van 1 m achter (het verlengde van) de voorgevel, met dien verstande dat:
1 de afstand van de overkapping tot de voorste perceelsgrens minimaal 5 meter is;
2 de oppervlakte maximaal 25 m² is;
3 de bouwhoogte maximaal 3 m bedraagt;
4 er maximaal 1 overkapping wordt opgericht.
4.3.2 Voorwaarden afwijking
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 4.3.1 kan slechts worden verleend, indien:
a de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
b het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig wordt geschaad.
Tot een gebruik in strijd met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van (vrijstaande) bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.
4.5.1 Aan huis verbonden bedrijf
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.1 voor het toestaan van een aan huis verbonden bedrijf, indien:
a de oppervlakte maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen bedraagt tot een maximum van 60 m²;
b er geen sprake is van een duurzame ontwrichting van de bestaande distributieve voorzieningen of een ernstige verstoring van de verzorgingsstructuur;
c het geen bedrijfsactiviteiten betreft die normaliter in een winkelcentrum of een winkelstraat worden uitgeoefend;
d er geen sprake is van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
e er geen detailhandel plaatsvindt behalve als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf;
f een reclame-uiting voldoet aan de volgende kenmerken:
1 de reclame-uiting dient aan de gevel aangebracht te worden;
2 maximum oppervlak van 0,20 m²;
4.5.2 Mantelzorg
a Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.1 en worden toegestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte, indien:
1 een dergelijke bewoning noodzakelijk is uit het oogpunt van mantelzorg;
2 de afhankelijke woonruimte binnen de vigerende regeling inzake bijgebouwen wordt ingepast met een maximale oppervlakte van 80 m²;
3 het bijgebouw qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met het betreffende hoofdgebouw;
4 de afhankelijke woonruimte gelegen is op maximaal 10 m afstand van het hoofdgebouw;
5 de afhankelijk woonruimte gelijkvloers wordt uitgevoerd;
6 het betreffende (deel van het) bijgebouw voldoet aan de eisen die voor woon- gebouwen gelden zoals het Bouwbesluit en de Bouwverordening;
7 er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in het geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven.
b de omgevingsvergunning verleend op grond van artikel 4.5.2 onder a vervalt, in- dien de bij het verlenen van de vergunning bestaande noodzaak vanuit een oog- punt van mantelzorg niet meer aanwezig is.
4.5.3 Bed and breakfast
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.1 ten behoeve van het gebruik van ruimten binnen de woning en/of bijgebouwen bij de woning voor bed and breakfast voorzieningen, voor zover dit gebruik ondergeschikt blijft aan de woonfunctie en mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
a maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen, tot een maximum van
60 m2 voor bed and breakfast wordt gebruikt;
b degene die de activiteiten in de woning of het bijgebouw zal uitvoeren dient tevens de bewoner van de woning te zijn;
c de activiteiten dienen qua aard, milieubelasting, uitstraling en intensiteit te passen in de woonomgeving;
d de activiteiten mogen geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en geen onevenredige parkeerdruk veroorzaken.
4.5.3 Voorwaarden afwijking
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 4.5.1, 4.5.2 en 4.5.3 kan slechts worden verleend, mits:
a de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
b het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig worden geschaad.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het bepaalde in deze regels omtrent de situering, de horizontale diepte en de opper- vlakte van bouwwerken, alsmede het bebouwingspercentage, is op overeenkomstige wijze van toepassing op ondergronds bouwen, met dien verstande dat:
a de verticale diepte van ondergrondse bouwwerken niet meer dan 3,5 m mag be- dragen;
b ondergronds bouwen slechts onder bebouwd oppervlak wordt toegestaan.
Onder gebruik in strijd met de bestemmingen wordt in elk geval verstaan:
a een gebruik van gronden als stort- en/of opslagplaats van grond en/of afval, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
b een gebruik van gronden als stallings- en/of opslagplaats van ιιn of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
c een gebruik van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting dan wel ten behoeve van prostitutie.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
a in het plan genoemde goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten, percentages en afstandseisen, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 10% van de goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten, percentages en afstandseisen;
b de regels en worden toegestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 2,5 m, en deze noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein of uit een oogpunt van doelmatig gebruik van de gronden en/of de bebouwing;
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 8.1 kan slechts worden verleend, mits:
a de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
b het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen niet onevenredig worden geschaad.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
a bestemmingsgrenzen mogen met niet meer dan 5 m worden verschoven;
b de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet onevenredig worden geschaad;
c het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet onevenredig worden geschaad.
De voorschriften van de bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van steden- bouwkundige aard blijven overeenkomstig het bepaalde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:
a de richtlijnen voor het verlenen van vrijstelling van de stedenbouwkundige bepalingen;
b de bereikbaarheid van gebouwen voor wegverkeer;
c de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;
d het bouwen bij hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoofdtransportleidingen;
e de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden;
f de ruimte tussen bouwwerken.
11.1.1 Algemeen
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmings- plan/inpassingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
a gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
b na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
11.1.2 Ontheffing
Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 11.1.1 voor het vergroten van de inhoud van
een
bouwwerk als bedoeld in artikel 11.1.1 met maximaal 10% .
11.1.3 Uitzondering
Artikel 11.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
11.2.1 Algemeen
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan/inpassingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
11.2.2 Strijdig gebruik
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in artikel
11.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
11.2.3 Onderbroken gebruik
Indien het gebruik, bedoeld in artikel 11.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
11.2.4 Uitzondering
Artikel 11.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Dit bestemmingsplan kan worden aangehaald als bestemmingsplan Burg. Van de Venstraat ong. te Haaren van de gemeente Haaren.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van .
De voorzitter, De griffier,