Plan: Princenhage-Haagpoort
Idn: NL.IMRO.0758.BP2011035001-0501
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Status: Onherroepelijk
Planregels
Op deze pagina vindt u de regels behorende bij het plan Princenhage-Haagpoort.

Artikel 14 Maatschappelijk

 

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. maatschappelijke voorzieningen;

  2. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats' een begraafplaats en/of uitvaartcentrum met bijbehorende voorzieningen;

  3. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' tevens een kantoor;

  4. ter plaatse van de aanduiding 'wonen' tevens wonen;

  5. ter plaatse van de aanduiding 'zorgwoning' maximaal 80 zorgwoningen;

met daarbij behorend(e):

  1. groen;

  2. nutsvoorzieningen;

  3. speelvoorzieningen, waaronder kunstgrasvelden;

  4. verkeer;

  5. parkeren;

  6. water.

 

14.2 Bouwregels

 

14.2.1 Gebouwen

  1. Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mogen gebouwen worden gebouwd.

  2. Het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 60%.

  3. In afwijking van onderdeel b, mag het bebouwingspercentage niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding ‘maximum bebouwingspercentage (%)' is aangeduid.

  4. Ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' en/of 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' mag de hoogte niet meer bedragen dan is aangeduid, met dien verstande dat voor een oppervlakte van maximaal 300 m2 de bouwhoogte maximaal 28 meter mag bedragen.

  5. Het aantal (zorg)woningen mag niet worden vermeerderd.

  6. In afwijking van het bepaalde onder b tot en met d en lid 14.2.2, onder b, zijn ter plaatse van de aanduiding 'wonen' de bouwregels vermeld in de artikelen 20.2, 20.3, 20.4 en 20.5, onder b en c, van toepassing, met dien verstande dat:

  1. het bepaalde in lid 20.2.2, onder d, en lid 20.2.3, onder a, onderdeel 2, onder d en e, niet van toepassing is;

  2. Het bevoegd gezag met een omgevingsvergunning kan afwijken van het bepaalde in lid 20.2.4, onder c, voor het bouwen van een erf- en terreinafscheiding van 2 meter voor de naar de weg of het openbaar gebied gekeerde gevel, met dien verstande dat:

  1. de stedenbouwkundige kwaliteit en de de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast;

  2. er geen aaneengesloten erf- of terreinafscheiding van 2 meter hoog ontstaat met een lengte van meer dan 8 meter.

 

14.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

  1. De hoogte van lichtmasten en vlaggenmasten mag maximaal 8 meter bedragen.

  2. De hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 meter mag bedragen.

  3. De hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 3 meter bedragen.

 

14.3 Specifieke gebruiksregels

  1. Het is verboden een woning te gebruiken voor kamerverhuur.

  2. Onder kamerverhuur wordt niet verstaan, het verhuren van maximaal 2 kamers zonder eigen voorzieningen, zoals een badkamer en keuken, aan maximaal 2 personen, door een eigenaar die in dezelfde woning woont.