Plan: Ulvenhout
Idn: NL.IMRO.0758.BP2009060001-0501
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Status: Onherroepelijk
Planregels
Op deze pagina vindt u de regels behorende bij het plan Ulvenhout.

Artikel 8 Groen

 

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. groen, bermen, beplanting en plantsoenen;

  2. water, waterhuishouding en waterberging;

  3. ter plaatse van de aanduiding ‘kinderboerderij’ een kinderboerderij met de daarbij behorende dierenweide en dierenverblijven;

  4. ter plaatse van de aanduiding ‘evenemententerrein’ evenementen;

  5. ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone-molenbiotoop’ tevens als molenbiotoop;

  6. nutsvoorzieningen;

met daaraan ondergeschikt:

  1. verhardingen;

  2. speelvoorzieningen.

 

8.2 Bouwregels

 

8.2.1 Voor het bouwen gelden de volgende algemene regels:

  1. de gronden mogen niet worden bebouwd, met uitzondering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

  2. in afwijking van het bepaalde onder a. mogen ter plaatse van de aanduiding ‘kinderboerderij’ twee gebouwen worden gebouwd, met een bouwhoogte van maximaal 4,5 meter en een oppervlakte van maximaal 20 m2 per gebouw;

  3. ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone-molenbiotoop’ gelden de volgende regels:

    1. binnen een afstand van 100 meter vanaf de voet van de molen mogen geen bouwwerken worden opgericht met een grotere bouwhoogte dan 6 meter;

    2. binnen een afstand van 100 tot 400 meter vanaf de voet van de molen mogen geen bouwwerken worden opgericht met een grotere bouwhoogte dan de maximale bouwhoogte die is berekend volgens de volgende formule:

maximale bouwhoogte = (afstand tot de molen (in meters) / 50) + (0,2 * 20,35)

3. in afwijking van het bepaalde onder 1 en 2 is bebouwing met een grotere hoogte toegestaan, mits het een bouwwerk betreft met een bestaande grotere hoogte of een lichtmast.

 

8.2.2 Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  1. de hoogte van speelvoorzieningen mag maximaal 5 meter bedragen;

  2. de hoogte van lichtmasten mag maximaal 6 meter bedragen;

  3. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 2 meter bedragen.

 

 

8.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in:

  1. lid 8.2.1 onder c., voor de bouw van bouwwerken, mits geen onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan van de belangen van de molen en de daarbij behorende ongestoorde windvang onder zorgvuldige afweging van de daarbij behorende belangen.