Artikel 51 Leiding - Hoogspanningsverbinding
51. 1. Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Leiding
- Hoogspanningsverbinding’ aangewezen gronden zijn, behalve
voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
a. bovengrondse hoogspanningsleidingen;
met de daarbij behorende:
b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
51. 2. Bouwregels
51. 2. 1. In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemming(en) mogen op of in deze gronden geen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze dubbelbestemming.
51. 2. 2. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
51. 2. 3. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:
de
bouwhoogte van hoogspanningsmasten zal ten hoogste
51. 3. Specifieke gebruiksregels
51. 3. 1. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
het aanbrengen van opgaande beplanting.
51. 4. Wijzigingsbevoegdheid
51. 4. 1. Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:
a. de in de andere daar voorkomende bestemming(en) toegelaten gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, mits:
1. hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig functioneren van de hoogspanningsleiding;
2. vooraf advies wordt ingewonnen van de betreffende leidingbeheerder;
b.
de
dubbelbestemming ‘Leiding - Hoogspanningsverbinding’ wordt verwijderd.
51. 4. 2. Burgemeester en wethouders kunnen toepassing geven aan de in lid 51.4.1. bedoelde wijzigingsbevoegdheden indien hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie, de woonsituatie, de landschappelijke waarden, de cultuurhistorische waarden, archeologische waarden, de natuurwaarden, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.