Artikel 59 Algemene wijzigingsregels

59. 1.   Burgemeester en Wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:

 

59. 1. 1. in een aanduiding “maximale bouwhoogte (m)” een grotere bouwhoogte voor het bouwen van antennemasten wordt aangegeven, mits:

-          de bouwhoogte van antennemasten ten hoogste 25 m zal bedragen;

 

59. 1. 2. de dubbelbestemming ‘Leiding - Gas’ wordt aangebracht, indien:

a.       wordt voldaan aan de regels uit de van toepassing zijnde wettelijke regels;

b.      hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie, de woonsituatie, de landschappelijke waarden, de cultuurhistorische waarden, de archeologische waarden, de natuurwaarden, de verkeers­veiligheid, de ontsluitingsituatie, de parkeersituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;

 

59. 1. 3. de dubbelbestemming ‘Leiding - Hoogspanningsverbinding’ wordt aangebracht, indien:

-          hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie, de woonsituatie, de landschappelijke waarden, de cultuurhistorische waarden, de archeologische waarden, de natuurwaarden, de verkeers­veiligheid, de ontsluitingsituatie, de parkeersituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;

 

59. 1. 4. de dubbelbestemming ‘Leiding – Overig <type leiding>’ wordt aangebracht, indien:

a.       wordt voldaan aan de regels uit de van toepassing zijnde wettelijke regels;

b.      hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie, de woonsituatie, de landschappelijke waarden, de cultuurhistorische waarden, de archeologische waarden, de natuurwaarden, de verkeers­veiligheid, de ontsluitingsituatie, de parkeersituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;

 

59. 1. 5. de dubbelbestemming ‘Leiding - Water’ wordt aangebracht, indien:

-          hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie, de woonsituatie, de landschappelijke waarden, de cultuurhistorische waarden, de archeologische waarden, de natuurwaarden, de verkeers­veiligheid, de ontsluitingsituatie, de parkeersituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;

 

59. 1. 6. de dubbelbestemming ‘Waarde - Archeologie’ wordt aangebracht, indien:

-          door onderzoek archeologische waarden van gronden naar voren komen;

 

59. 1. 7. de dubbelbestemming ‘Waarde - Cultuurhistorie’ wordt aangebracht, indien:

-          door onderzoek cultuurhistorische en (cultuur)landschappelijke waarden van gronden naar voren komen;

 

59. 1. 8. de dubbelbestemming ‘Waarde - Landschap’ wordt aangebracht, indien:

-          door aanvullend historisch onderzoek (cultuur)landschappelijke waarden van gronden naar voren komen.