Artikel 8 Algemene aanduidingsregels

 

 

8.1 Vrijwaringszone molenbiotoop

 

8.1.1 Bouwregels

 

In afwijking van HOOFDSTUK 2 Bestemmingsregels gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Vrijwaringszone- molenbiotoop' de volgende regels:

  1. binnen een afstand van 100 m tot het middelpunt van de molen wordt geen bebouwing opgericht hoger dan de onderste punt van de verticaal staande wiek;

  2. binnen een afstand van 100 tot 400 m tot het middelpunt van de molen wordt geen bebouwing opgericht met een hoogte die meer bedraagt dan 1/30 van de afstand van het bouwwerk tot het middelpunt van de molen, gerekend vanaf de onderste punt van de verticaal staande wiek.
  3. Indien op grond van HOOFDSTUK 2 Bestemmingsregels een lagere maximale bouwhoogte geldt dan de maximaal toelaatbare bouwhoogte ingevolge lid 8.1. sub a, prevaleert de maximaal toelaatbare bouwhoogte van HOOFDSTUK 2 Bestemmingsregels.

 

8.1.2 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde onder lid 8.1.1 indien:

  1. de vrije windvang of het zicht op de molen al zijn beperkt vanwege aanwezige bebouwing en de windvang en het zicht op de molen niet verder worden beperkt vanwege de nieuw op te richten bebouwing, of ;

  2. toepassing van het onder lid 8.1.1 bedoelde afstands- en / of hoogtematen de belangen in verband met de nieuw op te richten bebouwing onevenredig zouden schaden.

 

8.1.3 Procedureregels

Bij verlening van de ontheffingsbevoegdheid, zoals genoemd in lid 8.1.2, wordt de in artikel 11.1 opgenomen procedure doorlopen.