Artikel 14

 

Leiding (L) (dubbelbestemming)

 

 

 

            14.1

 

Bestemmingsomschrijving

 

 

 

 

 

De voor “Leiding (L)” aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor watertransportleidingen-W (1200 en 1600 mm) en een (hoog)spanningsleiding-HV van 50 kiloVolt.

 

 

 

            14.2

 

Bouwregels

 

 

 

 

 

In aanvulling op het bepaalde in de bouwregels behorende bij de artikelen 3 tot en met 24 gelden tevens de onderstaande regels:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

                                  14.2.1

 

Binnen de zone van 8,00 meter aan weerszijden uit het hart van een watertransportleiding is geen bebouwing toegestaan.

 

 

 

                                  14.2.2

 

Binnen de zone van 2,50 meter aan weerszijden uit het hart van de hoogspanningsleiding is geen bebouwing toegestaan.

 

 

 

           14.3

 

Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een

 

 

Werk , geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 

 

                                   14.3.1

 

Het is binnen de op de verbeelding aangeduide zone van een leiding of kabel verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning), de volgende werkzaamheden uit te voeren:

 

 

a.    het aanleggen van verharde wegen, paden, banen of parkeerstroken en het aanbrengen van andere gesloten oppervlakteverhardingen met een grotere plaatselijke oppervlakte dan 50 m2;

b.    het ontginnen, bodem verlagen, afgraven, ophogen en egaliseren van gronden met een grotere hoogte dan 30 centimeter;

c.    het aanbrengen van ondergrondse transport, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;

d.    het aanbrengen van diepwortelende planten;

e.    het in de bodem drijven van voorwerpen of delen van constructies.

 

 

 

            14.3.2

 

Het bepaalde in artikel 14.3.1 is slechts toelaatbaar, indien door de uit te voeren werkzaamheden geen schade aan de leiding wordt of kan worden veroorzaakt.

 

 

 

      14.3.3

 

Het bepaalde in artikel 14.3.1 is niet van toepassing op het uitvoeren van andere werken en/of werkzaamheden in het kader van het onderhoud of beheer van de aanwezige leiding.

 

 

 

                          14.3.4

 

Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld in artikel 14.3.1 wordt door burgemeester en wethouders schriftelijk advies ingewonnen bij de leiding- of kabelheerder(s) omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.