Artikel 8        Algemene vrijstellingsbevoegdheid

Algemene vrijstellingsbevoegdheid ten behoeve van geringe afwijkingen

1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd - tenzij op grond van hoofdstuk II ter zake reeds vrijstelling kan worden verleend - vrijstel­ling te verlenen van de bepalingen van het plan voor:

a.       afwijkingen van maten (waaronder percentages) met ten hoogste 10%;

b.      overschrijding van bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgren­zen, voor zover zulks van be­lang is voor een technisch betere re­alisering van bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen echter niet meer dan 3 m bedragen en het bouwvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.

 

2. Vrijstelling wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven ge­bruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

 

Vrijstellingsbevoegdheden Staat van Bedrijfsactiviteiten

3. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in:

a.       artikel 12, lid 1, om bedrijven uit één categorie hoger dan de toegestane categorie, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatge­vende milieuaspecten) geacht kan worden te behoren tot de toegelaten categorieën van de SvB;

b.      artikel 12, lid 1, om bedrijven toe te laten die niet in de SvB zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de toegelaten categorieën van de SvB;

c.       artikel 1, lid 4, om aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten toe te laten in één categorie hoger dan de toegestane categorie, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzon­dere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspec­ten) geacht kan worden te behoren tot de toegelaten categorie van de SvB;

d.      artikel 1, lid 4, om aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten toe te laten die niet in de SvB zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de toegelaten categorie van de SvB.