8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. behoud en herstel van de landschappelijke en natuurlijke waarden;
b. recreatiewoning, ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning';
c. recreatief medegebruik;
d. agrarisch medegebruik, ter plaatse van de aanduiding 'agrarisch';
e. sluis, ter plaatse van de aanduiding 'sluis';
f. water, waaronder kreken;
g. bij de bestemming behorende voorzieningen, zoals verhardingen in de vorm van voet- en fietspaden en ontsluitingen;
h. een geluidzone - industrie ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - industrie',
i. alsmede ter bescherming van cultuurhistorische waarden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'.
8.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
8.2.1 Bouwen algemeen
Toegestaan zijn hoofdgebouwen, bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
8.2.2 Gebouwen
Voor hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
-
uitsluitend bestaande gebouwen zijn toegestaan, waarbij geldt dat de bouwhoogte en oppervlakte van deze gebouwen niet vergroot mogen worden;
b. in afwijking van het bepaalde onder a. mogen de recreatiewoningen eenmalig met maximaal 10% van de inhoud worden uitgebreid, met dien verstande dat de grenzen van de aanduiding 'recreatiewoning' niet mogen worden overschreden.
8.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder steigers mede zijn begrepen, geldt de volgende regel:
a. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 2 m.
8.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de bouwhoogte, omvang en situering van de onder 8.2.2 onder b. en 8.2.3 bedoelde bouwwerken, indien dit vanwege het behoud van landschappelijke en natuurlijke waarden noodzakelijk is.
8.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.4.1 Omgevingsvergunning
Het is verboden op of in deze gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
a. het uitvoeren van grondwerkzaamheden, waartoe ook worden gerekend het ophogen, afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en/of ontginnen van gronden, het aanleggen van drainage, en aanleggen, vergraven, dempen of verruimen van sloten, vijvers en andere waterpartijen;
b. het aanleggen van gesloten oppervlakteverhardingen;
c. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse afvoerleidingen,
d. kabels, energieleidingen, telecommunicatieleidingen of transportleidingen voor gassen of vloeistoffen;
e. het vellen of rooien van houtgewas, anders dan bij wijze van verzorging of onderhoud, met dien verstande dat geen omgevingsvergunning is vereist voor het vrijhouden van lichten en bakens ten behoeve van de scheepvaart ;
f. het aanleggen van oeverbeschoeiingen, kaden of aanlegplaatsen.
8.4.2 Uitzondering
Het verbod in lid 8.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
a. tot het normale beheer en onderhoud behoren;
b. noodzakelijk zijn voor het behoud en/of herstel van landschappelijke en natuurlijke waarden.
8.4.3 Voorwaarde
Het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 8.4.1 is slechts toelaatbaar, indien en voor zover door deze werken en werkzaamheden de landschappelijke en natuurlijke waarden niet onevenredig worden aangetast.
8.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
8.5.1 Omgevingsvergunning
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) een bouwwerk met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' geheel of gedeeltelijk te slopen.
8.5.2 Voorwaarde
Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 8.5.1 wordt uitsluitend verleend indien uit
cultuur-/bouwhistorisch onderzoek blijkt, dat de cultuurhistorische waarden niet op onaanvaardbare wijze worden verstoord.
8.6 Wijzigingsbevoegdheid
8.6.1 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming 'Natuur - 1' ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 2' wijzigen in de bestemming Natuur - 3', luidend als volgt:
'Natuur - 3
1 Bestemmingsomschrijving
De voor Natuur - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor natuurontwikkeling, met recreatief
medegebruik, in de vorm van:
a. groenvoorzieningen;
b. water, waaronder kreken, en het innemen van ligplaatsen van vaartuigen voor
watersportdoeleinden ter plaatse van de aanduiding 'aanlegsteiger';
c. bijbehorende voorzieningen zoals:
1. voetbruggen en voetpaden;
2. recreatieve voorzieningen, waaronder in elk geval zoals strandjes en
aanlegvoorzieningen, en een ligweide met picknickplek ter plaatse van de
aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – ligweide'.
2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
2.1 Bouwen algemeen
Toegestaan zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
2.2. Gebouwen
Voor het onderhoud van de in lid 1 genoemde gronden en de bestudering van de flora en fauna mogen gebouwen, zoals materiaalbergingen, schuilgelegenheid en observatiehutten, worden opgericht tot een totale oppervlakte van maximaal 20 m2 en een bouwhoogte van maximaal 3 meter.
2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
a. ter plaatse van de aanduiding 'aanlegsteiger' zijn aanlegsteigers toegestaan.
b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals zitgelegenheden, aanlegsteigers en uitkijkpunten bedraagt niet meer dan 5 meter.'
8.6.2 Voorwaarde
Voorafgaand aan de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij Rijkswaterstaat.
|