direct naar inhoud van Regels

Zeehavens Dordrecht

Status: Vastgesteld
Idn: NL.IMRO.0505.BP177Zeehavens-3003

Artikel 4 Bedrijf-2

 

 

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf-2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. bedrijven;

  2. kantoren;

  3. openbare dienstverlening;

  4. bij de bestemming behorende voorzieningen, zoals verhardingen, groen, water, parkeervoorzieningen en nutsvoorzieningen,

een en ander met inachtneming van het bepaalde in lid 4.3.

 

 

4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

 

4.2.1 Bouwen algemeen

Toegestaan zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

 

4.2.2 Gebouwen

Voor gebouwen gelden de volgende regels:

  1. bouwen is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';

  2. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste de in de verbeelding aangegeven hoogtemaat;

  3. de oppervlakte bedraagt ten hoogste het aangegeven bebouwingspercentage van het aanduidingsvlak dat tot één instelling of bedrijf behoort.

 

4.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels

  • de bouwhoogte bedraagt ten hoogste:

  • erfafscheidingen 3 m

  • lichtmasten 9 m

  • vlaggenmasten 9 m

  • silo's 50 m

  • schoorstenen, installaties en kranen 80 m

  • overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 6 m

 

 

4.3 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik gelden de volgende regels:

 

4.3.1 Milieuzonering

Bedrijfsactiviteiten zijn uitsluitend toegestaan met inachneming van het bepaalde in artikel 20.1.

 

4.3.2 Risicovolle inrichtingen

Risicovolle inrichtingen zijn niet toegestaan.

 

4.3.3 Geluidverdeling

Ter plaatse van de aanduiding “zone geluidverkaveling” mogen gronden uitsluitend worden gebruikt met inachtneming van het bepaalde in artikel 20.2.

 

4.3.4 Bedrijfswoningen

Bedrijfswoningen zijn niet toegestaan.

 

4.3.5 Bedrijfsgebonden kantoren

Bedrijfsgebonden kantoren mogen per bedrijf ten hoogste 50% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte beslaan, met een maximum van 3.000 m2, mits het bepaalde in artikel 20.3 van deze regels in acht wordt genomen.

 

 

4.3.6 Zelfstandige kantoren

Zelfstandige kantoren zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor -zelfstandig kantoor', met dien verstande dat het bruto-vloeroppervlak niet meer mag bedragen dan 2.350 m2.

 

4.3.7 Ondergeschikte detailhandel

In het kader van de uitoefening van een bedrijf is ondergeschikte detailhandel toegestaan, mits:

  1. het goederen betreft, die ter plaatse zijn vervaardigd of geproduceerd of die in het kader van de bedrijfsuitoefening worden verkocht of geleverd en een wezenlijk onderdeel uitmaken van de totale bedrijfsuitoefening;

  2. de detailhandel zich beperkt tot een niet-zelfstandig onderdeel van het bedrijf;

  3. het aandeel detailhandel niet meer bedraagt dan 5 % van de bedrijfsomzet;

  4. geen specifieke inrichting gericht op detailhandel mag worden aangebracht;

  5. geen speciale aandacht voor detailhandel mag worden gevraagd.

 

4.3.8 Openbare dienstverlening

Ter plaatse van de aanduiding 'openbare dienstverlening' is tevens gebruik toegestaan voor dienstverlening t.b.v. het beheer van het hoofdwegennet en hoofdvaarwegennet.

 

4.3.9 Nutsvoorziening

Ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' is uitsluitend een nutsvoorziening toegestaan.