HOOFDSTUK 1 Inleiding

 

1.1 Aanleiding en doel

 

Op 1 maart 2005 stelde de gemeenteraad het bestemmingsplan “Leerpark” vast, dat op 13 oktober 2005 in werking is getreden. Het doel van het Leerpark was en is een ontwikkeling waarin een vernieuwing van het voortgezet beroepsonderwijs wordt nagestreefd, door onder meer een nauwe samenwerking tussen scholen onderling en door inbreng van en samenwerking met het bedrijfsleven. Het Leerpark moet een ontmoetingsplaats tussen onderwijs en bedrijfsleven worden, in de sfeer van een vernieuwd regulier onderwijs, maar ook van bijscholingscursussen en introductie van nieuwe technologiëen. De onderwijsprogramma´s zullen flexibeler worden en meer op maatwerk zijn gericht. Door middel van intensieve samenwerking met het bedrijfsleven kan de huidige beroepsopleiding min of meer veranderen in één lange stageperiode; het leren en werken vindt dan plaats in reële praktijksituaties. Het bedrijfsleven kan hierin bijdragen door binnen het Leerpark bijvoorbeeld bedrijven te vestigen, door branches uitvoerig te presenteren of door een winkelleerbedrijf op te zetten dat gerund wordt door leerlingen.

 

Door het beroepsonderwijs op een centrale plaats binnen de bebouwde kom te concentreren, worden de mogelijkheden om nieuwe voorzieningen efficiënt te exploiteren vergroot. Een fysieke vernieuwing en concentratie van de huisvesting in combinatie met andere voorzieningen (onder meer vanuit het bedrijfsleven) is dan ook voorwaarde voor de slagingskans van het Leerparkconcept. Door de centrale ligging en goede bereikbaarheid en het feit dat het gebied al tientallen jaren als scholengebied in gebruik is, leent het scholengebied aan de Maria Montessorilaan en omgeving zich bij uitstek voor een dergelijke fysieke vernieuwing en concentratie/combinatie van functies.

 

Een aanzienlijk deel van de bestaande bebouwing binnen het Leerpark is inmiddels vervangen door nieuwe schoolgebouwen. Hierbij bleek het echter niet mogelijk om binnen de in het bestemmingsplan vastgelegde kaders te blijven. Via planologische vrijstellingsprocedures is medewerking verleend aan de noodzakelijke afwijkingen van het bestemmingsplan, zoals het verschuiven van bouwblokken en het maken van andere wegen en groenpartijen. Deze afwijkingen werken echter door bij de ontwikkeling van de rest van het plangebied; om het programma te kunnen realiseren zijn soms weer op andere plekken afwijkingen ten opzichte van het oorspronkelijke bestemmingsplan nodig.

 

Verder zijn er ook wijzigingen in het programma vereist om de Leerparkontwikkeling tot het gewenste resultaat te leiden:

• Het bleek tot op heden niet mogelijk om ondernemers te bewegen om leerbedrijven, die in de oorspronkelijke opzet van het bestemmingsplan geen winstoogmerk mochten hebben, in het Leerpark te vestigen. Het studieaanbod is voor een belangrijk deel gericht op commerciële dienstverlening en vereist dan ook leerbedrijven die (deels) een commercieel karakter hebben.

• De bebouwing aan de Leerboulevard, tussen het Da Vinci College en het Stedelijk Dalton Lyceum zal iets hoger worden dan in het vigerende bestemmingsplan mogelijk is gemaakt.

• De locatie van het Leonardo Plaza moet in het kader van een optimale verkaveling enkele meters verschuiven ten opzichte van het bestemmingsplan.

• De supermarkt uit de naastgelegen woonwijk Land van Valk wordt verplaatst naar het Leerpark waarbij de oppervlakte van die supermarkt wordt toegevoegd aan de omvang die in het Leerpark reeds voor een supermarkt was gereserveerd. Hierdoor ontstaat een supermarkt van voldoende omvang, die ook als leerbedrijf zal functioneren, zonder de detailhandelsstructuur van het gebied aan te tasten.

 

Daarnaast zijn in afwijking van het bestemmingsplan via planologische vrijstellingsprocedures woningen aan de noordzijde en in het centrum van het plangebied gerealiseerd en is een afzonderlijk bestemmingsplan ontwikkeld voor de realisering van een uitrukpost voor de Regionale Brandweer en de Ambulancedienst aan de zuidzijde van het plangebied.

 

Op 27 mei 2010 heeft het ministerie van Verkeer en Waterstaat ambtelijk en op 4 juni 2010 bestuurlijk met de gemeente Dordrecht gesproken over de consequenties die het Rijksontwerp basisnet transport gevaarlijke stoffen met zich mee brengt. De door het Rijk geschetste effecten zijn tweeledig. Enerzijds is er sprake van een toenemend transport van gevaarlijke stoffen met name in de categorie Brandbaar gas. Aan de andere kant is er sprake van het vaststellen van een gebruiksruimte voor het transport van gevaarlijke stoffen die sterk wijzigt ten opzichte van de huidige veiligheidszones. De wijzigingen spelen zich met name af in de zone direct langs het spoor. Vaststelling van het basisnet heeft ruimtelijke gevolgen voor de direct langs de spoorbaan gelegen gebied voor zover dit nog niet is vormgegeven.

Voorts is in het Leerpark de realisatie van een "Stedenbaan station" gewenst. Over plaats en fasering wordt momenteel nageacht. Ook de realisatie van deze wens heeft effecten op het aan het station aansluitende gebied. Deze ontwikkeling is op dit moment echter onvoldoende concreet om rechtestreeks of via een wijzigingsbevoegdheid in een bestemmingsplanherziening op te nemen.

Met de besluitvorming over de wijziging van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen in de tweede kamer is het basisnet spoor vastgesteld, Naar aanleiding hiervan is de circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen aangepast. De ruimtelijke consequenties van het basisnet spoor moeten in het bestemmingsplan worden verwerkt.

Gelet op de bovengenoemde ontwikkelingen is het gewenst het vigerende bestemmingsplan Leerpark te herzien.

1.2 Ligging en begrenzing plangebied

 

Het plangebied wordt begrensd door:

• De Dubbeldamseweg in het noordoosten;

• De woonwagenlocatie Dubbeldamseweg/Romboutsplantsoen in het oosten;

• De N3 met het daarnaast gelegen fietspad in het zuidoosten;

• De Laan der Verenigde Naties in het zuidwesten; en

• De spoorlijn Dordrecht-Lage Zwaluwe in het westen.

 

 

 

1.3 Vigerende bestemmingsplannen

 

Voor het plangebied gelden de volgende bestemmingsplannen:

1. Leerpark, vastgesteld op 1 maart 2005, goedgekeurd op16 augustus 2005 en inwerking getredenop 13 oktober 2005;

2. 1e Herziening Leerpark, locatie brandweerkazerne, vastgesteld op 1 september 2009 en inwerking getreden op 26 november 2009.

In het bestemmingsplan Leerpark is de basis gelegd voor het ontstaan van het Leerpark, waarbij een combinatie tussen leren en praktijkervaring via het bedrijfsleven wordt nagestreefd. In het noordelijk en oostelijk deel van het plangebied worden in dit bestemmingsplan vooral de bestaande functies juridisch geregeld. Het zuidelijk en westelijk deel van het plangebied voorziet in een onderwijs- en bedrijfs/kantoorontwikkeling. In het centrum van het plangebied is ruimte voor een woningbouwontwikkeling.

In Hoofdstuk 1.1 van deze toelichting is ingegaan op de redenen waarom herziening van dit bestemmingsplan noodzakelijk is.

Onderstaand is de plankaart van het bestemmingsplan Leerpark uit 2005 afgebeeld.

1.4 Leeswijzer

 

In hoofdstuk 1 worden enkele algemene, in ieder bestemmingsplan voorkomende onderdelen

beschreven. vervolgens wordt in hoofdstuk 2 vooral de bestaande situatie van het plangebied

beschreven. De nieuwe situatie wordt in hoofdstuk 3 benoemd. In hoofdstuk 4 komt het beleid van rijk, provincie en gemeente aan de orde. Bij de beschrijving van de omgevingsaspecten in hoofdstuk 5 wordt aandacht besteed aan de verantwoording, onder meer op het gebied van archeologie, flora en fauna, water en milieu. per onderdeel wordt hierbij het relevante beleid benoemd, het onderzoek beschreven en een conclusie getrokken. In hoofdstuk 6 wordt ingegaan op de juridische planbeschrijving. In de hoofdstukken 7 en 8 wordt ingegaan op de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid.