image

image

VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ HET UITWERKINGSPLAN "W EST 1990, 1995 - I"

PAR.. 1. BEGRIPSBEPALINGEN

image

AR . 1. BEGRIPSBEPALINGEN

In deze voorschriften wordt verstaan onder :


het plan de kaart bouwen


bouwwerk


gebouw


bebouwing

bebouwingspercentage


bestemmingsgrens


bebouwingsgrens


perceelgrens

bouwperceel

het onderhavige uitwerkingsplan;

de kaart, deel uitmakend van het plan;

het plaatsen, geheel en gedeeltelijk op­ richten, vernieuwen, veranderen of ver­ groten van een bouwwerk ;


elke konstruktie van enige omvang van hout, steen; metaal of ander materiaal, die hetzij direkt of indirekt met de grond verbonden is, hetzij direkt of indirekt steun vindt in of op de grond;

elk bouwwerk, dat een voor mensen toe­ gankelijk,e overdekte, geheel of gedeel­ telijk met wanden omsloten ruimte vormt;

één of meer bouwwerken ;

het percentage van de oppervlakte van het terrein , binnen de op de kaart aangegeven bebouwingsgrens, dat mag worden bebouwd;

een op de kaart aangegeven lijn, welke de

grens vormt van een bestemming;

image

een op de kaart aangegeven lijn, welke door in de voorschriften nader bepaalde bebouwing niet mag worden overschreden;

de grens van een bouwperceel;

een aaneengelsoten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige be­ bouwing is toegestaan;


image


- 5 -

-2 ME11995


image

image


image

bouwlaag


image

woning bovenwoning

ambachtelijk bedrijf


garagebedrijf


verkooppunt voor motobrandstoffen


detailhandel


winkel


luifel

een doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of bij benadering gelijkehoogte liggende vloeren of balk­ lagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitzondering van de onderbouw en zolderverd ieping;

een (gedeelte van een) gebouw, dat dient voor de huisvestingvan een huishouden;

een woning, gelegen in een gebouw waar­ van de begane grond een andere funktie heeft dan wonen;

een bedrijf, alwaar overwegend door mid­ del van handwerk produkten worden ver­ vaardigd of hersteld;

image

een gebouw/bebouwing, bestemd voor de verkoop en het herstellen van motorvoer­ tuigen en/of onderdelen hiervan met uit­ zondering van een plaatwerkeri,jslope­ rij en/of spuiterij

een inrichting, waar door middel van één of meer pompinstallaties motorbrandstof­ fen worden verkocht en geleverd;

het bedrijfsmatig te koop aanbiede,n hieronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan degenen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsaktivite;it


een (gedeeltevan een) gebouw, dat blijkens zijn aard en indeling een voor detailhandel bruikbare ruimte omvat met bijbehorende werkplaats,magazijn en administratieruimte en met uitzondering van een daaruit toegankelijke woning;

afdakconstructie, die ten hoogste aan één zijde is bevestigd aan een gebouw.


Kategorie A-inrichtingen:inrichtingen opgenomen in artikel 1 van

het Besluit kategorie A-inrichtingen Wet geluidhinder van 15 oktober 1981 (Stb.1981, nr. 671), zoals dit besluit geldt ten tijde van de tervisieleggging van het ontwerp van het plan "West 1990"


- 6 -

image image

image



ART. 2. WIJZE VAN METEN

Bij de toepassing van deze voorschriften wordt als volgt gemeten:

  1. lengte, breedte en diepte

  2. oppervlakte


  3. goothoogte


  4. inhoud

    tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/ of het hart van scheidsmuren;


    tussen (de buitenste vertikale projek­ ties van) de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van scheidsmuren;


    van de horizontale snijlijn van elk dak­ vlak met elk daaronder gelegen buiten­ werks gevelvlak tot aan de bovenkant van het aansluitende afgewerkte bouwperceel;


    image

    tussen buitenwerkse gevelvlakken, het hart van scheidsmuren, de buitenzijde van dakvlakken, erkers en dakkapellen en de bovenzijde van begane grondvloeren;


  5. hoogte

van het hoogste kant van het bouwperceel of tot aan de aangrenzende uitzondering lichtkappen.


image

- 7 -

punt tot aan de boven­ aansluitende afgewerkte in voorkomende gevallen

bovenkant van de laagste oever, met van schoorstenen en

image


1 BESTEMMINGEN EN VOORSCHRIFTEN MET BETREKKING TOT DEZE BESTEMMINGEN.

ART. 3. HANDEL EN NIJVERHEID(BN)

  1. De op de kaart voor "Handel en nijverheid" (HN) aangewezen gronden ijn bestemd voor bedrijven van handel en nijverheid, wegen, open terreinen, parkeer- en groenvoorzieninge n, water, waterkerin,g bruggen, duikers en verhardingen, alsmede de daarbij behorende bouwwerken , met uitzondering van;

    1. kategorie A-inrichtingen;

      image

    2. bedrijven van handel en nijverheid, die in de als bijlage opgenomen "staat van inrichtinegn, behorende bij de voorschriften van het bestemmingsplan "West 1990", onder de categorieën 4. en 5, zijn genoemd;

      c , winkels;

      d. verkooppunten voor motorbrandstofefn.

  2. Ten aanzien van de bebouwing van de in het eerste lid bedoelde gronden wordt bepaald, dat:

    1. gebouwen uitsluitend binnen de bebouwingsgrenzen mogen worden gebouwd;

    2. het bebouwingspercentage niet meer mag bedragen dan op de

      kaart is aangegeven;

    3. de hoogte van enig gebouw niet meer mag bedragen dan op de

      ka art is aangegeve;n

    4. de hoogte van enig bouwwerk, geen gebouw zij nde, niet meer

      dan 15 meter mag bedragen; met uitzondering van:

      1. luifels, waarvan de hoogteniet meer dan 6 metermag

        bedragen en

      2. erfafscheidingen, waarvan de hoogte niet meer dan 2 meter mag bedragen.


- 8 -

image

image


ART. 4 . BEDRIJ_FSBE OUWING(BB)


  1. De op de kaart voor "Bedrijfsbebouwing"(BB) aangewezen gronden zijn bestemd voor ambachtelijke bedrijven waaronder garagebedrijven, winkels, praktijkruimt,enbovenwoningen,

    g roenvoorzieinngen, open terreinen en verhardingen, alsmede de

    daarbij behorende bouwwerken.


  2. Ten aanzien van de bebouwing van de in het eerste lid bedoelde gronden wordt bepaald, dat :


    1. gebouwen uitsluitend binnen de bebouwingsgrenzen mogen worden gebouwd;

    2. de goothoogte van enig gebouw niet meer dan 7,5 meter mag bedragen;

    3. de hoogte van enig gebouw niet meer dan 10,5 meter mag

      bedragën

    4. de hoogte van enig bouwwerk, geen gebouw zijnde, niet meer dan 15 meter mag bedragen, met uitzondering van erfafscheidingen, waarvan de hoogteniet meer dan 2 meter mag bedragen.


image

- 9 -

image image


image

image

ART. 5. GARAGES(G)


  1. De op de kaart voor "Garages (G)" aangewezen gronden z1Jn bestemd voor autoboxen en/of bergingen, groenvoorzieningen en verhardingen.


  2. Ten aanzien van de bebouwing van de in het eerste lid bedoelde gronden wordt bepaald, dat :


    1. uitsluitend binnen de bebouwingsgrenzen mag worden gebouwd;


    2. de hoogte van enig bouwwerk niet meer dan 3,5 meter mag bedragen.


image

- 10 -

image


image

image

·. '""'.


PAR. 3. ALGEMENE BEPALINGEN AR2,:_,. 6. VRIJSTELLINGB;ti..

Burgemeester en wethouderskunnen vrijstelling verlenen van het in

het plan bepaalde voor

  1. het bouwen van kleine utilitaire bouwwerken, waarvan de oppervlakte niet meer dan 25 m2 en de hoogte niet meer dan 3,5 meter mag bedragen, mits het voor bebouwing bestemde gronden betreft;

  2. het bouwen van andere bouwwerken, die om waterstaatkundige of verkeersredenennoodzakelijk zijn, zoals duikers, bruggen en keermuren;

  3. het overschrijden van bebouwingsgrenzen door bouwwerken, zoals luifels, balkons, bordessen en pergola's, mits die overschrijding niet meer dan 1 meter zal bedragen;


- 11 -

image

image

image

image

image

,....


ART. 7 SLOTBEPALING.

De voorschriften van dit plan kunnen worden aangehaald onder de titel: "Voorschriften Uitwerkingsplan West 1990, 1995 - I".


- 12 -