|
|
|
Occupatie en verstedelijking
|
De structuur van Heerhugowaard bestaat uit veel rechte lijnen, waarlangs de ruimtelijke
ontwikkelingen zich hebben afgespeeld en nog afspelen. Met de droogmakerij in de 17e eeuw
kreeg het gebied van Heerhugowaard geografisch in hoofdlijnen zijn definitieve vorm. In de
daaropvolgende eeuwen wijzigde deze hoofdstructuur niet en, ondanks de spectaculaire
nieuwbouw van de laatste decennia, is de hoofdstructuur redelijk gaaf gebleven. Desalniettemin
is, vooral door de herverkaveling in de jaren zestig, maar ook door de nieuwbouw en wegenaanleg,
een aantal van die historisch gegroeide structuren verloren gegaan.
De spil, ook voor het verkeer, was jarenlang de Middenweg. Helaas is voor dit doel het kenmerkende
karakter van de oude Middenweg (met bomen aan twee kanten en water aan de oostzijde) op
sommige plaatsen behoorlijk aangetast. Inmiddels zijn de Westtangent, Oosttangent en Zuidtangent
de hoofdontsluitingswegen geworden, maar de Middenweg wordt op sommige plekken nog steeds
teveel belast.
Historische route Middenweg als drager van ontwikkelingen
In de jaren zestig is gestart met het bouwen van de
woonwijken en werkgebieden aan weerszijden van de
oudere wegen. Elke buurt, elke wijk heeft een eigen
sfeer. Het is prettig wonen in Heerhugowaard. Ruimte
en groen zijn belangrijke kenmerken van de stedelijke
inrichting van de gemeente.
De inmiddels wat verouderde inrichting van de meeste
wijken, wordt op dit moment in samenspraak met de
bewoners onder handen genomen in het kader van
groot onderhoud wijken. Binnen de werkgebieden
vindt herstructurering plaats van met name de
inrichting van de openbare ruimte.
In het oude centrumgebied spelen verschillende
´binnenstedelijke´ ontwikkelingen. Projecten zijn in
studie of zijn de afgelopen jaren gerealiseerd.
Dat geldt bijvoorbeeld voor de zogenaamde
Middenwegzone van Centrumwaard. Hiervoor heeft de
gemeente een visie opgesteld waaraan toekomstige
ontwikkelingen kunnen worden getoetst.
Met de aanleg van de Oosttangent is de
hoofdwegenstructuur compleet en wordt het mogelijk
om de Middenweg ter hoogte van Centrumwaard
autoluw te maken. Het verkeer dat nu nog gebruik
maakt van de Middenweg kan afgewikkeld worden via
de Westtangent en de Oosttangent. Vervolgens kan
de Middenwegzonde van Centrumwaard ingericht
worden als aantrekkelijk winkelgebied.
Door de van oudsher ruime ruimtelijke opzet van Heerhugowaard, is er weinig hoogbouw. In de
jaren negentig zijn bij het NS-station enkele woontorens gebouwd en de afgelopen jaren zijn ook
in het Stadshart en in de Stad van de Zon een aantal voor Heerhugowaardse begrippen hoge
woongebouwen neergezet.

Stedelijke ontwikkeling als nieuwe herkenningspunten in het landschap
Het landelijke gebied is altijd open gebleven. Linten en dijken vormen de ruimtelijke begrenzingen
van de open ruimte. Die open ruimte staat echter, met name op de overgang tussen stedelijk en
landelijk gebied (Jan Glijnisweg, Middenweg-zuid) onder druk.
De Stad van de Zon, De Vork en De Draai zijn ontworpen als duurzaam planconcept. Uitgangspunt
is een zorgvuldig, intensief ruimtegebruik waarbij geen stedelijke aanslag op het landelijk gebied
ontstaat. Op het gebied van duurzaamheid wordt continu vooruitgang geboekt. Zo zijn de eisen voor
energieprestatie in de woningbouw aangescherpt.
Uit onderzoek blijkt dat de Heerhugowaardse ondergrond uitstekend geschikt is voor warmte/koude
opslag door de aanwezigheid van lagen grof zand. Het gebruik van aardwarmte is in Heerhugowaard
goed mogelijk.
Het begrip duurzaamheid is verbreed: de focus op comfort en ruimtelijke kwaliteit naast duurzaam
energiegebruik is daarbij van wezenlijk belang.
Ideen over woningbouw, vervoer, watersysteem,
natuur en samenleving worden in samenhang
ontwikkeld. Het is van belang deze duurzame
stedenbouw in de ontwikkeling van Broekhorn en
de herstructurering van het Stationsgebied voort
te zetten.
Heerhugowaard ligt in een sterk verstedelijkte
regio, aan de noordelijke rand van de Randstad.
Het open landschap van de regio is daarbij een
belangrijk onderdeel van de kwaliteit van de regio.
Het is van belang de verbindende kwaliteit van het
open landschap intact te laten en te versterken tot
een groene contramal die voorziet in de behoefte
tot recreren. Hiermee kan invulling gegeven
worden aan de toenemende behoefte aan
routegebonden activiteiten (wandelen, fietsen,
varen, paardrijden, skeeleren) met rustpunten in letterlijke zin (geluidsarm) en in figuurlijke zin
(horeca, ontmoeting, picknicken).
In het landelijk gebied zal met name het
recreatieve medegebruik en het netwerk van
recreatieve routes moeten worden versterkt. Een
goed toegankelijk en bruikbaar platteland vormt
een belangrijk uitgangspunt voor de toekomst.
|
|