direct naar inhoud van Regels

Soesterberg

Status: Onherroepelijk
Idn: NL.IMRO.0342.BPSTB0006-0401

Artikel 35 Algemene wijzigingsregels

 

35.1 overschrijding van bestemmingsgrenzen

Burgemeester en wethouders kunnen de begrenzing van bestemmings- en bouwvlakken wijzigen, zodanig dat de geldende oppervlakte van de bij de wijziging betrokken vlakken en zones niet meer dan 20% wordt verkleind of vergroot.

 

35.2 wijzigen van Staat van Bedrijfsactiviteiten

Burgemeester en wethouders kunnen de van deze regels deel uit makende Staat van bedrijfsactiviteiten als bedoeld in bijlage 1 wijzigen, indien technologische ontwikkelingen of vernieuwde inzichten hiertoe aanleiding geven.

 

35.3 wijzigen van Beleidsnota parkeernormen en parkeersfonds

Burgemeester en wethouders kunnen voor het toepassen van de Beleidsnota parkeernormen (1e herziening) d.d. 18 februari 2010 het bestemmingsplan wijzigen voor zover dit nodig is in verband met een nieuwe door de gemeenteraad vastgestelde Beleidsnota parkeernormen en parkeerfonds.

 

35.4 wijzigen van de Archeologische Verwachtings- en Beleidsadvieskaart

Burgemeester en wethouders kunnen voor het toepassen van de Archeologische Verwachtings- en Beleidsadvieskaart het bestemmingsplan wijzigen voor zover dit nodig is in verband met:

  1. een nieuwe door de gemeenteraad vastgestelde Archeologische Verwachtings- en Beleidsadvieskaart, dan wel;

  2. een door Burgemeester en wethouders vastgestelde wijziging van de dubbelbestemming Waarde - Archeologie Waardevol Gebied 1, 2 of 3, zodanig, dat de dubbelbestemming naar ligging wordt verschoven of naar omvang wordt vergroot of verkleind en in voorkomend geval wordt verwijderd, voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgraving, daartoe aanleiding geeft.

 

35.5 Wro-zone - wijzigingsgebied - 1

Voor de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1' gelden de regels zoals opgenomen in de bestemmingen waarin naar deze aanduiding wordt verwezen.

 

35.6 Wro-zone - wijzigingsgebied - 2

Voor de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 2' gelden de regels zoals opgenomen in de bestemmingen waarin naar deze aanduiding wordt verwezen.

 

35.7 Wro-zone - wijzigingsgebied - 3

Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat ter plaatse van de bestemming 'Wonen' met de aanduiding 'wro-zone-wijzigingsgebied 3' twee woningen worden toegestaan waarbij de volgende regels in acht moeten worden genomen:

  1. maximaal twee halfvrijstaande grondgeboden woningen, uitgevoerd als bouwlagen met kap, met een goothoogte van maximaal 5 meter en een bouwhoogte van maximaal 9 meter;

  2. de afstand van de nieuw te realiseren hoofdgebouwen tot aan de zijdelingse perceelsgrens dient minimaal 3 meter te bedragen;

  3. de diepte van de hoofdgebouwen mag maximaal 12 meter bedragen;

  4. de totale voorgevelbreedte van de twee hoofdgebouwen mag maximaal 16 meter bedragen;

  5. de nieuwe woning dient te worden ontsloten via een inrit aan de Kampweg;

  6. het verhaal van kosten over de grondexploitatie van de in het plan begrepen gronden met een anterieure overeenkomst is zekergesteld;

  7. aan de in de 'Nota Parkeernormen en Parkeerfonds' (1e Herziening) vastgesteld door de Gemeenteraad d.d. 18 februari 2010, vastgelegde parkeernormen wordt voldaan;

  8. er mag geen nadelige invloed ontstaan op de normale afwikkeling van het verkeer en in de parkeerbehoefte moet op eigen terrein worden voorzien;

  9. door middel van onderzoeken is aangetoond dat er geen onevenredige schade voor het milieu, bodem en archeologische waarden ontstaat;

  10. alle wettelijke verplichte onderzoeken zijn gedaan;

  11. de aanvrager dient aan de hand van een door een deskundige op te stellen ruimtelijke onderbouwing aan te tonen dat wordt voldaan aan het in dit lid bepaalde en dat de voorgestelde wijziging vanuit het oogpunt van stedenbouw, verkeer, milieu, geluid, cultuurhistorie, archeologie, landschap, natuur, flora en fauna, externe veiligheid en risiconormering geen onoverkomelijk beletsel vormt. Een inrichtingsplan dient onderdeel van de ruimtelijke onderbouwing te zijn.

 

35.8 Wro-zone - wijzigingsgebied - 4

Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen, in die zin dat de geldende bestemming 'Bedrijf' ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone-wijzigingsgebied 4' wordt gewijzigd in de bestemming 'Centrum' en dat de geldende aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder LPG' (vm) wordt verwijderd indien de uitoefening van de betreffende functie blijvend beëindigd is, waarbij de volgende regels in acht moeten worden genomen:

  1. maximaal twee woningen op de verdieping;

  2. het verhaal van kosten over de grondexploitatie van de in het plan begrepen gronden met een anterieure overeenkomst is zekergesteld;

  3. aan de in de 'Nota Parkeernormen en Parkeerfonds' (1e Herziening) vastgesteld door de Gemeenteraad d.d. 18 februari 2010, vastgelegde parkeernormen wordt voldaan;

  4. er mag geen nadelige invloed ontstaan op de normale afwikkeling van het verkeer en in de parkeerbehoefte moet op eigen terrein worden voorzien;

  5. door middel van onderzoeken is aangetoond dat er geen onevenredige schade voor het milieu, bodem en archeologische waarden ontstaat;

  6. alle wettelijke verplichte onderzoeken zijn gedaan;

  7. de aanvrager dient aan de hand van een door een deskundige op te stellen ruimtelijke onderbouwing aan te tonen dat wordt voldaan aan het in dit lid bepaalde en dat de voorgestelde wijziging vanuit het oogpunt van stedenbouw, verkeer, milieu, geluid, cultuurhistorie, archeologie, landschap, natuur, flora en fauna, externe veiligheid en risiconormering geen onoverkomelijk beletsel vormt. Een inrichtingsplan dient onderdeel van de ruimtelijke onderbouwing te zijn.

 

35.9 Wro-zone - wijzigingsgebied - 5

Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen, in die zin dat de geldende bestemmingen 'Horeca' ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone-wijzigingsgebied 5' wordt gewijzigd in de bestemming 'Kantoor' of 'Wonen' en waarbij de volgende regels in acht moeten worden genomen:

  1. het verhaal van kosten over de grondexploitatie van de in het plan begrepen gronden met een anterieure overeenkomst is zekergesteld;

  2. aan de in de 'Nota Parkeernormen en Parkeerfonds' (1e Herziening) vastgesteld door de Gemeenteraad d.d. 18 februari 2010, vastgelegde parkeernormen wordt voldaan;

  3. er mag geen nadelige invloed ontstaan op de normale afwikkeling van het verkeer en in de parkeerbehoefte moet op eigen terrein worden voorzien;

  4. door middel van onderzoeken is aangetoond dat er geen onevenredige schade voor het milieu, bodem en archeologische waarden ontstaat;

  5. alle wettelijke verplichte onderzoeken zijn gedaan;

  6. de aanvrager dient aan de hand van een door een deskundige op te stellen ruimtelijke onderbouwing aan te tonen dat wordt voldaan aan het in dit lid bepaalde en dat de voorgestelde wijziging vanuit het oogpunt van stedenbouw, verkeer, milieu, geluid, cultuurhistorie, archeologie, landschap, natuur, flora en fauna, externe veiligheid en risiconormering geen onoverkomelijk beletsel vormt. Een inrichtingsplan dient onderdeel van de ruimtelijke onderbouwing te zijn.

 

35.10 Wro-zone - wijzigingsgebied - 6

Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen, in die zin dat de geldende bestemmingen 'Bos', Groen-Wijkgroen' en 'Verkeer' ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone-wijzigingsgebied 6' wordt gewijzigd in de bestemming 'Verkeer' waarbij de volgende regels in acht moeten worden genomen:

  1. het verhaal van kosten over de grondexploitatie van de in het plan begrepen gronden met een anterieure overeenkomst is zekergesteld;

  2. er mag geen nadelige invloed ontstaan op de normale afwikkeling van het verkeer;

  3. door middel van onderzoeken is aangetoond dat er geen onevenredige schade voor het milieu, bodem en archeologische waarden ontstaat;

  4. alle wettelijke verplichte onderzoeken zijn gedaan;

  5. de aanvrager dient aan de hand van een door een deskundige op te stellen ruimtelijke onderbouwing aan te tonen dat wordt voldaan aan het in dit lid bepaalde en dat de voorgestelde wijziging vanuit het oogpunt van stedenbouw, verkeer, milieu, geluid, cultuurhistorie, archeologie, landschap, natuur, flora en fauna, externe veiligheid en risiconormering geen onoverkomelijk beletsel vormt. Een inrichtingsplan dient onderdeel van de ruimtelijke onderbouwing te zijn.

 

35.11 Wro-zone - wijzigingsgebied - 7

Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen, in die zin dat de geldende bestemming 'Bedrijf' ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone-wijzigingsgebied 7' deels wordt gewijzigd in de bestemmingen 'Groen-Wijkgroen', 'Tuin' en 'Wonen' waarbij de volgende regels in acht moeten worden genomen:

  1. na de bestemmingswijziging zijn binnen de bestemming 'Bedrijf' de planregels van artikel 4 (Bedrijf) van toepassing waarbij alleen bedrijven zijn toegestaan van categorie 1 en 2 zoals vermeld in Staat van Bedrijfsactiviteiten in bijlage;

  2. Het deel van het perceel dat de bestemming 'Bedrijf' valt, mag voor maximaal 60% bebouwd worden;

  3. de afstand van de bedrijfsgebouwen dient tenminste 40 meter te bedragen, gemeten vanaf het in de bestemming 'Verkeer' gelegen gedeelte van de Banningstraat;

  4. de bedrijfsbebouwing mag maximaal een goothoogte hebben van 6 meter en een bouwhoogte van 9 meter;

  5. de afstand van de nieuw te realiseren bedrijfsbebouwing tot aan de zijdelingse perceelgrens dient minimaal 5 meter te bedragen;

  6. binnen de bestemming 'Wonen' zijn maximaal drie woningen toegestaan; één vrijstaande woning en twee halfvrijstaande woningen;

  7. de voorgevelbreedte van de vrijstaande woning mag maximaal 12 meter bedragen;

  8. de totale voorgevelbreedte van de twee halfvrijstaande woningen mag maximaal 16 meter bedragen;

  9. de diepte van de hoofdgebouwen met een woonfunctie mag maximaal 12 meter bedragen;

  10. de afstand van de nieuw te realiseren hoofdgebouwen met een woonfunctie tot aan de zijdelingse perceelsgrens dient minimaal 3 meter te bedragen;

  11. de voorgevel van de nieuw te realiseren hoofdgebouwen met een woonfunctie dienen op minimaal 6 meter van de bestemming 'Verkeer' te worden gerealiseerd;

  12. de gronden behorende bij de nieuw te realiseren woningen en de gronden achter de voorgevel en 3 meter achter het verlengde van de voorgevel daarvan worden bestemd als 'Wonen';

  13. de gronden behorende bij de nieuw te realiseren woningen worden voor zover deze gelegen zijn voor de voorgevel en 3 meter achter het verlengde van de voorgevel bestemd als 'Tuin';

  14. een strook van 7 meter breed langs de gehele lengte grenzend aan de Amersfoortsestraat zal bestemd worden als 'Groen-Wijkgroen';

  15. het verhaal van kosten over de grondexploitatie van de in het plan begrepen gronden met een anterieure overeenkomst is zekergesteld;

  16. aan de in de 'Nota Parkeernormen en Parkeerfonds' (1e Herziening) vastgesteld door de Gemeenteraad d.d. 18 februari 2010, vastgelegde parkeernormen wordt voldaan;

  17. er mag geen nadelige invloed ontstaan op de normale afwikkeling van het verkeer en in de parkeerbehoefte moet op eigen terrein worden voorzien;

  18. door middel van onderzoeken is aangetoond dat er geen onevenredige schade voor het milieu, bodem en archeologische waarden ontstaat;

  19. alle wettelijke verplichte onderzoeken zijn gedaan;

  20. de aanvrager dient aan de hand van een door een deskundige op te stellen ruimtelijke onderbouwing aan te tonen dat wordt voldaan aan het in dit lid bepaalde en dat de voorgestelde wijziging vanuit het oogpunt van stedenbouw, verkeer, milieu, geluid, cultuurhistorie, archeologie, landschap, natuur, flora en fauna, externe veiligheid en risiconormering geen onoverkomelijk beletsel vormt. Een inrichtingsplan dient onderdeel van de ruimtelijke onderbouwing te zijn.

 

Postadres:
Postbus 2000
3760 CA Soest
Telefoon: (035) 6093411
E-mail: postbus2000@soest.nl