Inhoud
 
Gemeente:
Ede
PlanNaam:
Wekerom, Bedrijventerrein Het Laar te Wekerom
Status:
Vastgesteld
Datum:
13-12-2012

Artikel 10 Algemene wijzigingsbevoegdheid

 

  1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de in het plan opgenomen bestemmingen te wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen niet meer dan 3 meter bedragen en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.

  2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de in het plan opgenomen bouwvlakken te wijzigen ten behoeve van overschrijding van bouwvlakgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen niet meer dan 3 meter bedragen en het bouwvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.

  3. Voor elke wijziging geldt in zijn algemeenheid dat in de afweging in ieder geval de stedenbouwkundige, verkeerstechnische en milieuhygiënische belangen worden betrokken. Met het oog daarop worden in elk geval de volgende criteria in acht genomen:

        1. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;

        2. de verkeersveiligheid;

        3. de wijziging mag niet leiden tot een onevenredige toename van de verkeersintensiteiten op de bestaande wegenstructuur;

        4. een wijziging met de daarbij behorende bebouwing en inrichting mag niet leiden tot nadelige gevolgen voor de natuurwaarden;

        5. een wijziging met de daarbij behorende bebouwing en inrichting dient inpasbaar te zijn in het stedenbouwkundige beeld van de omgeving;

        6. de wijziging mag niet leiden tot een onevenredige toename van de hinder op nabijgelegen hindergevoelige functies;

        7. bij een wijziging dienen de wettelijke bepalingen inzake externe veiligheid en luchtkwaliteit in acht te worden genomen;

        8. bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden worden de bij of krachtens de Wet geluidhinder gestelde bepalingen in acht genomen;

        9. bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden dienen de wettelijke bepalingen inzake natuurregelgeving, waaronder in elk geval begrepen het bepaalde in de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet, in acht te worden genomen;

        10. bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden dient een watertoets te worden verricht.