Chopinplein
Status: | Vastgesteld |
Idn: | NL.IMRO.0216.BPChopinplein-VG01 |
Hoofdstuk 3 Algemene regels
Artikel 8 Anti-dubbeltelbepaling
Grond welke eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 9 Algemene gebruiksregels
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:
gebruik van gronden, gebouwen, bouwwerken en onderkomens ten behoeve van een seksinrichting en/of escortbedrijf, raamprostitutie en straatprostitutie;
het gebruik van bijgebouwen bij een woning als zelfstandige woningen en als afhankelijke woonruimte.
Artikel 10 Algemene afwijkingsregels
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken:
van de in de regels gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages;
van de regels en toestaan dat het bouwvlak in geringe mate wordt overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
van de in het plan gegeven bestemmingsgrenzen, zodat deze in geringe mate mogen worden overschreden, indien dit noodzakelijk is voor een goede ruimtelijke inrichting;
van de regels voor de bouw van een luifel aan de voorgevel van een hoofdgebouw, geen woning zijnde, mits:
de diepte gemeten vanuit de voorgevel niet meer dan 2 m bedraagt;
de hoogte niet meer bedraagt dan de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw;
er geen bezwaren bestaan vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid;
van de regels en toestaan dat openbare nutsgebouwtjes, wachthuisjes ten behoeve van het openbaar vervoer, telefooncellen, gebouwtjes ten behoeve van de bediening van kunstwerken, toiletgebouwtjes, en naar aard daarmee gelijk te stellen gebouwtjes worden gebouwd, mits:
de inhoud per gebouwtje niet meer dan 50 m³ zal bedragen;
de bouwhoogte niet meer dan 3,5 m zal bedragen;
van de regels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot:
ten behoeve van reclamemasten tot maximaal 35 m;
ten behoeve van kunstwerken, geen gebouwen zijnde, tot maximaal 40 m;
ten behoeve van waarschuwings- en/of communicatiemasten tot maximaal 50 m;
van het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen en toestaan dat de bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers, lichtkappen en technische ruimten, mits:
de maximale oppervlakte van de vergroting niet meer dan 10% van het betreffende platte dakvlak of de horizontale projectie van het schuine dakvlak zal bedragen;
de bouwhoogte niet meer dan 1,25 maal de maximale bouwhoogte van het betreffende gebouw zal bedragen.
De hierboven geregelde omgevingsvergunningen kunnen worden verleend indien hierdoor de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad en de stedenbouwkundige samenhang niet onevenredig wordt aangetast.
Er zal sprake zijn van een onevenredige aantasting van de stedenbouwkundige samenhang indien:
de bebouwingskarakteristiek (vrijstaand, twee-aaneen, aaneengebouwd) wordt aangetast;
de karakteristiek van de open ruimte wordt aangetast;
historische of stedenbouwkundige betekenis van bebouwing wordt aangetast.
Artikel 11 Overige regels
11.1 Andere wettelijke regelingen
Waar in dit plan wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, wordt geduid op de regelingen zoals die luidden op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan.