De
voor 'Waterstaat - Beheerszone watergang' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar,
mede bestemd voor de aanleg en het
onderhoud van de watergang.
Uitsluitend
bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming met
een hoogte van maximaal
Burgemeester en
wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.
om het
oprichten van bouwwerken ten behoeve van de andere daar voorkomende
bestemmingen toe te staan, mits hiertegen
met het oog op de bescherming van de A-watergang geen bezwaar bestaat;
Voorafgaande aan de verlening van de bouwvergunning wordt door burgemeester en wethouders advies
ingewonnen bij de betrokken beheerder van de watergang.
6.4.1 Het is verboden de in deze
bestemming begrepen gronden en de zich daarop bevindende opstallen te gebruiken
of te doen of laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met deze
bestemming.
6.4.2 Burgemeester en wethouders wijken
bij een omgevingsvergunning af van het in 6.4.1 vervatte verbod, indien strikte
toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige
gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
6.4.3 Overtreding van het bepaalde
in 6.4.1 is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1a onder 2 van de Wet op
de economische delicten.