direct naar inhoud van Artikel 1 Begrippen
GEMEENTE OLDENZAAL
Plan: Bestemmingsplan Wolbertdijk 6
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0173.BP16031-va01

   

Opdrachtgever

de heer N. Kienhuis

Reininksweg 8

7562 PJ  DeuRNINGEN

 

Adviesbureau

Geofox-Lexmond bv

Eektestraat 10-12

Postbus 221

7510 AE Oldenzaal

Tel. 0541 - 585544

Fax 0541 - 522935

 

 

Status

Definitief

Datum

September 2010 

Projectnummer

20080951


 

Regels

Bestemmingsplan

Wolbertdijk 6 gemeente Oldenzaal

 


Inhoudsopgave

 

 

Hoofdstuk 1     Inleidende regels                                                 1

Artikel 1.              Begrippen                                                                2

Artikel 2.              Wijze van meten                                                       7

Hoofdstuk 2     Bestemmingsregels                                            8

Artikel 3.              Wonen                                                                     9

Artikel 4.              Bos                                                                          12

Hoofdstuk 3     Algemene regels                                                  13

Artikel 5.              Anti-dubbeltelregel                                                     14

Artikel 6.              Algemene bouwregels                                                15

Artikel 7.              Algemene gebruiksregels                                           16

Artikel 8.              Algemene ontheffingsregels                                        17

Artikel 9.              Algemene procedureregels                                         18

Artikel 10.            Overige regels                                                           19

Hoofdstuk 4     Overgangs- en slotregels                                  20

Artikel 11.            Overgangsrecht                                                         21

Artikel 12.            Slotregel                                                                   22

 

 


1.      Inleidende regels

 

 

Artikel 1               Begrippen

Artikel 2               Wijze van meten

2.1                  Gebouwen en bouwwerken

2.2                  Ondergeschikte bouwdelen

2.3                  Maatvoering

2.4                  Meten


Artikel 1      Begrippen

 

In deze regels wordt verstaan onder:

 

plan

het bestemmingsplan “Wolbertdijk 6” van de gemeente Oldenzaal;

 

bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO. 0173.BP16031-va01.gml met de bijbehorende regels en eventuele bijlagen;

 

de verbeelding

de analoge en digitale voorstelling van de in het plan opgenomen digitale ruimtelijke informatie;

 

aanduiding

een geometrisch bepaald vlak of figuur waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

 

aanduidingsgrens

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

 

aanbouw

een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonische opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw; functionele ondergeschiktheid is niet vereist;

 

aan huis verbonden beroep

een dienstverlenend beroep, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;

 

agrarisch bedrijf

een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of door middel van het houden van dieren, daaronder niet begrepen een glastuinbouwbedrijf, een champignonkwekerij, een gebruiksgerichte paardenhouderij of een wormenkwekerij;

 

ander-bouwwerk

een bouwwerk, geen bouwwerk zijnde;

 

ander-werk

een werk, geen bouwwerk zijnde;

 

archeologische waarde

de waarde die van belang is voor de archeologie en voor de kennis van de beschavingsgeschiedenis;

 

bebouwing

één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen bouwwerk zijnde;

 


bebouwingspercentage

de bebouwde oppervlakte van de gebouwen uitgedrukt in procenten van de totale oppervlakte van nader aangegeven gronden;

 

bed & breakfast

het bieden van de, ten opzicht van het hoofdgebruik ondergeschikte, mogelijkheid tot recreatief nachtverblijf en ontbijt aan personen die hun hoofdverblijf elders hebben;

 

bedrijf

een bedrijfseconomische eenheid, gericht op het behalen van winst;

 

bedrijfsgebouw

een gebouw, dat dient voor uitoefening van een bedrijf;

 

bedrijfsmatige exploitatie

het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/exploitatie dat in de logiesverblijven permanent wisselende recreatieve (nachts)verblijfsmogelijkheden geboden worden;

 

bedrijfswoning/dienstwoning

een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;

 

beroeps- c.q. bedrijfsvloeroppervlakte

de totale vloeroppervlakte van de ruimte die wordt gebruikt voor een aan-huis-verbonden beroep dan wel een (dienstverlenend) bedrijf of een dienstverlenende instelling, inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke;

 

bestemmingsgrens

de grens van een bestemmingsvlak;

 

bestemmingsvlak

een geometrisch bepaald vlak met  een zelfde bestemming;

 

Bevi-inrichting

een inrichting als bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;

 

bijgebouw

een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw; functionele ondergeschiktheid is niet vereist;

 

boerderijkamer

(deel van) een (voormalig) agrarisch gebouw welke blijvend is bestemd voor recreatief nachtverblijf, waarbij wordt overnacht in kamers en dat, al dan niet in combinatie met dagverblijf, beschikbaar is;

 

bouwen

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

 


bouwgrens

de grens van een bouwvlak;

 

bouwlaag

een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;

 

bouwperceel

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar horende bebouwing is toegelaten;

 

bouwperceelgrens

de grens van een bouwperceel;

 

bouwvlak

een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;

 

bouwvlakgrens:

een op de verbeelding aangegeven lijn, die de grens vormt van een bouwvlak;

 

bouwwerk

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

 

buitenrijbaan

een omheind terrein, ten behoeve van het berijden van paarden;

 

cultuurhistorische waarde

de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens inde loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt;

 

dak

iedere bovenbeëindiging van een gebouw;

 

eerste bouwlaag

de bouwlaag op de begane grond;

 

eerste verdieping

tweede bouwlaag van een hoofdgebouw, een souterrain of kelder niet daaronder begrepen;

 

erotisch getinte vermaakfunctie

een vermaaksfunctie, welke is gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van porno-erotische aard, waaronder begrepen een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal;

 

gebouw

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

 


hoofdgebouw

een gebouw dat, gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt;

 

horecabedrijf

het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse, al dan niet in samenhang met het bedrijfsmatig verschaffen van logies en/of het exploiteren van zaalaccommodatie, met uitzondering van een discotheek;

 

horizontale diepte van een gebouw

de lengte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de naar de weg gekeerde gevel;

 

huishouden

een persoon of groep personen die een huishouding voert;

 

inwoning

de huisvesting van twee huishoudens in één woning;

 

kampeermiddel

een tent, tentwagen, kampeerauto of caravan, niet zijnde een stacaravan, en dienend voor recreatief nachtverblijf;

 

kampeerterrein

terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting bestemd om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf;

 

kleinschalig kampeerterrein

een kampeerterrein voor ten hoogte 25 kampeermiddelen gedurende de periode van 15 maart tot en met 31 oktober;

 

landschappelijke waarde

de aan een gebied toegekende waarde, in verband met de waarneembare verschijningsvorm van dat gebied;

 

maatschappelijke voorzieningen

educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;

 

natuurwetenschappelijke waarde

aan een gebied toegekende waarde in verband met de geologische, bodemkundige en biologische elementen, voorkomend in dat gebied;

 

normale onderhouds- of exploitatiewerkzaamheden

werkzaamheden die regelmatig noodzakelijk zijn voor een goed beheer van de gronden, waaronder begrepen de handhaving dan wel de realisering van de bestemming;

 

onderbouw

een bouwlaag die geheel of gedeeltelijk is gelegen beneden peil;

 

onderkomens

voor verblijf geschikte al dan niet aan de bestemming onttrokken voer- en vaartuigen en kampeermiddelen;

overkapping

een grondgebonden bouwwerk van één bouwlaag;

 

peil

voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grens:

de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;

voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst:

de hoogte van het terrein ter hoogte van de hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;

 

prostitutie

het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;

 

recreatief medegebruik

een recreatief gebruik van de gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatief gebruik is toegestaan;

 

recreatieve bewoning

de bewoning die plaatsvindt in het kader van de weekend- en/of verblijfsrecreatie;

 

recreatiewoning

een gebouw dat periodiek dient voor recreatief (nacht)verblijf voor wisselende groepen van recreanten die hun hoofdverblijf elders hebben;

 

seksinrichting

de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;

 

uitbouw

een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw; functionele ondergeschiktheid is niet vereist;

 

verticale diepte van een gebouw

de diepte van een gebouw, gemeten vanaf de onderzijde van de begane grondvloer;

 

voorgevel

de naar de weg toegekeerde gevel van een gebouw of, indien een perceel met meerdere zijden aan een weg grenst, de als zodanig door burgemeester en wethouders aan te wijzen gevel;

 

woning

een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;

 

woonhuis

een gebouw, hetzij vrijstaand, hetzij aaneengebouwd, dat slechts één woning omvat.

 


Artikel 2      Wijze van meten

 

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

 

2.1         Gebouwen en bouwwerken

 

de breedte van een gebouw

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van de scheidingsmuren;

 

de dakhelling

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

 

de goothoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

 

de inhoud van een bouwwerk

tussen de bovenzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

 

de bouwhoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

 

de oppervlakte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

 

2.2         Ondergeschikte bouwdelen

 

Bij het meten worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwvlak- of bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.

 

2.3         Maatvoering

Alle maten zijn tenzij anders aangegeven:

a.        voor lengten in meters (m);

b.        voor oppervlakten in vierkante meters (m²);

c.        voor inhoudsmaten in kubieke meters (m³);

d.        voor verhoudingen in procenten (%);

e.        voor hoeken/hellingen in graden (°).

 

2.4         Meten

Bij de toepassing van deze voorschriften wordt gemeten tot of vanuit het hart van de lijn.

 


2       Bestemmingsregels

 

 

Artikel 3               Wonen

3.1                  Bestemmingsomschrijving

3.2                  Bouwregels

3.3                  Ontheffing bouwregels

3.4                  Specifieke gebruiksregels

3.5                  Ontheffing gebruiksregels

3.6                  Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 4               Bos

4.1                  bestemmingsomschrijving

4.2                  bouwregels

4.3                  Specifieke gebruiksregels

 


Artikel 3      Wonen

 

3.1         Bestemmingsomschrijving

 

De geometrisch bepaalde, voor de functie wonen-2 binnen de hoofdbestemming WONEN aangewezen gronden, als vervat in de verbeelding, zijn bestemd voor:

 

a         woondoeleinden, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan huis gebonden beroep;

b         de huisvesting van twee huishoudens in één woonhuis (inwoning);

c         de huisvesting van twee of drie huishoudens binnen de inhoud van het gebouw waarvan de oorspronkelijke woning reeds deel uitmaakt, mits dit noodzakelijk is voor de instandhouding van het (waardevolle) gebouw, met dien verstande dat:

                I.          de huisvesting van twee huishoudens uitsluitend is toegestaan indien de inhoud van het gebouw meer bedraagt dan 1.000 m³;

              II.          de huisvesting van drie huishoudens uitsluitend is toegestaan indien de inhoud van het gebouw meer bedraagt dan 1.500 m³;

             III.          de uiterlijke verschijningsvorm gehandhaafd blijft;

           IV.          het bepaalde onder 3 niet van toepassing is indien en voor zover door het (ver)bouwen de karakteristieke verschijningsvorm wordt hersteld dan wel verbeterd.

d         verblijfsrecreatie voorzieningen in de vorm van de functie bed & breakfast tot een oppervlakte van niet meer dan 50 m² ;

e         de functie buitenrenbaan (nieuwe aanduiding:drafbaan), zoals deze bestaat op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;

f           de waterhuishouding met daarbij behorende gebouwen, andere bouwwerken, tuinen en erven, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding geen bebouwing geen gebouwen mogen worden gebouwd.

 

3.2         Bouwregels

 

3.2.1

Hoofdgebouwen in casu woonhuizen voldoen aan de volgende kenmerken:

 

a         per bouwvlak mag één vrijstaand woonhuis worden gebouwd;

b         de inhoud van een woonhuis mag niet meer dan 750 m³ bedragen;

c         in afwijking van het bepaalde onder b geldt dat de inhoud van het woonhuis mag worden vergroot tot niet meer dan de inhoud van het gebouw waarvan de oorspronkelijke woning deel uitmaakt;

d         de afstand van een vrijstaand woonhuis tot aan de weg mag niet minder dan 15 m bedragen;

e         de afstand van een vrijstaand woonhuis en van de vrijstaande zijde van een aaneengebouwd woonhuis tot de zijdelingse perceelgrens mag niet minder dan 3 m bedragen;

f           de goothoogte mag niet meer dan 4 m bedragen, tenzij anders in de verbeelding is aangeduid;

g         de bouwhoogte mag niet meer dan 9 m bedragen, tenzij anders in de verbeelding is aangeduid;

h         e breedte mag niet minder dan 5 m bedragen;

i           de dakhelling mag niet minder dan 30° bedragen;

j           in afwijking van het bepaalde onder d tot en met i geldt dat afwijkingen in maten en afmetingen, zoals die bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, gehandhaafd mogen worden.

 


3.2.2

Aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen voldoen aan de volgende kenmerken:

 

a         de gezamenlijke oppervlakte van aanbouwen, uitbouwen, aangebouwde bijgebouwen, vrijstaande bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 100 m² bedragen, met dien verstande dan niet meer dan 50 m² daarvan mag worden benut voor aanbouwen, uitbouwen, aangebouwde bijgebouwen;

b         een bijgebouw mag op niet meer dan 25 m afstand tot het woonhuis worden gebouwd;

c         de afstand van een bijgebouw tot de zijdelingse perceelgrens mag niet minder dan 1 m bedragen, tenzij in de perceelgrens wordt gebouwd;

d         de goothoogte van een aanbouw, uitbouw, overkapping of een aangebouwd bijgebouw mag niet dan 3 m bedragen met dien verstande dat de goothoogte mag worden vergroot tot ten hoogste 0,25 m boven de vloer van de eerste verdieping van het woonhuis;

e         de goothoogte van een vrijstaand bijgebouw mag niet meer dan 3 m bedragen;

f           de bouwhoogte van een vrijstaand bijgebouw mag niet meer dan 6 m bedragen;

g         in afwijking van het bepaalde onder a tot en met f geldt dat afwijkingen in maten en afmetingen, zoals die bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, gehandhaafd mogen worden, met dien verstande dat dit in ieder geval geldt voor die gebouwen die op de plankaart zijn aangegeven als zijnde “bijzonder gebouw met karakteristieke waarde”.

 

3.2.3

Andere-bouwwerken voldoen aan de volgende kenmerken:

 

a         indien zij vóór de voorgevel of een naar de weg gekeerde zijgevel van het woonhuis of het verlengde daarvan mag worden opgericht mag de bouwhoogte niet meer dan 1 m bedragen;

b         in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 2,50 m bedragen, met uitzondering van vlaggenmasten en lichtmasten waarvan de bouwhoogte niet meer dan 6 m mag bedragen

 

3.3     Ontheffing van de bouwregels

 

3.3.1

Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde in:

 

a         3.1 en 3.2.3, ten behoeve van een buitenrijbaan tot een oppervlakte van maximaal 200 m². Met dien verstande dat:

                I.          de afstand tussen de buitenrijbaan en de bestaande rechtmatig geplaatste bebouwing niet meer dan 25 m mag bedragen;

              II.          de afstand tussen de buitenrijbaan en een woning van derden niet minder dan 70 m mag bedragen;

             III.          verlichtingsvoorzieningen mogen worden gebouwd tot een hoogte van niet meer dan 8 m;

b         3.1, ten behoeve van een kleinschalig kampeerterrein;

c         3.2.1 onder e en toestaan dat de afstand wordt verminderd tot 0 m;

d         3.2.1 onder f en toestaan dat de goothoogte wordt vergroot tot de goothoogte van de bestaande bebouwing;

e         3.2.2 onder a ten behoeve van de vervanging van meerdere bijgebouwen, waarvan de gezamenlijke oppervlakte op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan meer bedraagt dan 100 m², door één of meerdere bijgebouw(en), met dien verstande dat met de vervanging een vermindering (sanering) van de oppervlakte wordt gerealiseerd en dat ten hoogste 100 m² plus 50% van het meerdere boven de 100 m² wordt teruggebouwd, en mits de vervanging bijdraagt aan een aanmerkelijke verbetering van de landschappelijke situatie ter plaatse.

3.3.2

Ontheffing als bedoeld in regel 3.3.1 kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

 

a         het straat- en bebouwingsbeeld;

b         de woonsituatie;

c         de verkeersveiligheid;

d         de sociale veiligheid;

e         de gebruiksmogelijkheden van de (aangrenzende) gronden.

 

3.4         Specifieke gebruiksregels

 

Tot een met de bestemming strijdig gebruik als bedoeld in artikel 7.1 wordt in ieder geval gerekend het gebruik van een vrijstaand bijgebouw voor zelfstandige bewoning.

 


Artikel 4      Bos

 

4.1         Bestemmingsomschrijving

 

De geometrisch bepaalde, voor de functie bos binnen de hoofdbestemming BOS aangewezen gronden, als vervat in de verbeelding, zijn bestemd voor:

 

a         bos, bebossing en groenvoorzieningen;

b         infrastructurele voorzieningen, zoals deze bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;

c         waterhuishouding en waterberging;

d         het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van de natuurwetenschappelijke, ecologische en landschappelijke waarden, zoals het aanleggen van waterlopen, beken daaronder begrepen.

 

met daarbij behorende andere-bouwwerken, voorzieningen en terreinen.

 

4.2         Bouwregels

 

4.2.1

Op de tot BOS bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd andere-bouwwerken ten dienste van de bestemming, met dien verstande dat de hoogte niet meer dan 1,50 m mag bedragen. Hoofdgebouwen in casu woonhuizen voldoen aan de volgende kenmerken:

 

4.3         Specifieke gebruiksregels

 

4.3.1

Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

 

a         het vellen en rooien van bomen en andere houtopstanden;

b         het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 20 m2;

c         het aanlegen of verharden van wegen en paden;

d         het aanleggen van voorzieningen ten behoeve van recreatief of educatief medegebruik;

e         het aanbrengen van bovengrondse en/of ondergrondse transport-, energie-, of telecommunicatieleidingen en daarmee verband houdende contructies, installaties of apparatuur, met uitzondering van het aanbrengen van leidingen ten behoeve van de aansluiting van percelen op het openbare voorzieningennet.

 

4.3.2

Het in 4.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

 

a         het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen;

b         reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

 

4.3.3

De in 4.3.1 genoemde vergunning wordt slechts verleend indien door de werken en/of werkzaamheden dan wel door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen de waarden van deze gronden niet onevenredig (kunnen) worden geschaad, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig (kunnen) worden verkleind.

 


3       Algemene regels

 

 

Artikel 5               Anti-dubbeltelregel

Artikel 6               Algemene bouwregels

             6.1

             6.2

             6.3

Artikel 7               Algemene gebruiksregels

             7.1

             7.2

Artikel 8               Algemene ontheffingsregels

             8.1

             8.2

Artikel 9               Algemene procedureregels

Artikel 10             Overige regels

 

 

 


Artikel 5      Antidubbeltelbepaling

 

Grond welke eenmaal op basis van deze voorschriften in aanmerking werd of moest worden genomen bij het verlenen van een bouwvergunning, waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere aanvragen om bouwvergunning buiten beschouwing.


Artikel 6      Algemene bouwregels

 

6.1

 

In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud en/of afstand tot enige op de verbeelding aangegeven lijn van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen, minder dan wel meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven respectievelijk toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud en/of afstand in afwijking daarvan als minimaal respectievelijk maximaal toegestaan.

 

6.2

 

In die gevallen dat een bestaand bebouwingspercentage, dat in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand is gekomen, meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt dat bebouwingspercentage in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.

 

6.3

 

De voorschriften van de bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:

 

a         de bereikbaarheid van gebouwen voor wegverkeer;

b         de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;

c         het bouwen bij hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoofdtransportleidingen;

d         de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden.


Artikel 7      Algemene gebruiksregels

 

7.1

 

Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 eerste lid Wro wordt in ieder geval verstaan:

 

a         een gebruik van de gronden en bouwwerken op een wijze of tot een doel, strijdig met de aan de grond gegeven bestemming;

b         een gebruik van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting dan wel ten behoeve van prostitutie.

 

7.2

 

Onder verboden gebruik als bedoeld in regel 7.1 onder a wordt niet verstaan het gebruik of het laten gebruiken van gronden ten behoeve van kortstondige, incidentele evenementen, festiviteiten en manifestaties, het innemen van standplaats, indien en voor zover daarvoor ingevolge een wettelijk voorschrift een vergunning, ontheffing of vrijstelling is vereist en deze is verleend.

 


Artikel 8      Algemene ontheffingsregels

 

8.1

 

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van:

 

a         de bij recht in de voorschriften gegeven maten, afmetingen, percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages;

b         de bestemmingsplanbepalingen en toestaan dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of –intensiteit daartoe aanleiding geven;

c         de bestemmingsbepalingen met het oog op de aanpassing aan de werkelijke afmetingen van het terrein, mits de structuur van het plan niet wordt aangetast, de belangen van derden in redelijkheid niet worden geschaad en de ontheffing gewenst en noodzakelijk wordt geacht voor de juiste verwezenlijking van het plan;

d         de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de hoogte van andere bouwwerken en toestaan dat de hoogte wordt vergroot tot niet meer dan 10 m;

e         de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de hoogte van andere bouwwerken en toestaan dat de hoogte van kunstwerken en van zend-, ontvang- en/of sirenemasten wordt vergroot tot niet meer dan 40 m;

f           de bestemmingsbepalingen en toestaan dat de grenzen van het bouwvlak naar de buitenzijde worden overschreden door:

               I.      plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen en schoorstenen;

             II.      gevel- en kroonlijsten en overstekende daken;

            III.      (hoek)erkers over maximaal de halve gevelbreedte, ingangspartijen, luifels, balkons en galerijen, mits de bouwvlakgrens met niet meer dan 1,50 m wordt overschreden.

g         het bepaalde over de afstand van uitbouwen tot aan de voorgevel en het verlengde daarvan voor het bouwen van (hoek)erkers, mits de diepte van de (hoek)erker, gemeten uit de zijgevel, niet meer bedraagt dan 1,50 m;

h         het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen en toestaan dat de bouwhoogte wordt vergroot ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers en lichtkappen;

i           de bestemmingsbepalingen ten behoeve van jaarlijkse evenementen, festiviteiten en/of manifestaties.

 

8.2

 

Ontheffingen als bedoeld in artikel 8.1 kunnen slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

 

a.              het straat- en bebouwingsbeeld;

b.              de woonsituatie;

c.              de milieusituatie;

d.              de verkeersveiligheid;

e.              de sociale veiligheid;

f.                de gebruiksmogelijkheden van de (aangrenzende) gronden.

 

 


Artikel 9      Algemene procedureregels

 

Bij de voorbereiding van besluiten tot verlening van ontheffing, vrijstelling en wijziging van het plan is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure als bedoeld in Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

 

 


Artikel 10    Overige regels

 

Overtreding van het bepaalde in de artikelen 7.1 en 11.2.3 is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1a onder 2° van de Wet op de Economische Delicten.

 

 


4       Overgangs- en slotregels

 

 

Artikel 11             Overgangsrecht

             11.1       Overgangsrecht bouwwerken

             11.2       Overgangsrecht gebruik

Artikel 12             Slotregel

            

 

 


Artikel 11    Overgangsrecht

 

11.1       Overgangsrecht bouwwerken

 

11.1.1

Bouwwerken, die op het tijdstip van de eerste terinzagelegging van het ontwerp van dit plan bestaan dan wel worden gebouwd of kunnen worden gebouwd met inachtneming van het bepaalde in of krachtens de Woningwet, en in enigerlei opzicht van het plan afwijken, mogen, mits de bestaande afwijkingen naar de aard en omvang niet worden vergroot:

 

a         gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;

b         na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning geschiedt binnen twee jaar na het tenietgaan.

 

11.1.2

Het bepaalde in 11.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken, die weliswaar bestaan op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, doch zijn gebouwd zonder of in afwijking van een bouwvergunning - voor zover vereist - in strijd met het toen geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

 

11.2       Overgangsrecht gebruik

 

11.2.1

Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan en dat strijdig is met het plan mag worden voorgezet.

 

11.2.2

Het bepaalde in 11.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat al in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

 

11.2.3

Het is verboden het met het plan strijdige gebruik te wijzigen, tenzij de strijdigheid van dat gebruik ten opzichte van het gebruik overeenkomstig de bestemmingen in dit plan, naar de aard en omvang niet wordt vergroot.

 


Artikel 12    Slotregel

 

Deze regels kunnen worden aangehaald als:

 

”REGELS BESTEMMINGSPLAN WOLBERTDIJK 6”

 

 

 

 

september 2010.

 

 

 

 

Aldus vastgesteld door de Raad in de vergadering d.d.

 

 

 

 

, Voorzitter

 

 

 

 

, Griffier

 

 

 


Bijlage 1 Inrichtingsschets


 

Bijlage 2 Bodem onderzoek


 

Bijlage 3 Akoestisch onderzoek


 

 

 

 

 

 

Bijlage 4 Ecologisch onderzoek


 

 

 

 

 

 

Bijlage 5 Verbeelding


 

 

 

 

Colofon

Auteurs

de heer R.A. Schoemaker

 

 

 

Controle / vrijgave

Mevrouw M.T. Bennen

 

Opletten: bij onjuist gebruik van logo’s kan het certificaat worden ingetrokken