direct naar inhoud van 3.13 Water
Plan: Jufferbeek - Zuid 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0173.BP14005-va01

3.13 Water

Het plangebied valt binnen de grenzen van het beheergebied van het Waterschap Regge en Dinkel. Het waterschap draagt zorg voor een integraal waterbeheer. Integraal waterbeheer richt zich op het beheer, herstel en ontwikkeling van duurzame watersystemen, rekening houdend met ruimtelijke ordening, milieu, natuur en landschap. Bij ontwikkelingen dient het planproces via de watertoets uitgevoerd te worden. De watertoets is het gehele proces van vroegtijdig informeren, adviseren, afwegen en uiteindelijk beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten.

Door ARCADIS is een waterhuishoudingsplan opgesteld. Bij het opstellen van de rapportage heeft veelvuldig overleg plaatsgevonden met het Waterschap. Hieronder word het waterhuishoudkundig ontwerp voor het gebied weergegeven. Uitgangspunten en de rest van het rapport zijn te vinden in de Bijlage.

Toekomstige hoogteligging

Het toekomstig wegpeil wordt bepaald door de volgende factoren:

  • Het halen van de ontwateringsnormen voor wegen en woningen;
  • Het kunnen aansluiten op de bestaande omgeving;
  • Het hydraulisch functioneren van het rwa-stelsel in relatie met de benodigde hoogteligging van de bergingszones.

Op basis van de geohydrologische gebiedsbeschrijving is een gemiddeld hoogste grondwaterstand aangehouden oplopend van NAP +30,40 m in het westen naar NAP +31,30 m tot + 31,50 m in het midden en NAP +31,50 m tot +32,00 m in het oosten van het plangebied.

De maatgevende aansluithoogtes rondom het plangebied liggen ten opzichte van de genoemde GHG's boven de ontwateringsnorm van 0,70 m-wegpeil. De aansluithoogtes zijn daarom als uitgangspunt gehanteerd voor de toekomstige wegpeilen.

De huidige greppel in de geplande groenzone langs de N342 wordt gedempt. Om een eventuele verslechtering van de huidige ontwateringsituatie te voorkomen wordt geadviseerd een drain (ø160 mm) aan te leggen op 0,80 m-mv met een afvoer op de zuidwestelijke watergang (conform de huidige situatie).

Ontwerp verbeterd gescheiden stelsel

  • Regenwaterstelsel
    Het regenwaterstelsel voert onder vrij verval af naar het regenwatergemaal. Na 25% vulling van het stelsel zal het gemaal stoppen met het verpompen van regenwater. De overlopen op de bergingszones zullen vervolgens snel in werking treden om water op straat bij hevige neerslag te voorkomen.
    Bij extreme buien groter dan een bui 08 wel kan water op straat optreden. Dit wordt als acceptabel beschouwd, mede doordat de kavels hoger worden aangelegd en de weg als goot kan optreden richting lager gelegen openbare groenzones (spoorzone of randzone N342).

    Beschikbare berging
    De berging is groter dan de gewenste 4 mm, behorend bij het referentiestelsel van een verbeterd gescheiden stelsel. Oorzaak van de relatief grote bergingscapaciteit is de benodigde diameter om het stelsel hydraulisch goed te laten functioneren.

  • Vuilwaterstelsel
    Het vuilwaterstelsel is opgebouwd uit buizen met diameter 250 mm en voert onder vrij verval af naar het vuilwatergemaal. Het gemaal is centraal gelegen nabij de spoorzone. Op deze manier kan het vuilwaterriool zoveel mogelijk met het maaiveld mee worden gelegd en worden extreem diepe leidingen voorkomen. Het gemaal voert via een persleiding af richting de bestaande persleiding in de Hazewinkelweg.
    Bergingscapaciteit
    Als uitgangspunt is gehanteerd dat het vuilwaterriool maximaal over 12 uur berging moet beschikken. Bij een afvalwaterprognose van 12,0 m3/h geeft dit een benodigde berging van 144 m3. De totale lengte in het dwa-stelsel bedraagt 2.980 m dit geeft een beschikbare berging van 146 m3.

Ontwerp bergingszones

Bij hevige neerslag wordt het hemelwater, afkomstig van het verharde oppervlak, via het verbeterd gescheiden stelsel afgevoerd naar de bergingszones. De zones moeten voldoende capaciteit hebben om de maatgevende neerslagsituatie (T=10 +10%) te kunnen bergen, voordat afgevoerd mag worden op het oppervlaktewater.

De bergingszones hebben allen een aanvoer vanuit een regenwateroverstort. Deze aanvoer is door de kenmerken van het rioolstelsel niet overal gelijk. Om de bergingszones toch optimaal te benutten lopen de bergingszones (behalve zone B4) in elkaar over.


Nut en noodzaak bergingszone B1
Bergingszone B1 is uit nood gecreëerd om een rechtstreeks lozing van de benodigde RWA-overstort te voorkomen. De RWA-overstort is noodzakelijk om water op straat te voorkomen. Op deze manier is een maximaal haalbare berging gerealiseerd en is niet direct sprake van een overloop naar oppervlaktewater bij lage neerslagintensiteiten. De berging bedraagt 501 m3 (inhoud rwa-stelsel + inhoud bergingszone) dit komt overeen met ruim 20 mm.


Opbouw bergingszone

De bergingszones worden natuurlijk ingericht. Dat wil zeggen dat ze afwisselend een smal en breed bodemprofiel krijgen. De bergingszone krijgt een habitat van watergebonden (doel)soorten bestaande uit structuurrijke oevervegetaties, struwelen, natte graslanden, ruigten en open water. Belangrijk aandachtspunt is dat de zone te aller tijden zijn bergende functie moet behouden.

Inpassing Jufferbeek

De ecologische verbindingszone gereserveerd in het bestemmingsplan leent zich uitstekend voor het inpassen van de Jufferbeek. De Jufferbeek vraagt een ruimtebeslag van 20 à 25 m en kan meanderen door de groenzone. De Jufferbeek is in de winter watervoerend en valt in de zomer veelal droog.

Het tracé is vastgesteld in nauw overleg met de Milieu Overleg Oldenzaal (MOO). Het adviesbureau Sylvester uit Oldenzaal heeft namens de gemeente Oldenzaal opdracht gekregen de te verleggen Jufferbeek verder uit te werken. Dit onderhavige waterhuishouding- en rioleringsplan dient hiervoor als basis.

Onderdoorgang rijksweg N342

Tijdelijke afvoersituatie

Op dit moment is de aanleg van een nieuwe duiker onder N242 niet haalbaar. In overleg met het waterschap Regge en Dinkel en gemeente Oldenzaal is een tijdelijke afvoersituatie overeengekomen.

In de tijdelijke situatie is een afvoer op "het Hulsbeek" toegestaan. Dit gebeurt door gebruik te maken van de bestaande duiker onder de N342 met een afvoer op "het Hulsbeek". Voorwaarde is dat in deze tijdelijke situatie de Jufferbeek grotendeels blijft afvoeren richting de Stakenbeek. Dit gebeurt door de oude Jufferbeekloop te behouden en de waterstroom met een regelbare constructie nabij de onderdoorgang van het spoor te splitsen, waarbij de hoofdafvoer op de Stakenbeek gericht blijft.

Toekomstige afvoersituatie

Voor de uiteindelijke afvoersituatie (eindfase) worden de toekomstige ontwikkelingen afgewacht. Als blijkt dat in de eindfase de duiker onder de provinciale weg nog niet is of kan worden aangelegd moeten andere oplossingen worden gevonden met als doel de (nieuwe) Jufferbeek in zijn geheel op de Stakenbeek af te laten voeren.

Vooralsnog is het de bedoeling om een nieuwe duiker onder de N342 te realiseren die aansluit op de bestaande bermsloot aan de noordzijde langs het huidige ruiterpad. De oude Jufferbeekloop langs het spoor richting de Hazewinkelweg komt te vervallen en wordt vervangen door bergingszone met een overloop op de nieuwe Jufferbeekloop.