direct naar inhoud van 3.12 Archeologie
Plan: Jufferbeek - Zuid 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0173.BP14005-va01

3.12 Archeologie

Ingevolge het verdrag van Malta is het noodzakelijk om te bezien of in het plangebied sprake is van te verwachten oudheidkundige waarden. De Archeologische Monumentenkaart (AMK) geeft een overzicht van alle bekende behoudenswaardige archeologische terreinen in Nederland. Daarnaast geeft de Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden (IKAW) een globaal overzicht van de mate waarin archeologische resten in een gebied kunnen worden aangetroffen. Op basis van dit kaartmateriaal kan vermeld worden dat in het plangebied geen archeologische monumenten aanwezig zijn, maar dat er grotendeels een middelhoge verwachtingswaarde geldt. Voor een klein gebiedje ten zuidwesten van de Heideweg geldt een hoge verwachtingswaarde. In opdracht van de gemeente is door Vestigia een nadere verfijning van de IKAW uitgevoerd. Dit heeft geresulteerd in een archeologische waarden- en beleidskaart voor het gehele grondgebied van de gemeente Oldenzaal, inclusief plangebied Jufferbeek-Zuid. Voor het plangebied wijkt de uitkomst van dit onderzoek niet wezenlijk af van de IKAW.

Omdat de werkzaamheden die samenhangen met de aanleg van het bedrijventerrein gepaard zullen gaan van bodemverstorende ingrepen is het in het kader van de (inter)nationale wetgeving verplicht voorafgaand hieraan een archeologisch onderzoek uit te voeren. In opdracht van ARCADIS heeft Archeological Research & Consultancy (ARC bv) dit onderzoek uitgevoerd.

Voorafgaand aan het veldwerk is op 11 januari 2006 een beknopte voorbereidende bureaustudie verricht. De hiervoor benodigde gegevens zijn in hoofdzaak ontleend aan de archeologische inventarisatie van Vestigia. Conform de aanbevelingen op de beleidsadvieskaart is voorafgaand aan de start van de bouwwerkzaamheden op het terrein een inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van een geoarcheologisch booronderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek is uitgevoerd tussen 16 en 23 januari 2007. Het inventariserend veldonderzoek (IVO) dient ertoe, vast te stellen of er archeologische resten in het plangebied aanwezig (kunnen) zijn, wat de potentiële aard en omvang hiervan is en of de voorgenomen werkzaamheden in het plangebied eventueel een bedreiging vormen voor het bodemarchief.

Conclusies

De onderzoekslocatie ligt in een dekzandgebied ten westen van Oldenzaal. Een deel van de locatie is bebost. Hier worden over het algemeen (deels) intacte podzolbodems aangetroffen. Het overige deel van de onderzoekslocatie is geëgaliseerd en is voornamelijk in gebruik als weiland. Hierdoor is in dit deel van de locatie de podzolbodem veelal verdwenen. In de genomen monsters is in een elftal boringen houtskool aangetroffen. Daarnaast is in één boring een vuursteensplinter aangetroffen, die het gevolg is van vuursteenbewerking. In twee boringen is aardewerk uit de Middeleeuwen of Nieuwe Tijd aangetroffen.

Aanbeveling

Tijdens het onderzoek zijn relatief weinig archeologische indicatoren aangetroffen. Omdat de oorspronkelijke podzolbodem op veel plaatsen, met name op de beboste delen, intact is kan niet worden uitgesloten dat er op de onderzoekslocatie bewoningssporen zijn te vinden. De onderzoekslocatie kan dan ook niet zonder meer worden vrijgegeven. Geadviseerd wordt dan ook om een vervolgonderzoek door middel van proefsleuven uit te voeren. Een dergelijk proefsleuvenonderzoek heeft voornamelijk zin op de terreindelen waar een intacte podzol is aangetroffen. De meest kansrijke locaties van dit deel zijn, gezien de aanwezigheid van archeologische indicatoren, de centraal gelegen dekzandrug en het beboste zuidwestelijke deel van het plangebied. Of, en welk deel van, het plangebied in aanmerking komt voor vervolgonderzoek, zal in overleg met het bevoegd gezag, de provincie Overijssel moeten worden vastgesteld. Voor een proefsleuvenonderzoek dient een Programma van Eisen (PvE) te worden opgesteld. Voor de delen die door het bevoegd gezag worden vrijgesteld van verder archeologisch onderzoek geldt dat wanneer er tijdens grondwerkzaamheden archeologica worden aangetroffen, dit onverwijld aan het bevoegd gezag gemeld dient te worden.