Toelichting
Toelichting, Bijlagen
Planregels
Planregels, Bijlagen
 
Plancode (idn) : NL.IMRO.0166.00991024-VB01
Status : Vastgesteld
Status Datum : 30-05-2011
naar de inhoudsoopgave van de planregels
naar de bovenkant van deze pagina
naar de onderkant van deze pagina

Artikel 28 Waarde - Beschermd stadsgezicht

 

28.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Beschermd stadsgezicht’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  1. het behoud, de bescherming en/of het herstel van het beschermde stadsgezicht, wat tot uitdrukking komt in het patroon van straten, stegen, pleinen, grachten, havens en kaden, alsmede in de verkaveling van bouwblokken. Daarnaast is het karakter van de bebouwing, bepaald door type, structuur, diepte, breedte, opbouw in verdiepingen, bekapping, gevelindeling en materiaalgebruik bepalend. Tot slot zijn de indeling en aard van de openbare en private open ruimten en de beplanting van belang.

28.2 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, de nokrichting van de kappen van gebouwen, de gevelindeling en het materiaal- en kleurgebruik ten behoeve van het behoud, de versterking en/of het herstel van het beschermde stadsgezicht.

28.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 

28.3.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning vde volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

  1. het kappen en/of rooien van bomen en/of houtgewas;

  2. het verharden van de openbare ruimte;

  3. het wijzigen van de aard van de oppervlakteverhardingen.

28.3.2 Uitzonderingen op verbod

Het onder 28.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  1. het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen;

  2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan.

28.3.3 Afwegingskader

De in 28.3.1 genoemde omgevingsvergunning wordt slechts verleend:

  1. indien door de werken of werkzaamheden of door de direct of indirect te verwachten gevolgen daarvan geen gevaar of nadeel ontstaat voor het beschermde stadsgezicht;

  2. nadat de monumentencommissie daaromtrent is gehoord.