Bestemmingsplannen Gemeente Hellendoorn
 

Artikel 14 Wonen - 3

 

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'wonen - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. wonen, in de vorm van appartementen met bergingen;

  2. groenvoorzieningen;

  3. verkeers- en verblijfsvoorzieningen.

 

Functies zoals gesteld onder a en b moeten in parkeergelegenheid voorzien overeenkomstig de normering als vermeld in de "Nota parkeernormen", vastgesteld op 11-12-2012 door de gemeenteraad van Hellendoorn, en opgenomen in de bij deze regels deel uitmakende Bijlage: parkeernormen. Bij de berekening van de extra behoefte aan parkeerplaatsen wordt de bestaande oppervlakte buiten beschouwing gelaten. Alleen de nieuwe situatie en de daaruit voortvloeiende grotere behoefte aan parkeerplaatsen, ten opzichte van de bestaande behoefte, is basis voor de berekening voor de parkeerbijdrage.

14.2 Bouwregels

  1. Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van appartementen gelden de volgende regels:

    1. de appartementen, bergingen en overkappingen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;

    2. het aantal appartementen bedraagt maximaal het bestaande aantal dan wel het aantal dat is aangeduid in het bouwvlak;

    3. de maximale bouwhoogte van appartementen bedraagt niet meer dan de maatvoering die plaatse is aangeduid;

    4. de maximale bouwhoogte van de bergingen bedraagt niet meer dan 3 m.

 

  1. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden - naast de aanvullende werking van de bouwverordening als bedoeld in artikel 21 van deze regels - de volgende regels:

    1. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 3 m, met uitzondering van vlaggenmasten die tot een hoogte van 10 m zijn toegestaan;

 

Zowel voor lid a als voor lid b, als hiervoor genoemd, geldt dat de aangeduide maatvoering niet van toepassing is op de horizontale gedeelten van afgeknotte daken, mansardekappen, dakkapellen en op dakvlakken welke niet evenwijdig aan de noklijn zijn gelegen. Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, voorzieningen voor technische installaties, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels en uitbouwen met een oppervlakte van 4 m² of kleiner en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m ten opzichte van de bouwgrenst bedraagt.