Plannaam: Sluitersveld
IMRO-idn: NL.IMRO.0141.BP00014-0601
Type Plan: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Status: Onherroepelijk

Artikel 15 Tuin

 

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. tuinen;

  2. parkeren ter plaatse van de aanduiding 'verkeer';

  3. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water;

 

met de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, groenvoorzieningen, verhardingen, tuinafscheidingen en overige bijbehorende voorzieningen.

 

15.2 Bouwregels

 

15.2.1 Gebouwen

  1. Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd;

  2. In afwijking van het bepaalde onder a. mogen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' bijbehorende bouwwerken ten dienste van de aanliggende woonbestemming worden gebouwd, met inachtneming van de volgende bepalingen:

    1. de goothoogte en/of bouwhoogte bedraagt maximaal 3,30 meter;

    2. ten hoogste 20% van het bouwaanduidingsvlak mag worden bebouwd met gebouwen;

    3. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan mogen worden gehandhaafd mits gebouwd met vergunning of in overeenstemming met het hiervoor geldende bestemmingsplan.

 

15.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  1. de bouwhoogte voor (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw bedraagt maximaal 1 meter;

  2. de bouwhoogte bedraagt in de overige gevallen maximaal 2 meter;

  3. in afwijking van het bepaalde onder a. en b. zijn ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' overkappingen in de vorm van een carport toegestaan, met dien verstande dat de bouwhoogte maximaal 3 meter bedraagt.

 

15.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  1. een samenhangend straat en bebouwingsbeeld;

  2. de verkeersveiligheid;

  3. de milieusituatie;

  4. de sociale veiligheid;

  5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

 

15.4 Specifieke gebruiksregels

Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken of in gebruik te geven of te laten voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.

 

15.5 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 15.4, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.