Roswinkel, Roswinkelerstraat 153    

Toelichting     

Hoofdstuk 1 Inleiding     

1.1 Aanleiding tot wijzigingsplan     

Er is verzocht om medewerking te verlenen aan het wijzigen van het bestemmingsplan voor het perceel Roswinkelerstraat 153 in Roswinkel. Het perceel waar dit wijzigingsplan betrekking op heeft is kadastraal bekend als gemeente Emmen, sectie AA, nummer 705.

Voorheen is het perceel gebruikt ten behoeve van een café met slijterij (bestemming 'Horeca-3' met bedrijfswoning). Op het perceel wordt echter geen café met slijterij meer geëxploiteerd. Verzocht wordt om de bestemming te wijzigen naar wonen.

Met dit wijzigingsplan wordt voorzien in een passende bestemming (bestemming 'Wonen - Vrijstaand').

1.2 Ligging plangebied     

Het plangebied is gelegen aan de Roswinkelerstraat in Roswinkel. De Roswinkelerstraat is de doorgaande weg van Nieuw-Weerdinge, door Roswinkel naar Emmer-Compascuum. In de directe omgeving van het plangebied zijn woningen gesitueerd.

verplicht

Afbeelding 1: Ligging plangebied in omgeving (indicatief rood omcirkeld het plangebied).

verplicht Afbeelding 2: Ligging plangebied (rood omlijnd perceel is het plangebied).

1.3 Huidige planologische regeling     

1.3.1 Bestemming     

Het perceel Roswinkelerstraat 153 in Roswinkel heeft in het geldende bestemmingsplan 'Roswinkel' de bestemming 'Horeca-3', bestemd voor een horeca-inrichting categorie 1 t/m 3, een slijterij en een bedrijfswoning en bijgebouwen.

Op het perceel wordt geen café met slijterij meer geëxploiteerd. Verzocht wordt de bestemming te wijzigen naar wonen (bestemming 'Wonen – Vrijstaand').

1.3.2 Wijzigingsbevoegdheid bestemmingsplan     

Burgemeester en wethouders kunnen volgens het bestemmingsplan 'Roswinkel' (artikel 9.6, lid 1 onder a) de bestemming 'Horeca-3' wijzigen indien het bedrijf is beëindigd, voor zover het betreft:

de (bedrijfs)bebouwing van het voormalig bedrijf met bijbehorende erven, voor de woonfunctie, in maximaal één vrijstaande woning, voor zover deze voldoet aan de bouwvoorschriften gesteld in artikel 19 ('Wonen - Vrijstaand') met dien verstande dat:

  • de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden niet onevenredig mogen worden aangetast;
  • het aantal verkeersbewegingen niet noemenswaardig mag toenemen;
  • parkeren op eigen terrein plaatsvindt;
  • landschappelijk verstorende bebouwing wordt afgebroken;
  • het onbebouwde erf niet mag worden gebruikt voor opslag van goederen en materialen en/of voor het stallen van voertuigen en/of machines;
  • detailhandel niet mag plaatsvinden behoudens een beperkte verkoop in het klein in direct verband met het aan huis verbonden beroep/ en bedrijf.

De functiewijziging dient geen nadelige invloed te hebben op de omgeving.

In de volgende hoofdstukken wordt nader ingegaan op bovenstaande bepalingen.

1.4 Opzet wijzigingsplan     

Dit wijzigingsplan bestaat uit een verbeelding, regels en een toelichting. In de toelichting wordt een verantwoording gegeven van de in het plan gemaakte keuzes. Op de verbeeding worden de percelen in het plangebied aangegeven met een bestemming. In de regels worden de bouw- en gebruiksmogelijkheden binnen het plangebied geregeld.

Hoofdstuk 2 Beleid     

2.1 Gemeentelijk beleid     

2.1.1 Structuurvisie gemeente Emmen 2020, Veelzijdigheid troef     

De Structuurvisie gemeente Emmen 2020, Veelzijdigheid troef is 24 september 2009 vastgesteld door de raad. Het document is opgesteld als ruimtelijke vertaling van de ambities gesteld in de Strategienota Emmen 2020 (vastgesteld september 2001). De structuurvisie geeft de hoofdlijnen van de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente Emmen weer. In de structuurvisie wordt de ruimtelijke structuur van 2020 geschetst aan de hand van een aantal thema's, te weten landschap, duurzaamheid, verkeer, werken, wonen, voorzieningen en veiligheid. Voor ieder thema is een hoofdkoers bepaald. Voor het wijzigingsplan Roswinkel, Roswinkelerstraat 153 is vooral het thema wonen van belang.

De Structuurvisie gemeente Emmen 2020, Veelzijdigheid troef richt zich op een accentverschuiving van kwantiteit naar kwaliteit en differentiatie van woonmilieus: De opgave ligt er om de woningvoorraad in lijn te brengen en te houden met de woonwensen van huidige én toekomstige inwoners. Naast een kwaliteitsimpuls van de bestaande woningen wordt ingezet op op wervende woonmilieus. Om ervoor te zorgen dat de woningmarkt op orde blijft, is een continue aanpassing aan de veranderende vraag geboden. Dit geldt niet alleen voor de kern van Emmen, maar ook voor de dorpen. Zo ontstaat op termijn een cyclische vernieuwing van de bestaande woongebieden.

2.1.2 Woonvisie 2018-2023     

In de Woonvisie 2018-2023 is een strategie opgenomen voor woningbouw:

  1. Woningbouwinitiatieven worden niet individueel, maar in samenhang bekeken.
  2. Prioriteit wordt gegeven aan plannen voor herstructurering en transformatie.
  3. Bij het maken van de woon- en leefbaarheidsvisies voor dorpen en wijken komen plekken naar voren waar inbreiding (verdichting) mogelijk en gewenst is.
  4. Bestaande uitbreidingslocaties worden afgerond.
  5. Woningbouwplannen dragen bij aan een gevarieerd woonmilieu (ruimte bieden aan plannen die een nichemarkt bedienen en aan kleinschalige experimentele, innovatieve en duurzame woonvormen).
  6. Woningbouwplannen dragen bij aan ruimtelijke kwaliteit.

Het voorliggend plan betreft een particulier initiatief waarbij sprake is van de functiewijziging van een voormalige café en slijterij met één bestemde bedrijfswoning naar een reguliere woning. Het bestemmingsplan 'Roswinkel' voorziet in de functiewijziging. Er worden geen woningen toegevoegd aan het aantal bestaande woningen.

2.1.3 Welstandsbeleid     

Bouwwerken moeten voldoen aan 'redelijke eisen van welstand'. Een welstandscommissie beoordeelt bouwplannen aan de vooraf vastgestelde welstandscriteria opgenomen in de Welstandsnota. Op 30 juni 2016 heeft de gemeenteraad de Welstandsnota vastgesteld. In deze nota wordt vooraf bepaald wat de redelijke eisen van welstand zijn. Dit betekent dat gekeken wordt of een bouwplan qua uitstraling past bij de omgeving.

Het bestemmingsplan en de Welstandsnota zorgen samen voor het behoud van de ruimtelijke kwaliteit. Voor het plangebied geldt het welstandsniveau 'hoog'. Dit niveau is van toepassing voor een aantal specifieke plekken in de gemeente. Deze gebieden dragen in ruimtelijke opzicht in grote mate bij aan de identiteit van de gemeente. Het betreft de centra van de grote en kleine dorpen, winkelcentra, beschermde dorpsgezichten, monumenten en belangrijke invalswegen. Roswinkel is een wegdorp met kenmerkende bebouwing waar vroeger de randveenontginningen hebben plaatsgevonden.

2.2 Provinciaal beleid     

Het provinciaal beleid stelt geen specifieke bepalingen voor een functiewijziging van bestaande bebouwing naar een reguliere woonfunctie.

In dit geval is er geen sprake van vestiging van een nieuwe bedrijfsactiviteit (de woonfunctie blijft gehandhaafd) en is geen sprake van verbouwings-, bouw- en/ of sloopwerkzaamheden die inbreuk zouden kunnen doen op de ruimtelijke kwaliteit.

Geconcludeerd wordt dat de functiewijziging van horeca naar wonen in overeenstemming is met het provinciale beleid.

2.3 Rijksbeleid     

In het Rijksbeleid zijn geen specifieke bepalingen opgenomen voor de functiewijziging naar wonen.

Hoofdstuk 3 Planbeschrijving     

Er is verzocht om medewerking te verlenen aan het wijzigen van het bestemmingsplan voor het perceel Roswinkelerstraat 153 in Roswinkel. Voorheen is het perceel gebruikt ten behoeve van een café met slijterij (bestemming 'Horeca-3' met bedrijfswoning). Op het perceel wordt echter geen café met slijterij meer geëxploiteerd. Verzocht wordt om de bestemming te wijzigen naar wonen.

Een woonfunctie op het perceel is passend in de omgeving. In de directe omgeving van het plangebied zijn andere woningen gesitueerd. De gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden worden niet aangetast. Het wijzigen van de horecabestemming naar een woonbestemming is positief voor de woonomgeving. Bij een woonfunctie wordt het aantal verkeersbewegingen vergeleken met een horecafunctie aanzienlijk minder. Op het erf is voldoende parkeerruimte. Er is verder geen sprake van verbouwings-, bouw- en/ of sloopwerkzaamheden die inbreuk zouden kunnen doen op de ruimtelijke kwaliteit.

Het wijzigingsplan maakt het mogelijk het perceel te gebruiken als woonperceel met één vrijstaande woning. De bouwregels wijzigen niet ten opzichte van de huidige bestemming 'Horeca-3'. De gezamenlijke oppervlakte van de woning en bijgebouwen bedraagt ten hoogste 250 m2. De goothoogte van de woning is maximaal 6 meter. De bouwhoogte van de woning is maximaal 9,5 meter. De dakhelling van de woning is niet minder dan 30 graden.

Hoofdstuk 4 Onderzoeken en milieubeoordeling     

4.1 Archeologie     

4.1.1 Algemeen     

Op 30 mei 2013 is het gemeentelijk archeologisch beleid vastgesteld. Hiervoor is een archeologische beleidsadvieskaart gemaakt met daarbij een rapport. Dit rapport dient als toelichting op de kaart. Het doel van deze documenten is om aan te geven wat de kern vormt van het archeologiebeleid en waarop de beleidskeuzes zijn gebaseerd. De verschillende archeologische waarden en verwachtingen en de maatregelen die daaraan zijn gekoppeld zijn in de gemeentelijke archeologische beleidsadvieskaart vertaald naar diverse categorieën 'Waarde - Archeologie'. Met de vertaling is op eenvoudige wijze voor het gehele gebied van de gemeente Emmen in beeld gebracht of archeologische waarden in het geding zijn of kunnen zijn en zo ja, op welke manier daarmee dient te worden omgegaan. Onderstaande tabel geeft de onderverdeling van de vier gemaakte categorieën weer.

verplicht

4.1.2 Archeologische waarden in het plangebied     

Het plangebied Roswinkel, Roswinkelerstraat 153 is volgens de beleidskaart gelegen binnen een gebied met een lage verwachting op het aantreffende van archeologische waarden.

De functiewijziging naar wonen vindt plaats voor het perceel met de bestaande bebouwing. Er is geen sprake van nieuwbouw. Gelet hierop zijn er vanuit oogpunt van archeologie geen belemmeringen voor de functiewijziging van horeca naar wonen.

4.2 Ecologie     

4.2.1 Algemeen     

De Wet natuurbescherming (Wnb) is in werking getreden op 1 januari 2017. Deze wet vervangt de volgende drie wetten: de Natuurbeschermingswet 1998 (gebiedsbescherming), de Flora- en faunawet (soortenbescherming) en de Boswet (houtopstanden).

Gebiedsbescherming

In de Wnb is de bescherming van specifieke natuurgebieden geregeld. Het betreft de Natura 2000-gebieden, die een internationale bescherming genieten. Plannen en projecten met negatieve effecten op deze gebieden zijn vergunningplichtig. Relevant daarbij is dat de Wnb een externe werking kent. Van externe werking is sprake als activiteiten buiten een Natura 2000-gebied van invloed zijn op de natuurwaarden in een Natura 2000-gebied. Per Natura 2000-gebied zijn instandhoudingsdoelen voor soorten en vegetatietypen opgesteld.

Het Natuurnetwerk Nederland (NNN) -voorheen Ecologische Hoofdstructuur- is een samenhangend netwerk van bestaande en nog te ontwikkelen belangrijke natuurgebieden in Nederland en vormt de basis voor het natuurbeleid. Het NNN is als beleidsdoel opgenomen in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte van het Rijk. De provincies zijn verantwoordelijk voor de begrenzing, ontwikkeling en bescherming van het NNN. De begrenzing en ruimtelijke bescherming van het NNN is voor de provincie Drenthe uitgewerkt in de Provinciale Omgevingsvisie en de bijbehorende Provinciale Omgevingsverordening.

Het plangebied is niet gelegen in of nabij de aangewezen natuurgebieden van het Natuurnetwerk Nederland in de provincie Drenthe.

Soortenbescherming

Het uitgangspunt van de Wnb is dat er geen (opzettelijke) schade mag worden gedaan aan beschermde dieren of planten, tenzij dit uitdrukkelijk is toegestaan. De soortenbescherming binnen de Wnb is daarbij opgedeeld in drie beschermingsregimes: Vogelrichtlijnsoorten, Habitatrichtlijnsoorten en andere soorten. Bij beoordeling van de toelaatbaarheid van bouwwerken en/of andere activiteiten moet rekening worden gehouden met de mogelijke aanwezigheid van te beschermen dier- en plantensoorten. Er dient een ontheffing op grond van artikel 3.3, 3.8 en/of 3.10 Wnb te worden aangevraagd voor een (bouw)werkzaamheid of activiteit indien het volgende van toepassing is:

  • uit gegevens of onderzoek blijkt dat er sprake is van verstoring of doden van (een) beschermde soort(en);
  • het bouwwerk en/of de activiteit veroorzaakt beschadiging of vernieling van voortplanting- of rustplaatsen van dieren, danwel ontworteling of vernieling van plantensoorten;
  • er kan geen gebruik gemaakt worden van een vrijstelling op grond van de Wet natuurbescherming;
  • er kan niet gewerkt worden volgens een goedgekeurde gedragscode.

Houtopstanden

In de Wnb is de bescherming van houtopstanden buiten de bebouwde kom geregeld. Doel is de instandhouding van het bosareaal. In de Provinciale Omgevingsverordening van de provincie Drenthe is geregeld hoe een kapmelding moet worden ingediend, waaraan herbeplanting moet voldoen en wanneer ontheffing van de herbeplantingsplicht kan worden verleend.

Voor houtopstanden binnen de bebouwde kom geldt de Bomenverordening gemeente Emmen 2011. In het bijbehorende bomenregister zijn de monumentale en waardevolle bomen en waardevolle houtopstanden vastgelegd. Zonder vergunning is het verboden deze te kappen.

4.2.2 Conclusie     

Op basis van de Wet natuurbescherming is altijd de algemene zorgplicht van toepassing, die inhoudt dat een ieder voldoende zorg in acht neemt voor alle inheemse dieren en planten en hun directe leefomgeving. Concreet betekent dit dat bij (ruimtelijke) ingrepen gezorgd moet worden dat dieren niet verstoord of gedood worden en dat planten niet zomaar verplant worden. Ook dient gelet te worden op bijvoorbeeld broedende vogels, de voortplantingsperiode van amfibieën en de zoogperiode van zoogdieren. Daarbij geldt voor alle bouwactiviteiten dat er voorzorgsmaatregelen genomen dienen te worden, waardoor:

  • de aanvang van de werkzaamheden buiten het broedseizoen (globaal van half maart tot begin augustus) dient plaats te vinden;
  • een week voor de werkzaamheden beginnen, het plangebied kort gemaaid dient te worden, zodat het plangebied ongeschikt wordt voor kleine zoogdieren en ze de kans krijgen om te vluchten;
  • (wortel)schade aan de (oude) bomen wordt voorkomen en geen graafwerkzaamheden binnen de kroonprojectie van deze oude bomen kan plaatsvinden.

Dit wijzigingsplan maakt uitsluitend de functiewijziging naar wonen mogelijk voor het perceel met de bestaande bebouwing. Gelet hierop zijn er vanuit het oogpunt van flora en fauna geen belemmeringen voor de functiewijziging van horeca naar wonen. Het uitvoeren van nader onderzoek naar flora en fauna wordt niet noodzakelijk geacht.

4.3 Milieu     

4.3.1 Bedrijven en milieuzonering     

Vanuit milieuhygiënisch oogpunt vergt het inpassen van nieuwe functies in een plangebied een goede afstemming met de andere, in de omgeving aanwezige functies. Er zijn in de directe omgeving van het plangebied geen (agrarische) bedrijven gelegen die door een functiewijziging naar wonen zouden kunnen worden belemmerd in de bedrijfsexploitatie.

Voor het overige verbetert bij de voorgestelde functiewijziging het woon- en leefklimaat voor de directe omgeving. Bedrijfsmatige activiteiten worden planologisch beëindigd. Bij een woonfunctie wordt het aantal verkeersbewegingen vergeleken met een horecafunctie aanzienlijk minder.

4.3.2 Bodem     

Dit wijzigingsplan maakt uitsluitend de wijziging van de functie van het perceel met bestaande bebouwing naar wonen mogelijk. Het plan heeft geen betrekking op uitbreiding van bebouwing met daarbij behorende ingrepen in de bodem. Gelet hierop zijn er met betrekking tot het aspect bodem geen belemmeringen voor de functiewijziging van horeca naar wonen.

4.3.3 Geluid     

Regels ten aanzien van geluidhinder zijn vastgelegd in de Wet geluidhinder (Wgh). Het doel van de Wet geluidhinder is tweeledig. Enerzijds de bescherming van het milieu en anderzijds de bescherming van de volksgezondheid (zoals het woon- en leefklimaat).

De functiewijziging naar wonen vindt plaats voor het perceel met de bestaande bebouwing. Dit wijzigingsplan maakt uitsluitend de wijziging van de functie van het perceel met de bestaande bebouwing naar wonen mogelijk. Er zijn vanuit het oogpunt van geluid geen belemmeringen voor de functiewijziging van horeca naar wonen.

4.3.4 Luchtkwaliteit     

Uit de Wet luchtkwaliteit volgt dat luchtkwaliteit in beginsel geen belemmering voor een ruimtelijk project vormt als aan minimaal een van de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • er is geen sprake van een feitelijke of dreigende overschrijding van een grenswaarde;
  • een project leidt per saldo niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit;
  • een project draagt 'niet in betekenende mate' (NIBM) bij aan de luchtverontreiniging;
  • een project past binnen het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) of binnen een regionaal programma van maatregelen.

Het perceel wordt niet meer voor een horecafunctie gebruikt. Met dit wijzigingsplan wordt voorzien in een passende woonbestemming. Bij een woonbestemming wordt het aantal verkeersbewegingen vergeleken met een horecabestemming minder. Omdat er zodoende geen significante ontwikkelingen in het plangebied, of rondom het plangebied gepland zijn zal de concentratie van de NOx en fijnstof niet toenemen. Hierdoor betekent het aspect luchtkwaliteit geen belemmering voor het plan.

4.4 Externe veiligheid     

Externe veiligheid beschrijft de risico's die ontstaan als gevolg van opslag of handelingen met gevaarlijke stoffen. Dit kan betrekking hebben op inrichtingen (bedrijven) of transportroutes.

Binnen en nabij het plangebied zijn geen bedrijven, transportroutes of buisleidingen gelegen waarbij rekening moet worden gehouden met het aspect externe veiligheid.

4.5 Waterparagraaf     

Met dit wijzigingsplan gaat het om een wijziging van de bestemming of functie, zonder fysieke aanpassing van de huidige situatie. Het plan raakt geen belangen van het waterschap, heeft geen nieuwe invloeden op het watersysteem en geeft daarmee geen aanleiding tot aanvullende wateradviezen. Bij het niet wijzigen van het plangebied en de oorspronkelijke uitgangspunten voor de inrichting van het plan, kan het waterschap instemmen met het voorgenomen plan.

De watertoets is uitgevoerd bij waterschap Hunze en Aa's en toegevoegd als Bijlage 3.

Hoofdstuk 5 Maatschappelijke betrokkenheid     

5.1 Ontwerp wijzigingsplan en zienswijzen     

Het ontwerp wijzigingsplan heeft van 2 september 2020 tot en met 13 oktober 2020 voor een ieder ter inzage gelegen. Tijdens deze termijn zijn er twee zienswijzen ingediend. De beantwoording van de zienswijzen is opgenomen in de Nota van beantwoording zienswijzen. Deze nota maakt deel uit van het collegebesluit tot vaststelling van het wijzigingsplan. De ingediende zienswijzen geven geen aanleiding tot aanpassing van het wijzigingsplan.

Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid     

Voor het opstellen van een wijzigingsplan is een bedrag opgenomen in de legesverordening. De plankosten komen geheel voor rekening van de aanvrager. Daarmee is de economische uitvoerbaarheid voldoende geborgd.

Regels     

Dit plan betreft het wijzigingsplan Roswinkel, Roswinkelerstraat 153 met identificatienummer NL.IMRO.0114.2020013-W701 van de gemeente Emmen.

Dit wijzigingsplan voorziet in:

  • de wijziging van de bestemming Horeca-3 naar Wonen - Vrijstaand.

Op dit wijzigingsplan zijn de desbetreffende Voorschriften van het bestemmingsplan Roswinkel van toepassing.