Gemeente Heerenveen

Projectbesluit ex artikel 3.10 Wro

Vergroten van een recreatiewoning (kap) Hogeveensweg 1a-15 te Bontebok

Voorschriften

Verblijfsrecreatieve doeleinden 1

1. Bestemmingsomschrijving

1. 1. De voor Verblijfsrecreatieve doeleinden 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. recreatiewoningen, al dan niet in combinatie met daarbijbehorende bijgebouwen;

b. gebouwen, waaronder overkappingen, ten behoeve van onderhoud en beheer;

c. het behoud en het versterken van een goede landschappelijke inpassing;

met de daarbijbehorende:

d. tuinen en terreinen;

e. sport- en speelterreinen;

f. parkeervoorzieningen;

g. groenvoorzieningen en bebossing;

h. wegen en paden;

i. water;

j. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

1. 2. Bouwvoorschriften

1. 2. 1. Voor het bouwen van de in lid 21.1.1. onder a genoemde recreatiewoningen gelden de volgende bepalingen:

a. de recreatiewoningen zullen vrijstaand worden gebouwd;

b. het aantal recreatiewoningen zal per bestemmingsvlak ten hoogste het op de plankaart aangegeven maximum aantal bedragen;

c. de oppervlakte van een recreatiewoning zal ten hoogste 50 m² bedragen, tenzij een recreatiewoning op de kaart is voorzien van een type-aanduiding A of B, in welk geval de oppervlakte van een recreatiewoning respectievelijk ten hoogste 60 m² en 55 m² zal bedragen; dan wel de bestaande oppervlakte meer bedraagt, in welk geval de oppervlakte ten hoogste de bestaande gezamenlijke oppervlakte zal bedragen;

d. de gezamenlijke oppervlakte van de met dakoverstekken overdekte ruimte bij een recreatiewoning, met uitzondering van een recreatiewoning die op de kaart is voorzien van een type-aanduiding A of B waarbij geen dakoverstekken zijn toegestaan, zal ten hoogste 20 m² bedragen, tenzij de bestaande gezamenlijke oppervlakte meer bedraagt, in welk geval de gezamenlijke oppervlakte ten hoogste de bestaande gezamenlijke oppervlakte zal bedragen;

e. de hoogte van een recreatiewoning zal ten hoogste 7,00 m bedragen;

f. de goothoogte van een recreatiewoning zal ten hoogste 3,00 m bedragen;

g. de dakhelling van een recreatiewoning zal ten minste 15º bedragen;

h. de dakhelling van een recreatiewoning zal ten hoogste 60º bedragen;

1. 2. 2. Voor het bouwen van de in lid 21.1.1. onder a genoemde bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:

a. de bijgebouwen zullen uitsluitend worden gebouwd op de gronden die op de kaart niet zijn voorzien van de aanduiding “geen bijgebouwen toegestaan”;

b. het aantal bijgebouwen zal per recreatiewoning ten hoogste één bedragen;

c. de oppervlakte van een bijgebouw zal ten hoogste 5,00 m² bedragen;

d. een bijgebouw zal ten minste 3,00 m achter de naar het binnenterrein gekeerde gevel van de recreatiewoning worden gebouwd;

e. de goothoogte van het bijgebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen;

f. de dakhelling van het bijgebouw zal ten minste 15º bedragen;

g. de dakhelling van het bijgebouw zal ten hoogste 60º bedragen;

1. 2. 3. Voor het bouwen van de in lid 21.1.1. onder b genoemde gebouwen, waaronder overkappingen, gelden de volgende bepalingen:

a. een gebouw of een overkapping zal uitsluitend worden gebouwd op de gronden die op de kaart zijn voorzien van de aanduiding “geen bijgebouwen toegestaan”;

b. het aantal gebouwen of overkappingen zal ten hoogste één bedragen;

c. de oppervlakte van een gebouw of een overkapping zal ten hoogste 50 m² bedragen;

d. de goothoogte van een gebouw of een overkapping zal ten hoogste 3,00 m bedragen;

e. de dakhelling van een gebouw of een overkapping zal ten hoogste 45º bedragen.

1. 2. 4. Voor het bouwen van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

a. de oppervlakte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,00 m² bedragen;

b. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

1. 3. Vrijstelling van de Bouwvoorschriften

Burgemeester en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen van:

- het bepaalde in lid 21.2.1. onder c en toestaan dat de oppervlakte van een recreatiewoning wordt vergroot met ten hoogste 5,00 m², mits:

- deze vergroting noodzakelijk is ten behoeve van de huisvesting van een gehandicapte.

1. 4. Specifieke gebruiksvoorschriften

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, zoals bedoeld in artikel 44 lid 44.1., wordt in ieder geval gerekend:

a. het gebruik van gebouwen voor permanente bewoning;

b. het verwijderen van bomen en houtgewas binnen de minimaal 10,00 m brede terreinafschermende bebossingstrook op het terrein dat op de kaart is voorzien van de aanduiding “geen bijgebouwen toegestaan”.