Gemeente:
Veendam
Plannaam:
08BP00012009
Status:
Onherroepelijk
Status Datum:
17-02-2010

Artikel 12 Recreatie - Golfbaan

 

 

12.1 Bestemmingsomschrijving

 

De voor 'recreatie - golfbaan' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. golfbaan;

b. bos, met dien verstande dat ten minste 16 ha van de gronden zal worden uitgevoerd als bos;

c. groenvoorzieningen;

d. clubgebouw;

e. voorzieningen ten behoeve van onderhoud en beheer;

f. fiets- en voetpaden;

g. openbare nutsvoorzieningen.

 

Horeca in de vorm van een clubgebouw is toegestaan, mits ondergeschikt aan de sportieve en recreatieve functie.

 

Het bestemmingsplan verzet zich niet tegen het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van evenementen als bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening waarvoor op basis van deze verordening een evenementenvergunning kan worden verleend.

 

Dienstwoningen zijn niet in de bestemming begrepen.

 

 

12.2 Bouwregels

 

a. Voor het bouwen van een clubgebouw gelden de volgende regels:

1. de gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;

2. de bebouwde oppervlakte bedraagt ten hoogste 1.300 m²;

3. de goot- en bouwhoogte van de gebouwen bedragen niet meer dan de bij de ter plaatse aangeduide bouwklasse behorende goot- en bouwhoogten, zoals in navolgend bouwschema is weergegeven,

 

bouwklasse

goothoogte (m)

bouwhoogte (m)

 

max.

max.

a

3,50

9,00

b

6,00

10,00

c

 

6,00

d

 

10,00

e

 

15,00

f

 

20,00

g

 

25,00

 

dan wel niet meer dan de bouw- en goothoogte van het bestaande gebouw indien deze meer bedragen.

 

b. Voor het bouwen ten dienste van onderhoud en beheer gelden de volgende regels:

1. de gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;

2. de bebouwde oppervlakte bedraagt ten hoogste 250 m²;

3. de goot- en bouwhoogte bedragen ten hoogste respectievelijk 3,5 m en 6 m.

 

c. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

1. de bouwhoogte, anders dan voor bouwwerken rechtstreeks ten dienste van geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer bedraagt niet meer dan 5 m;

2. de bouwhoogte van terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen.

 

 

12.3 Nadere eisen

 

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op een onevenredige aantasting van:

- de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;

- het bebouwingsbeeld;

- de verkeersveiligheid;

- het landschapsbeeld;

nadere eisen stellen aan de plaats en de omvang van de bouwwerken.